De publieke reactie op de zaak-Dutroux is een normaal ritueel, meent socioloog Koen Pelleriaux. Toch kijkt hij verbaasd en soms verbijsterd naar de analyses over dit drama.

VORIGE week geleek België sterk op een bezette staat. Een land in brand, dat nog slechts luttele dagen, misschien slechts uren van zijn definitieve ondergang af stond. TV-stations zonden rechtstreeks rouwmissen uit. In de kiosk lagen extra-edities van alle grote kranten. De media trokken blikken dilettantische psychologen open. Ze praatten lezers, kijkers, luisteraars straffeloos schuldcomplexen aan en ter afwisseling een rist fobieën. Eén telefoontje van een BRTN-kijker volstond om een laatavondfilm ijlings uit het zendschema te schrappen. Een politica van het Vlaams Blok begon een kruistocht om Antwerpen herin te richten, dit keer als het Staphorst-aan-de-Schelde. Tussen dat alles wemelden moraalridders door, zelfbenoemde maatschappij-analisten en andere wereldverbeteraars. En iedereen kreeg zijn zeg. Van de Italiaanse winkelier die in de rue Daubresse in Jumet één van de verdachten omschreef (? Weinstein zei altijd goeiemorgen en goeieavond?) tot SP-voorzitter Louis Tobback, die vanuit de Leuvense Gambrinus de tijdgeest te lijf ging (? op drie van de vier Vlaamse kanalen vloeit het sperma uit mijn beeldbuis als ik op zaterdagavond kijk?).

DRIJFZAND.

Toch weigert VUB-socioloog Koen Pelleriaux in termen van massaneurose of -psychose te praten, begrippen die volgens hem verwijzen naar iets abnormaals, een ziekte. Hij maakt een strikt onderscheid tussen de reacties van het publiek en het mediacircus dat rond de zaak- Dutroux werd opgebouwd. De reactie van de bevolking noemt hij zelfs zéér normaal. Twee processen vloeien in deze ene affaire samen : een publiek rouwritueel om de overledenen en het wraakritueel, de roep om zelfs méér dan gerechtigheid na zoveel gruwel. Het volk komt op straat, schreeuwt om de strop aan justitiepaleizen en tekent rouwregisters omdat een fundamentele grens overschreden is ; die tussen het reine en het onreine. ?Deze breuklijn ligt heel diep verankerd. De meeste culturen associëren kinderen met het reine, het maagdelijke. Als iemand over die lijn gaat en aan kinderen raakt, krijgt je per definitie heel harde, zelfs fysieke reacties.?

Pelleriaux wijst erop dat de status van kinderen in onze samenleving de jongste eeuw in zekere zin nog versterkt is. Ze vliegen op hun zesde niet meer naar het veld of op hun tiende de mijn in en zijn dus allang geen kleine volwassenen meer. Kinderen kregen een zeer beschermde status, zo geprotegeerd dat ouders van vandaag de schrik al om het hart slaat als ze hun kroost verplichten mee te draaien in het huishouden. Vandaar dat kinderen perfect passen in de categorie van de reinen, de weerlozen, die te allen prijze verdedigd moeten worden.

Toch werd die grens tussen rein en onrein al eerder overschreden, bijvoorbeeld, in een stoet pedofilieaffaires. Wanneer een zaak als die van Marc Dutroux kan uitgroeien tot socio-cultureel verschijnsel zonder weerga, spelen behalve het overschrijden van een fundamentele norm nog een reeks secundaire elementen een rol. De identificatie onder andere : het publiek bidt veel spontaner en makkelijker voor een Julie en Mélissa, An en Eefje dan voor een Loubna Benaïssa. Of de rol van de media. ?Zonder massamedia kan dit niet. Je hebt de media nodig als instrument om een spontane reactie van een beperkt aantal mensen te laten uitgroeien tot een overweldigende reactie waarbij een ganse samenleving betrokken raakt.? Media helpen het ritueel maken, meent Pelleriaux, maar ze induceren het niet. Zonder echte emoties aan de basis, zonder oprechte woede of verdriet kan zelfs een batterij commerciële zenders een nachtmerrie als deze niet opblazen tot grensoverschrijdende proporties.

Een stukje bewijs van die stelling zit in het ontbreken van de witte ridder of witte engel in het ritueel, volgens de VUB-socioloog een altijd weerkerend verschijnsel. Tegenover de incarnatie van het extreem slechte ?Het gezicht van het kwaad? kopte een krant in verband met Marc Dutroux hoort een figuur die het zuivere, het goede belichaamt. De personificatie kan een simplisme lijken, maar sluit aan bij onze culturele traditie waarin zelfs God en zijn tegenpool de duivel, een gezicht aangemeten krijgen.

De BRTN probeerde kardinaal Godfried Danneels in die rol van witte ridder te duwen. Vergeefs. Ook leek koning Albert het te gaan maken, maar na de uitnodigingen aan de getroffen ouders en zijn overigens op constitutioneel drijfzand gebouwde beloften over het lopend onderzoek, verdween hij opnieuw in de coulissen. Volgens Pelleriaux zou de door vader Paul Marchal geprezen onderzoeksrechter Jean-Marc Connerotte nog de grootste kans maken als witte ridder, wiens familie in het heetst van de strijd beschermd moet worden door Friese ruiters en bataljons rijkswachters. Maar de magistraat blijft te zeer op de achtergrond om zijn rol overtuigend op te eisen. Het uitblijven van de personificatie van het goede verbaast Pelleriaux, maar bewijst tegelijkertijd dat media niet almachtig zijn. ?Het is louter speculatie, maar iemand als koning Boudewijn zou het wellicht gekund hebben. De abortuskwestie en zijn verontwaardiging over de mensenhandel verleenden hem een breed gerespecteerd, moreel gezag.?

BLOTE BORSTEN.

In van verre vergelijkbare omstandigheden kregen we wel de kristallisatie van de goede en de slechte. In de Agusta-affaire, bijvoorbeeld, had de politieke klasse het gevreten, terwijl onderzoeksrechter Véronique Ancia de rol van witte engel op zich nam. De voormalige Amerikaanse president Richard Nixon kreeg de zwarte piet toegespeeld in het Watergate-schandaal, de media stonden aan de goeie kant. De vergelijkingen lopen mank, weet Pelleriaux, want géén van de genoemde zaken had zo’n impact als die van de recente ontvoeringen en moorden. Hoe dieper breuklijnen liggen, hoe groter de reactie. Agusta ? Ach, Belgen winden zich hooguit een beetje op over smeergeld. Watergate ? Dat ging niet over het overtreden van administratieve regeltjes, wel over fair play en Nixon was gewoon een valsspeler. Ook het overlijden van Boudewijn veroorzaakte twee jaar geleden niet zulke diepe schokgolven ; die bleken toen enkel onderbouwd door een rouwritueel naar aanleiding van de dood van een normatieve figuur. De enige affaire die misschien bij benadering zo door zielen en harten sneed als de zaak-Dutroux, was wellicht nog de Koningskwestie. ?Vooral Walen voelden een groot onrecht. Ze hadden gevochten tegen het kwade, tegen de Duitsers en nu kwam dat kwade terug aan de macht.?

Opvallend en telkens terugkerend in de stortvloed van veelal gratuite analyses van de zaak-Dutroux, bleek de zoektocht naar een min of meer rationele verklaring voor dergelijke aberraties. Op welke voedingsbodem zo’n bestialiteiten gedijen ? Danneels en Tobback zaten daarbij op één lijn : het kon niet anders dan de decadentie zijn, de tijdgeest, zoals de burgemeester van Leuven het kwade benoemde. Porno op televisie, seksshops in het stadscentrum, alom zedenverwildering en moreel verval. Normen zijn de jongste jaren of decennia effectief verschoven en doen dat nog ieder moment in elke ingewikkelde maatschappij, die cultureel steunt op vage conventies en snel wijzigende onderlinge afspraken. Dat betekent allesbehalve dat het aantal blote borsten als dé graadmeter kan fungeren van decadentie binnen een samenleving.

Koen Pelleriaux ziet zelfs een ?zeer vervelende contradictie. Waarom zouden mensen zo massaal op straat komen als elk normatief besef hen totaal vreemd was, mochten wij ten prooi zijn gevallen aan een totale zedenverwildering ? Er bestaat volgens mij juist geen enkele objectieve indicatie van normbederf als je zo’n overweldigende reactie krijgt. Ik zou me zeer serieuze vragen stellen over normen, mocht een zaak als deze geen of nauwelijks reactie uitlokken.? Ook de redenering dat normvervaging zich in wezen uit door het opduiken van criminelen als Dutroux, vindt in zijn ogen geen genade. Dergelijke beestachtigheden bestaan al eeuwen, dus ook in tijden toen de zeden niet onder het vriespunt doken, zoals nu vermoed wordt het geval te zijn. Groot-Brittannië kent wat deze gruwel betreft een fraaie historiek, met massamoordenaars en kinderverkrachters toen één blote enkel volstond voor totale verkettering.

GEBREKKIG HUWELIJK.

Bovendien telt een maatschappij van enige omvang altijd één Dutroux en een ongedefinieerd aantal ?zieke mensen?. Maar op basis van het afgrijselijk gedrag van deze individuele misdadigers kan je volgens de VUB-socioloog moeilijk zeggen ?wat we nu zien, zijn de tastbare gevolgen van een maatschappelijke tendens tot zedenverwildering of normenloosheid.?

Hij wijst er wel terloops op dat normen, tijdens het verwerken van de nu lopende soort rituelen, opnieuw bevestigd worden en er tegelijk nieuwe ethische grenzen worden getrokken. In de roes van het ogenblik schuiven die krijtlijnen terug een stukje naar achteren ; wat gisteren door de beugel kon, is vandaag abject. Affiches van Benetton of Mexx ? Op de brandstapel. De reclamemakers van Calvin Klein ? Opsluiten. Afgezien van excessen, vormt zo’n plotse verschuiving een normaal proces, zegt Pelleriaux. En gezond op zich is het, dat mensen zich tenminste nog een keer bezinnen over wat kan en wat niet. ?Een geïsoleerde stam met twintig leden in een oerwoud legt heel snel, via rechtstreeks overleg, de grenzen tussen goed en kwaad vast. Zit je met méér mensen, dan krijg je permanent discussies over normen. Die grenzen liggen dan namelijk nooit vast.?

Onder de bezielende leiding van schrijver Walter van den Broeck maakte de afgelopen dagen ook een andere school opgang. In de Nederlandse De Volkskrant ontwikkelde de auteur de stelling dat door ?het gebrekkige huwelijk tussen vrije markt en democratie een mens tot zo’n afschuwwekkend monster als Dutroux kan verworden.? Of met andere woorden : het kapitalisme als moeder van alle kwaad. Van den Broeck voerde een warrige litanie van loze beweringen aan om die stelling te staven, onder meer het lachwekkende ?tot in de Middeleeuwen was het op straffe van hel en verdoemenis verboden rente te heffen op geleend geld.? Alsof de Griekse stadstaten hun oorlogen niet met peperdure leningen financierden en er geen kruisvaarders naar het Heilig Land waren getrokken met als enig motief : het ontlopen van woekeraars.

Toch vond de stelling gretig ingang als zou Dutroux de verpersoonlijking zijn van de verderfelijke uitwassen van het kapitalisme, van alle smeerpijperij van de vrije markt. Een VUB-professor kwam dat enthousiast beamen voor de microfoon van BRTN-radio. Zijn collega sociologie vindt het ?complete nonsens?. Het kapitalisme en de vrije markt worden gestuurd en gecorrigeerd in onze samenlevingen. Via vakbonden, sociaal overleg, CAO’s en zelfs door middel van een heel arsenaal wetten. ?Het idee dat we onder het juk zuchten van een bandeloos kapitalisme zonder limieten, is een fictie. Er zijn limieten nodig en die leggen we ook op. Je zou zelfs een stap verder kunnen gaan en zeggen : de grens die hier overschreden werd, is die van je bezoedelt geen kinderen met geld.?

STUKJE WRAAK.

Algemene mobilisaties als in deze pedofilieaffaire leiden niet enkel tot een herbronning of herziening van ethische principes, ook systemen worden opnieuw betwist. Zo ook het gerecht. Maar de magistratuur wijst tot nu elke legitieme vraag naar het functioneren van het eigen apparaat hooghartig van de hand. Dat bleek ten overvloede weer uit de redes van ’s lands hoogste magistraten bij de opening van het nieuwe, juridische jaar. Pelleriaux vindt het idee dat het gerecht buiten of boven de maatschappij zou staan ?volledig absurd? en noemt het ?cultuur-sociologische waanzin.? Alle leden van de magistratuur komen voort uit een samenleving, staan er met twee voeten middenin en zijn dus ook drager van de cultuur van die maatschappij. ?Hoe kunnen die mensen beweren : wij hebben onze eigen regels ? Dat gaat in tegen de belangrijkste wet van de cybernetica die zegt dat een systeem zichzelf nooit kan controleren.?

Het gerecht is als subsysteem van een samenleving wel degelijk verantwoording schuldig, op welke manier zoiets dan ook technisch georganiseerd wordt met een rigoureuze inachtname van de scheiding der machten. Een volledig autonoom gerechtelijk apparaat dat aan niets of niemand tekst en uitleg hoort te verschaffen, leidt volgens de socioloog tot een onleefbare maatschappij. Omdat het functioneren van de magistratuur binnen de kortste keren niet meer aansluit bij wat er in de samenleving leeft. Je krijgt dan de roep om het recht even in eigen handen te mogen nemen. Lynchpartijen, dus.

?In het café hoor je : ik betaal 10.000 frank voor iets te snel rijden en zo’n Dutroux komt na een paar jaar gevangenis al weer vrij. Is dat louter cafépraat ? Je kan dat zo interpreteren, maar er zit een latent ongenoegen in, een gewaarwording dat er disproporties aan het groeien zijn. Hetzelfde geldt voor de enorm lange termijn die verloopt tussen het plegen van een misdrijf en de uitspraak van de straf daarvoor.? Een maatschappij kan zich niet overeind houden zonder dat ze aan het overtreden van normen bepaalde sancties verbindt, bijvoorbeeld, in de vorm van gevangenisstraf. Die sanctie bestaat wat meestal straal ontkend wordt tenminste voor een stukje uit wraak op de overtreder. Maar wanneer aan die honger naar wraak of in beschaafdere bewoordingen gerechtigheid, niet snel voldaan wordt, groeit er onvrede en twijfel over de efficiëntie of de manier van werken van het gerecht.

Koen Pelleriaux beseft wel dat de traagheid van de magistratuur ook te maken heeft met rechtszekerheid van de burger, maar ziet liever vandaag als morgen een volledige doorlichting van ons gerechtelijk apparaat. Het slaat hem met verstomming dat twee professoren, belast met een analyse van en een evaluatie over het onderzoek naar de Bende van Nijvel, geen toegang krijgen (vanwege de hoogste magistraten) tot de dossiers of (door dezelfde rechters) worden tegengewerkt. ?Een dossier laten inkijken door twee buitenstaanders, dat is dus het kwaad. Aan de andere kant heb je de ernst, het gewicht van de feiten. Moeten we maar leren leven met wat mogelijk allemaal fout is gegaan, omdat het tegen de regels indruist dat twee professoren de papieren inkijken ? Ik zie dat helemaal niet zo. Er zijn tenslotte ook medicijnen die héél slecht smaken. Nemen patiënten ze daarom niet meer in ??

Jos Grobben

De begrafenis van Eefje Lambrecks. Waarom zouden mensen massaal op straat komen, mochten we ten prooi zijn gevallen aan een totale zedenverwildering ?

Media helpen het ritueel maken, maar wekken het niet op.

Koen Pelleriaux : Het idee van een gerecht boven of buiten de maatschappij is volledig absurd en cultuur-sociologische waanzin.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content