Na Sabena en de NMBS kwam ook De Post onder vuur te liggen. Voor Daan Schalck (SP.A) moet het parlement een belangrijker rol gaan spelen in de discussie over de overheidsbedrijven.

De raad van bestuur heeft ermee ingestemd een deel van zijn macht af te staan aan gedelegeerd bestuurder Frans Rombouts. Was dat zo verstandig?

Daan Schalck: Het probleem is dat de raad van bestuur te weinig informatie krijgt van het management. Die verhouding moet dringend opnieuw worden bekeken, zeker nu De Post steeds meer filialen krijgt. De raad van bestuur keurt nieuwe overnames weliswaar mee goed, maar heeft geen enkele controle over de investeringen in en de return van die dochterbedrijfjes. In plaats van slide shows te bewonderen, zou de raad van bestuur over een echt businessplan moeten beschikken om de beslissingen van het management te kunnen beoordelen. Op een bepaald ogenblik waren de reacties haast paniekerig. Zie Pierre Klees (de voorzitter van de raad van bestuur): dag één zegt hij dat er niets aan de hand is, De Post heeft nog nooit zoveel winst gemaakt, een dag later klinkt het dat het over en uit is met de acquisities en de overnames, dag drie vraagt hij 15 miljard (371 miljoen euro) aan de overheid. Dat is merkwaardig voor iemand die zegt het volste vertrouwen in het management te hebben.

De Post verwaarloost zijn kerntaken, vindt u?

Schalck: De Post slaagt er maar niet in de gewone post tijdig te bestellen. Slechts 74 procent van de brieven is de volgende dag op zijn bestemming, terwijl dat contractueel 90 procent zou moeten zijn. De Post verliest dus zijn kerntaak, namelijk het bestellen van poststukken, uit het oog. Al twee jaar wordt er gesproken over het project Georoute, een project om de postrondes op geautomatiseerde basis te organiseren. Daarbij zou heel precies worden berekend hoeveel postbodes per ronde er nodig zijn en hoeveel post ze aankunnen. Voorwaarde is ook dat er nieuwe sorteercentra komen, die per ronde sorteren. Maar dat project is in de ontwerpfase blijven steken. Ook de sociale rol van De Post komt in het gedrang. Een jaar geleden kostte een overschrijving bij De Post nog 17 frank (0,42 euro). Nu is dat al 100 frank (2,47 euro). Die prijsverhoging treft op de eerste plaats de sociaal zwakkeren, die vaak zelfs geen bankrekening hebben of krijgen, en die voor hun overschrijvingen alleen bij De Post terechtkunnen.

Rombouts moet toch aan de toekomst van zijn bedrijf denken?

Schalck: Dat is een terechte zorg. Maar dan nog heb je er groot belang bij sterk te staan in je core business. De overname van Ketels, een bedrijfje gespecialiseerd in het beheer van adressenbestanden, is daarvan een goed voorbeeld. Dankzij Ketels kan De Post nu ook heel gerichte reclamecampagnes aanbieden. Ik vrees alleen dat weinig bedrijven interesse zullen tonen als De Post er niet in slaagt die reclameboodschappen tijdig ter plaatse te krijgen. Trouwens, zelfs in een sterk gemoderniseerd postbedrijf zoals het Nederlandse, bestaat vijftig procent van de activiteiten uit klassieke postbestelling.

Moet de wet van 1991 op de autonome overheidsbedrijven worden gewijzigd?

Schalck: De wet van 1991 is verouderd en te ruim opgevat. Zeker wat betreft de dienstverlening en de controle moeten er aparte wetten per sector worden gemaakt. Belgacom en de spoorwegen vandaag nog in één wettelijk keurslijf stoppen, is onzinnig. De wet dateert uit een periode waarin er nog geen sprake was van liberalisering. De onafhankelijkheid van de autonome overheidsbedrijven is intussen sterk toegenomen. Doordat de overheid niet in detail heeft vastgelegd welke basistaken die overheidsbedrijven moeten uitvoeren, verliest ze daarover nu voor een stuk de controle.

Postbaas Rombouts vindt dat de overheid moet betalen voor basisdienstverlening, zoals het openhouden van niet-rendabele postkantoortjes.

Schalck: Rombouts kijkt iets te gemakkelijk naar de overheid. Misschien moet de overheid voor die sociale functie wat meer geld over hebben. Maar De Post krijgt toch nog steeds 8 miljard (198,31 miljoen euro). Als dat geld alleen dient om van De Post een competitief bedrijf te maken, denk ik dat de overheid beter niets meer zou betalen. Het gaat niet aan de filialen winstgevend te maken en het moederbedrijf als een groot kadaver achter te laten, waarvoor de overheid dan maar moet opdraaien. Rombouts vergeet kennelijk ook dat hij vandaag zijn winst haalt uit de klassieke activiteiten van De Post. Het moederbedrijf sponsort in feite de verliesgevende nevenactiviteiten. Misschien zullen die op termijn winstgevend zijn. De kernvraag is echter of er na al die overnames nog geld overblijft om de hoogst noodzakelijke modernisering van het klassieke postbedrijf te financieren.

Het personeelsbeleid van Rombouts ligt ook onder vuur?

Schalck: Door het creëren van 200 nieuwe managementfuncties zijn de personeelskosten met één miljard (24,78 miljoen euro) toegenomen. Die stijging valt echter te verantwoorden. Een bedrijf met slechts 600 hooggeschoolden op een totaal van 40.000 werknemers, dat is niet meer van deze tijd. Maar daarnaast heeft De Post ook 1,2 miljard (29,74 miljoen euro) uitgegeven aan externe consultants. Dat is een enorm bedrag. Maar de grootste fout die Rombouts heeft gemaakt, is dat hij tegelijk het oude kader van het bedrijf, de mensen die ervaring hebben met de postsector, aan de kant heeft geschoven. Dat is een van de redenen waarom projecten als de nieuwe sorteercentra niet van de grond komen. Mensen die met de postsector vertrouwd zijn, hadden hem ook kunnen vertellen dat Early Post (een project waarbij bedrijven meer betalen om hun post een half uur vroeger te krijgen) een flop zou worden.

Het blijft toch vreemd dat de heisa rond De Post is ontstaan naar aanleiding van de eventuele sluiting van 400 kleine postkantoren?

Schalck: De ongerustheid over De Post sluimerde al langer. Die aankondiging was enkel de spreekwoordelijke druppel. Ikzelf stel al een jaar kritische vragen in het parlement over het reilen en zeilen bij De Post. Maar het plan om 400 postkantoren te sluiten is wel typerend voor de strategie van Rombouts. Een jaar geleden kwam hij met zijn plannen voor zogenaamde A- en B-postkantoren. De A-kantoren zouden op maat van de bedrijven worden gemaakt, heel modern en met een groot aanbod. In de B-kantoren zouden alleen de basisdiensten worden verstrekt. Eigenlijk toont Rombouts nu voor het eerst zijn ware bedoelingen met die B-kantoren. Hij wil er niet meer in investeren en er alleen nog wat postzegels verkopen, zodat ze uiteindelijk wel vanzelf verdwijnen. Niet dat die postkantoren voor ons heilig zijn. Daarin verschillen wij van de Waalse socialisten. Wij denken eerder in termen van loketten. Die kunnen door De Post bijvoorbeeld samen met de gemeentes worden geëxploiteerd. Liever een loket in een gemeentehuis, waar nog wel financiële verrichtingen kunnen worden gedaan, dan een kantoor waar bij wijze van spreken geen telefoon meer is.

De overheidsbedrijven zijn de laatste tijd in ideologisch en communautair vaarwater verzeild. Dat maakt een sereen gesprek over hun toekomst niet gemakkelijker.

Schalck: Het probleem zit vooral in het feit dat de Waalse partijen werkgelegenheid in Wallonië als een doel op zich beschouwen, wat op termijn nefaste gevolgen kan hebben voor de werkgelegenheid in Vlaanderen. Er is veel te doen geweest over het plan om de vijf bestaande sorteercentra te vervangen door drie nieuwe sorteercentra, één per regio. Welnu, zestig procent van de post komt uit Vlaanderen. Volgens het plan zou de post uit Limburg en deels ook uit Antwerpen met vrachtwagens naar Wallonië moeten worden vervoerd, daar gesorteerd worden en de volgende dag worden teruggebracht. Dat kan niet. De sorteercentra in Gent en Antwerpen zouden dicht moeten om in Luik en Charleroi geen moeilijke ingrepen te hoeven verrichten.

Kan de PS na Sabena nog een aanval op een overheidsbedrijf incasseren?

Schalck: Misschien niet. Maar we moeten ons als politieke klasse toch eens samen bezinnen over wat we nu eigenlijk willen. De liberalisering van de postsector komt er onvermijdelijk. Willen we een goeddraaiend bedrijf met 33.000 werknemers, of willen we de huidige toestand bevriezen, met alle irrationele dingen erop en eraan, en over enkele jaren 44.000 banen in gevaar brengen?

Het nieuwe beheerscontract voor De Post moet normaal gesproken eind dit jaar rond zijn. Heeft het parlement dan nog de kans om daarover te debatteren?

Schalck: Minister van Overheidsbedrijven Rik Daems (VLD) heeft in ieder geval beloofd zijn plannen in het parlement te zullen toelichten, al hoeft hij dat strikt genomen niet te doen. Als parlementslid heb je alleen controle achteraf. Daarom willen wij de basisdienstverlening bij wet omschrijven. Niet alleen voor De Post, maar ook voor andere bedrijfstakken, zoals de elektriciteitssector, het openbaar vervoer en het bankwezen. Daar ligt een belangrijke taak voor het parlement in de komende jaren.

De Franstalige partijen pleiten eensgezind voor meer politieke controle op de overheidsbedrijven?

Schalck: Dat is een goed idee, maar dan moet de politiek wel de moed hebben om de sociale en economische opdrachten van de overheidsbedrijven heel precies vast te leggen. Wij blijven als politici op dat vlak in gebreke. De beheerscontracten zijn veel te vaag. Met als gevolg dat als er iets misloopt, de politiek vaak niets anders kan doen dan zich tegen het management keren. Het is beter om vooraf samen de doelstellingen te bepalen. Als dat wordt bedoeld met een meer politieke controle, ben ik daar een voorstander van. Voor een grotere politieke inmenging in de bedrijfsvoering daarentegen pas ik. Dat zou ons opnieuw bij af brengen.

Han Renard

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content