‘We moeten niet te veel focussen op de kasseien of het veld, want daar kunnen we geen talent opleiden voor het moderne wielrennen.’ Dat zegt Hans Vandeweghe aan de vooravond van de Ronde van Vlaanderen.

Wat stelt het veldrijden sportief eigenlijk voor? (Lucien Mertens, Geel)

HANS VANDEWEGHE: Wielrennen is een regionale sport, en daarbinnen is veldrijden een zéér lokale discipline. Om het geld doen er wel een paar topatleten aan mee, zoals Sven Nys. Maar het moderne wielrennen evolueert intussen naar een strijd tussen grote motoren, zoals Fabian Cancellara, Alberto Contador en Chris Froome. Het veldrijden is een Vlaamse kermis die daar mijlenver van af staat. Maar wél een kermis die zichzelf bedruipt. Niets op tegen dus, maar we moeten niet denken dat we in het veld nog talent kunnen opleiden voor het moderne wielrennen. Net zomin als op onze kasseihellingen. Die zijn een anachronisme. Vroeg of laat verdwijnt dat.

Vindt u niet dat sommige journalisten de sport eerder lijken te promoten, in plaats van neutraal verslag te doen? (Rik Geerts, Herenthout)

VANDEWEGHE: U hebt gelijk. Het wielrennen is in Vlaanderen nog groter geworden toen de VRT het voetbalcontract kwijtspeelde in 1994 en massaal inzette op de koers. En ook de kranten zijn sterk verweven met de wielerwereld. Kranten hebben altijd al wedstrijden georganiseerd, zoals de Tour de France, de Giro d’ Italia, de Ronde Van Vlaanderen en de Omloop Het Nieuwsblad. Aan het gebrek aan kritische houding valt niet veel te doen. De grote mediagroepen zijn erg afhankelijk van de populariteit van hun sportverslaggeving. En de VRT heeft met Sporza een echt sportmerk gecreëerd. Ze hebben geen belang meer bij een journalistieke aanpak, wel bij de promotie van de evenementen.

U schreef een opiniestuk over het aandeel van de snelle pakken in het Nederlandse schaatssucces op de Olympische Spelen. Kan het wielrennen daarvan leren? Je ziet nog steeds renners met regenjasjes als parachutes. (Guy Volckaerts, Aarschot)

VANDEWEGHE: Dat kan zeker. Het Belgische bedrijf Bioracer maakt nu al pakken met speciale stof voor tijdrijders. Wegwielrenners zitten meer beschermd in het peloton. Daar is aerodynamica minder belangrijk. Maar het wielrennen kan vooral nog veel technologische vooruitgang boeken door trainingsmethodes uit andere sporten te gebruiken. Team Sky werkt met een zwemtrainer, en wint gelijk twee keer de Tour de France.

Hoe groot is het dopingprobleem in het voetbal? (Dries Cuyvers, Schaarbeek)

VANDEWEGHE: Amfetamines zijn ook in het voetbal geprobeerd, maar nooit zo epidemisch als in het wielrennen. Omdat voetbal een heel technische sport is, maar ook omdat ze niet de traditie van medicatie hebben. In de jaren negentig zaten heel wat voetballers aan de epo, vooral bij Italiaanse ploegen. Enkele Franse sterren hebben het waarschijnlijk ook meegenomen naar hun nationale ploeg. Dat weten we sinds een proces tegen Juventus, waar niemand veroordeeld is. Vandaag is de overmedicatie in het voetbal wel even groot als in het wielrennen. Voetballers nemen nu vooral ontstekingsremmers, maar die zijn niet verboden.

Vraag van de week

De wielersport bestaat bij de gratie van iconen en de overdracht van het kleurrijke verleden, maar wat moet ik mij voorstellen bij het wielrennen van 2040? (Gianni Loosveldt, Deerlijk)

VANDEWEGHE: In 2040 zullen er bij ons geen wielerwedstrijden meer zijn zoals we ze nu kennen. Het zal evolueren naar een mondiaal circuit, zoals de formule 1 maar dan met een kleiner budget. In Vlaanderen zal het de rol niet meer kunnen opnemen die het nu heeft, door logistieke problemen. De wegen slibben dicht, en mensen willen de koers niet meer in hun wijk, omdat ze dan hun huis niet meer uit kunnen. Het is onvermijdelijk dat het wielrennen plaatsen zoekt waar het beter koersen is. De idolatrie zal ook verdwijnen. In 2040 zullen we naar wielrennen kijken als consumenten van sportevenementen, en niet meer als supporters.

Volgende week: Politica van Groen Mieke Vogels. Mail uw vragen naar mijnvraag@knack.be en maak kans op 2 filmtickets

Thomas Verbeke

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content