De zoveelste VS-bemiddeling in het vredes- proces die mislukt, Intifada-beelden in Israël zelf, en wantrouwen alom: het gaat slecht.

De krampachtige houding van de Israëlische regering komt nu tot uiting op vier, vijf uiteenlopende manieren. Terwijl in de hoofdkwartieren flink geruzied wordt over de komende viering van de vijftigste verjaardag van 1948 – men kan kiezen of het vijftig jaar joodse staat is, vijftig jaar Palestijnse ellende, of vijftig jaar oorlog -, blijven Benyamin Netanyahu en zijn regering koortsachtig voldongen feiten uitzetten als pionnen op een schaakbord. Het is alsof ze de komst van een grote, straffende hand vermoeden en tegen die tijd zoveel mogelijk legale argumenten trachten te verzamelen.

Want stilaan is er haast niemand meer over die nog gelooft in de goede trouw van Bibi Netanyahu. Zelfs de Amerikanen beginnen te weifelen. Staatssecreataris voor Buitenlandse Zaken Madeleine Albright legde tijdens een recente verklaring alle verantwoordelijkheid voor het mislukkende vredesproces vlakaf bij de Israëlische regering. Men kan zich daarbij afvragen of de discussie van het moment – het Amerikaanse voorstel dat de Israëli’s zich van 13,1 procent van de Westelijke Jordaanoever, in fasen, zouden terugtrekken; en het Israëlische tegenvoorstel over 9 procent en nog wat omdat de volle tien procent echt niet kan – nog door iemand letterlijk opgenomen wordt. Waarnemers beginnen open en bloot te stellen dat het er uiteindelijk niet op aankomt hoeveel procenten van het land Netanyahu belooft te zullen ontruimen, want ontruimen doet hij toch niet. Om dat te verantwoorden bij zijn gelijkgestemden, zal hij wel voorwendsels genoeg vinden in de zogenaamde Palestijnse tekortkomingen bij het garanderen van Israëls veiligheid.

Alles draait weer net als in de heroïsche dagen van Israël toen Ben Goerion en Golda Meir het land van oorlog naar oorlog voerden met gebiedsuitbreiding, zoniet in het programma geschreven, dan toch in het achterhoofd. Dat die dagen voorbij zouden moeten zijn, blijkt uit de tv-series over de vijftigjarige oorlog. Die worden door de BBC maar ook in Israël zelf uitgezonden. Ze zijn gebaseerd op het werk van jonge historici, losgezongen van vijftig jaar ideologie. En veroorzaken in het Israëlische conservatieve milieu grote stennis. In de dagen voor het vredesproces begon, zouden die producties in Israël wellicht niet mogelijk geweest zijn. Nu probeert men ze, voorlopig zonder succes, te verbieden.

NIEMAND VERTROUWT BIBI NOG

Eerst de Amerikanen. Zowel in de joodse gemeenschap in de VS als in het hoofd van Madeleine Albright is de notie ontstaan dat het vredesproces maar reëel kan worden als het met een algemeen akkoord een Palestijnse staat tot doel en eindpunt moet hebben. Omdat noch de Palestijnen noch de Amerikanen de groep van Bibi nog vertrouwen, vragen de Palestijnen dat de VS niet langer alleen als aanbrenger zouden fungeren, maar als volwassen derde in de onderhandelingen zitten. Als scheidsrechter. De Israëli’s weigeren dit, zoals ze ook Europese deelname weigeren. De Amerikanen zouden te veel de Palestijnse inzichten delen. En ook hopen de Israëli’s dat één en ander zichzelf wel zal regelen, als ze de zaak maar lang genoeg kunnen rekken.

Dan de Palestijnen. Die leven intussen weer in hermetisch afgesloten gebieden. Waarom? Ten eerste omdat de Bezette Gebieden nu de hele tijd wel half gesloten blijven, om economische redenen.

Ten tweede omdat er weer een moord gepleegd is. Naast een ontplofte bomauto in Ramallah op de Westelijke Jordaanoever (een stad onder de Palestijnse Autoriteit) was een deerlijk verbrand en toegetakeld lijk gevonden. De Palestijnse politie had aanvankelijk gedacht dat het om “een arbeidsongeval” ging. Een voor Israël bestemde bomauto die te vroeg ontploft was. Maar dan bleek de dode man drie kogels te bevatten, en het ongeval werd een moord. De dode bleek niemand anders dan “Ingenieur II” van de radicale fundamentalistische Hamas-groep, en de technicien achter de wandelende bommen die in de afgelopen maanden het vredeproces tot stilstand brachten – en Bibi Netanyahu de verkiezingen lieten winnen. Mohieddin al-Sharif werd formeel geïdentificeerd en ten grave gedragen als martelaar met een grote woedende menigte achter zijn kist.

Maar alsnog is niet bekend wie hem vermoord heeft. Alles wijst natuurlijk naar een van de Israëlische geheime diensten. Al was het maar omdat die aan hun eerste stommiteit in het genre niet toe zijn. Zij beschouwen Hamas-leiders als vogelvrij wild dat ze afschieten waar en wanneer ze de kans krijgen, net als in de goede oude tijd toen er nog geen akkoorden met de Palestijnen waren.

De Palestijnen beschuldigen natuurlijk eenstemmig Israël. Maar Israël ontkent. Er zijn geen bewijzen, en uiteindelijk zou de Palestijnse Autoriteit er zelf bijna evenveel belang bij gehad hebben dat de technicien-moordenaar van het toneel verdween.

Hoe dan ook, Hamas heeft in alle toonaarden wraak gezworen, en een veralgemeend bommenoffensief in heel Israël aangekondigd. Zo’n bedreigingen worden ernstig genomen. Israël heeft weer de strengste veiligheidsmaatregelen getroffen. Tegen de Palestijnen uiteraard.

ARAFAT IN HET HUIS VAN ANNE FRANK

En vervolgens de Israëlische Arabieren. Die hebben wel de Israëlische nationaliteit en een paspoort, maar het moest nog blijken dat ze daarvoor iets konden kopen. Als tweederangsburgers hebben ze het beter in Israël dan hun niet-Israëlische Palestijnse broeders, maar toch lang niet zo goed als, bijvoorbeeld, de Ashkenazische joden. Het slechtst van al hebben de bedoeïenen het. Die worden de jongste tijd geregeld verjaagd van plekken waar ze neergestreken zijn.

Nu zijn de Israëlische Arabieren in algemene staking gegaan. Ze protesteren tegen de afbraak van een aantal bedoeïenenwoningen in het dorp Shefaran, in Galilea, en tegen het woest optreden van de politie tegen betogers die die woningen weer wilden opbouwen. Het waren intifada-achtige beelden op tv, maar dan niet in de Bezette Gebieden geschoten, maar in “Israël zelf”.

Het wijst allemaal samen op een regime dat zijn koelbloedigheid aan het verliezen is, een regering die zich afzondert van de eigen bevolking, een premier die alleen nog voor zichzelf en een paar vrienden werkt.

En het contrast met de Palestijnen is ironisch. PA-president Yasser Arafat die tot alles bereid is om het slagen van zijn zaak te bevorderen, en die vorige week op bezoek in Nederland een bezoek bracht aan “de achterkamer”, het huis waar Anne Frank verborgen zat.

Sus van Elzen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content