Zowel de Europese Raad als de Commissie geven toe dat Echelon bestaat. Het parlement beraadt zich nu of er een onderzoekscommissie moet komen.

Of de Europese defensie-identiteit ooit een eigen inlichtingendienst krijgt, is nog lang niet uitgemaakt. Het is een terrein waarop nationale staten op hun strepen staan en geen pottenkijkers wensen. Hoe gevoelig het spionagewerk ligt, bleek deze week opnieuw in het Europees parlement. In de plenaire vergadering werden raadsvoorzitter Portugal en de Europese Commissie voor de tweede keer in één maand tijd over het Amerikaanse wereldwijde afluisternet Echelon aan de tand gevoeld.

In februari vond Portugal het niet eens nodig om tekst en uitleg te geven en maakte commissaris Frits Bolkestein er zich met een grapje van af. Vorige week was de Commissie – deze keer vertegenwoordigd door Erkki Liikanen, de commissaris bevoegd voor telecommunicatie – uitvoeriger en preciezer. Op onnavolgbare manier gaf Liikanen toe dat Echelon bestaat. ‘Het is duidelijk dat de technologische mogelijkheden om elektronische communicatie af te tappen, bestaan. En er is geen zekerheid over dat die technologie niet gebruikt wordt.’

Verder informeerde hij het parlement dat zowel de Verenigde Staten als Groot-Brittannië om uitleg waren verzocht en reeds hadden geantwoord. Volgens de Britten gebeurde alles volgens een strikt wettelijk kader, terwijl de VS zeiden dat ze zich niet met industriële spionage bezighielden.

Ook de Portugese minister van Binnenlandse Zaken Fernando Gomes gaf deze keer present. Omdat niemand het klaarblijkelijk had opgemerkt, herhaalde hij in zijn repliek dat hij het afluistersysteem ondubbelzinnig had veroordeeld. Hij kondigde ook aan dat Echelon een apart agendapunt op de volgende vergadering van de ministers van Binnenlandse Zaken wordt. De plotse belangstelling van Raad en Commissie voor het heikele dossier is een tegemoetkoming aan het parlement. Dat beraadt zich zeer binnenkort over de oprichting van een parlementaire onderzoekscommissie – een initiatief van de groene fractieleider Paul Lannoye.

De hoogste instanties van de Unie hopen dat het niet zover komt. Men vreest rotzooi met de VS en vooral met het Verenigd Koninkrijk. Het viel trouwens op dat de parlementsleden van New Labour bijzonder korzelig op het initiatief reageerden. Dat verklaart ook waarom de socialistische fractie zich erg terughoudend toonde en de Vlaamse socialisten de oprichting van een onderzoekscommissie tot dusver niet steunden. De Volksunie, alle liberalen en een eensgezinde CVP-PSC, inclusief Gerard Deprez, deden dat wel. De vereiste 152 handtekeningen heeft Lannoye momenteel al op zak, zodat de fractieleiders verplicht zijn om zich over het verzoek uit te spreken. Dan komt het vrijwel zeker tot een pittig debat en het valt niet uit te sluiten dat de voorzitters van de grote fracties onder druk van de hoofdsteden zich tegen de onderzoekscommissie verzetten.

Paul Goossens

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content