In ‘De Kroonraad’ geven vooraanstaande politici hun opinie over de actualiteit. Deze week Leo Tindemans over de gevolgen van de EU-referenda in Frankrijk en Nederland, en het Belgische staatsbezoek aan China.
Mijnheer Tindemans, 55 % van de Fransen en 62 % van de Nederlanders wijst in een referendum de nieuwe Europese grondwet af.
LEO TINDEMANS: Ondanks de voortekenen heeft het me toch nog verrast, en ik ben bijzonder bezorgd over de gevolgen. Het is moeilijk om precies te bepalen waarom de grondwet is afgewezen. De situatie in beide landen is verschillend. In Nederland waren socialisten, liberalen, christen-democraten, groenen én vakbonden vóór. Dat is bijna het hele politieke spectrum. Als dan 62 procent van de opgekomen kiezers tegen is, zitten ze daar toch met een zwaar politiek probleem. In Frankrijk was de politieke kaste zelf verdeeld, zelfs binnen één en dezelfde partij. En de grondwet werd dan wel verdedigd door president Jacques Chirac, maar als neogaullist is hij natuurlijk slechts een koele minnaar van Europa.
In het algemeen stel ik vast dat de boodschap niet is overgebracht. De formule van de Conventie, met 105 afgevaardigden uit regeringen en parlementen, was origineel en deed denken aan la Convention uit de Franse Revolutie. Ik vond dat die Conventie goed werk had geleverd. Tot mijn verbazing trouwens, want ik had niet gedacht dat een dergelijke formule kon functioneren. Maar dat alles is niet doorgedrongen tot de burger. Ik heb de voorbije drie maanden wel vijftig voordrachten gehouden, en ik heb gemerkt dat men eigenlijk geen voeling heeft met de grootsheid van de Europese gedachte. Daaraan hebben de politici zelf ook schuld. Europa wordt nog altijd beschouwd als een aanhangsel. In de partijprogramma’s wordt het er snel als laatste bladzijde aan vastgeniet, en ik kan me geen bevlogen debat over Europa in ons parlement herinneren.
Is het referendum een goed instrument?
TINDEMANS: Nee, tenzij in een uitzonderlijk geval zoals de splitsing van Tsjecho-Slowakije. Europese en nationale parlementsleden zijn nu jaren bezig geweest om te komen tot deze tekst, waarin iedereen zich min of meer kon vinden, en waardoor het Europese project zich verder kon ontwikkelen. Zo werd bijvoorbeeld in tal van domeinen de unanimiteitsregel afgeschaft, wat een enorme stap voorwaarts was. Dat mag je niet laten kelderen door een ‘ja of nee’-vraag aan mensen die met de besprekingen en de materie niet vertrouwd zijn.
In Nederland heeft plotseling de referendumgekte toegeslagen. Er is een sfeer ontstaan van: ‘Het moet gedaan zijn dat die parlementsleden allerlei zaken beslissen, de bevolking moet worden geraadpleegd.’ Wat het parlement goedkeurt, is dus niet meer de hoogste wet? Dat is de ondermijning van onze parlementaire democratie. Zoiets roept gevaarlijke demonen op. Het parlement wordt wel in meer landen gemin-acht, sommige regeringsleiders propageren het protectionisme, het nationalisme steekt de kop op… dat maakt mij ongemakkelijk, want ik hoor argumenten uit de jaren dertig. ‘We gaan eerst voor onszelf zorgen’, klinkt het. Maar wie zich in de huidige mondiale context binnen zijn eigen landsgrenzen barricadeert, haalt zich meer problemen op de hals dan hij er oplost. Dat men nu toch eens inziet dat de EU in het belang van álle Europeanen is.
Moet de EU nu maar verder met de akkoorden van Nice, of moet men proberen de grondwet tóch nog aanvaard te krijgen?
TINDEMANS: Eerlijk gezegd: ik weet het niet. En als ik mijn contacten raadpleeg, merk ik dat niemand het weet. Er heerst een groot pessimisme, en de politieke leiders leggen de meest tegenstrijdige verklaringen af. De Nederlandse premier Jan Peter Balkenende zegt dat de Verenigde Staten van Europa begraven zijn, Guy Verhofstadt stelt op hetzelfde moment dat we ernaar moeten blijven streven. En dat zijn dan twee buurlanden, twee van de founding fathers, die altijd samen hebben geijverd voor de uitbouw van Europa.
Bekijk het ook eens door de ogen van de tien nieuwe lidstaten. De voorzitter van het Poolse parlement heeft al gezegd: ‘Het is duidelijk, men wil ons niet.’ Is dat niet verschrikkelijk? Voor een land dat een halve eeuw onder het communistische juk heeft moeten leven, dat zich onder onze aansporingen daarvan bevrijd heeft, en dat nu merkt dat het niet welkom is.
Hetzelfde geldt voor Turkije. Ik ben niet uitgesproken voor of tegen Turks lidmaatschap, voor beide stellingen zijn valabele argumenten. Maar het is een echte schande zoals men Turkije al sinds de jaren zestig aan het lijntje houdt. Marokko werd zonder omhaal afgewezen, want het was geen Europees land. Die beslissing was duidelijk. Met de Turken blijft men schipperen. Ze moeten dit en ze moeten dat, en als ze het dan doen vindt men snel nieuwe eisen uit. Dat is niet meer ernstig. Het is een bewijs van onmacht en besluiteloosheid van de EU.
Maar onder meer op deze bladzijde is tot in den treure toe herhaald dat de EU niet klaar was voor de uitbreiding. Dan kun je toch niet verwachten dat de bevolking enthousiast ‘ja’ zegt?
TINDEMANS: Daar hebt u een punt. De voorbereiding en de uitvoering van de uitbreiding is slecht geweest. Ik heb het zelf meermaals betoogd: we betalen de tol voor het schandaal van Nice. Op de Europese top daar, in 2000, zijn kleine landen geschoffeerd, en enkele van de Oost-Europese nieuwkomers zijn er uitgescholden nog vóór ze tot de Unie waren toegetreden. De Franse president Chirac heeft daar onder anderen de Polen diep beledigd. De institutionele aanpassingen die in Nice zijn goedgekeurd, waren ontoereikend en iedereen wist het. Als de Europese Unie op de klippen loopt, is de basis daarvoor gelegd in Nice.
In Frankrijk is de regering nog maar eens herschikt. Met Dominique de Villepin en Nicolas Sarkozy legt Chirac het gewicht op de schouders van twee politici die nauwelijks door dezelfde deur kunnen.
TINDEMANS: Het ergste is dat Michel Barnier gewipt wordt als minister van Buitenlandse Zaken. Hij was pro-Europa en was een intelligent man met wie te praten viel. En dan wordt hij geofferd voor het mislukken van een referendum dat de president heeft uitgeschreven, en dat door het optreden van diezelfde president zeker niet gunstig is geëvolueerd. Ik ben benieuwd hoe premier Vil-lepin zich zal opstellen. Van hem herinner ik mij vooral zijn theaterstukje in de VN-Veiligheidsraad, toen de oorlog in Irak aan de orde was. De manier waarop hij daar sprak en alle andere landen, inclusief de Verenigde Staten, de les las… voor een nieuweling zonder politieke reputatie kon dat tellen.
Ik denk dat Frankrijk een woelige politieke periode tegemoet gaat. En ik kijk met verbazing naar de tweedracht in de socialistische partij. Als ze op die manier naar de presidentsverkiezingen gaan, maken ze hetzelfde mee als in 2002, toen Lionel Jospin door desinteresse van zijn eigen kiezers niet eens de tweede ronde haalde. Nu komt daar een pijnlijke interne verscheurdheid bovenop.
In Duitsland zijn er op 18 september vervroegde parlementsverkiezingen. Dat kan het einde betekenen van Gerhard Schröder. Wat verwacht u van CDU-CSU-kandidate Angela Merkel?
TINDEMANS: Mevrouw Merkel heeft zich staande gehouden, hoewel ze in het verleden stormen van kritiek heeft moeten trotseren, ook intern. Ze zou de eerste vrouwelijke kanselier zijn, en de eerste Oost-Duitse. Dat kan nieuwe zuurstof geven aan de Duitse politiek. Maar de opdracht is zwaar: kan ze iets doen tegen de hoge werkloosheid, en welke richting zal haar buitenlands beleid uitgaan? Het eeuwige probleem is dat mensen denken dat een regering de werkloosheid kan oplossen. Dat is niet zo, ook Europees niet. De Europese Commissie kan een leidende rol spelen bij het scheppen van gunstige economische omstandigheden, maar meer ook niet. En dan moeten we helaas nog onder ogen zien dat deze Commissie uiterst zwak is. Als zij Europa uit de crisis moet trekken, staan we er niet goed voor.
Koning Albert is met een grote Belgische delegatie op staatsbezoek in China. Eerder leidde prins Filip er een handelsmissie. Hoe groot is het belang van zo’n bezoek?
TINDEMANS: Je moet altijd naar goede internationale relaties streven, zeker met een economische reus in opkomst als China. Hoewel het toch wat wrang klinkt dat we met de EU China opvrijen, op het moment dat we Polen afhouden. Korte tijd geleden heeft Rockwell Schnabel, de Amerikaanse ambassadeur bij de EU, verklaard dat de Amerikaanse export en investeringen in Oost-Europa hoger zijn dan in China. Daar staan we toch het best even bij stil.
Ik ben vaak in China geweest, het is een land waar je op lange termijn moet durven werken en investeren. Bedrijven als Alcatel-Bell en Janssen Pharmaceutica hebben dat goed begrepen. Het heeft geen zin naar China te trekken om daar dan één contract te sluiten. Je moet het Chinese vertrouwen winnen, en je moet blijvende akkoorden sluiten. Ik hoop dat men dat in Belgische handels- en andere missies beseft.
Moeten bij zo’n bezoek ook thema’s als de mensenrechten, de kwestie-Taiwan, en de textieloorlog met het Westen worden aangekaart?
TINDEMANS: Een land met 1,3 miljard inwoners laat zich de les niet lezen door een land met 0,01 miljard inwoners. Je kunt die delicate kwesties ter sprake brengen, maar dan discreet. Het heeft toch geen effect, en het heeft geen zin om de relaties ermee te verzuren.
De kwestie-Taiwan is een zoveelste bewijs van hoe men veel schade kan berokkenen door niet tijdig de juiste maatregelen te treffen. Ik heb Taiwan midden jaren zeventig bezocht, toen de verhoudingen met China weer eens erg gespannen waren. Wij hoopten dat op te lossen door de twee China’s te erkennen, zoals we ook met de beide Duitslanden deden. Maar daar wilden de Taiwanezen toen niet van weten. We hadden het beter tóch gedaan. Dan zou Taiwan al lang opgenomen zijn in de internationale organisaties, waar het nu door China wordt uitgehouden.
Koen Meulenaere
Leo Tindemans
‘Een referendum ondergraaft de parlementaire democratie.’