Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

De druk van de mens op haaienpopulaties in de hele wereld is zo groot geworden dat nogal wat soorten met uitsterven bedreigd zijn.

Haaien hebben een trieste reputatie. Hun uiterlijk met de rijen scherpe tanden en de emotieloze ogen is afschrikwekkend, hun bloeddorstigheid legendarisch. Een beeldvorming die sterk in de hand werd gewerkt door films als Jaws – die even beschadigend was voor het imago van de haai als Roodkapje voor dat van de wolf. Haaien werden voortdurend als een vijand voor het welzijn van de mens geportretteerd.

De realiteit is uiteraard omgekeerd. Het is de mens die de haai in zijn voortbestaan bedreigt. Maar tot dusver was er bijna geen aandacht voor het weinig benijdenswaardige lot dat deze zeedieren te wachten staat. Natuurbeschermers focusten in eerste instantie op beter in de markt liggende mariene soorten, zoals zeeschildpadden en walvissen.

Vorige maand verscheen in het wetenschappelijke topvakblad Science echter een hoogst verontrustende analyse van het haaienbestand in het noordwesten van de Atlantische Oceaan – voor de kusten van Canada en de Verenigde Staten dus. De haaienpopulaties zijn er gedecimeerd: de voorbije vijftien jaar zou het aantal haaien er met niet minder dan driekwart (75 procent) verminderd zijn.

Het was de eerste keer dat zo’n gedetailleerde analyse kon worden gemaakt, want er zijn nooit goede statistieken over haaienvangst bijgehouden. Haaien behoorden zelden tot de commerciële vissoorten, zodat wetenschappers er weinig aandacht voor hadden.

De Canadese auteurs van het rapport in Science ploegden door een massa logboeken van zeevissers, die sinds 1986 nauwkeurig hadden bijgehouden hoeveel haaien ze aan de haak hadden geslagen. De resultaten waren onthutsend. De vangsten van hamerhaaien waren met 89 procent afgenomen, van grote witte haaien (de ‘mensenhaaien’ uit de films) met 79 procent. Voor vos- en tijgerhaaien werden de laatste vijftien jaar dalingen tussen 65 en 80 procent geregistreerd.

De conclusie liet aan duidelijkheid niets te wensen over: overbevissing bedreigt het voortbestaan van de haaienpopulaties in de Atlantische Oceaan. Als er niet snel maatregelen komen vergelijkbaar met die welke voor populairdere dieren genomen werden, zou de schade aan zowel de haaienpopulaties als het hele ecosysteem op termijn onherstelbaar groot kunnen worden.

70 MILJOEN DODE HAAIEN

Internationale natuurbeschermingsorganisaties als Traffic – de afdeling van het Wereldnatuurfonds (WWF) die de handel in bedreigde dier- en plantensoorten monitort – en de haaienspecialistengroep van de Internationale Unie voor de Conservatie van de Natuur (IUCN) waarschuwen al van in de jaren negentig voor de nefaste gevolgen van grootschalige overbevissing voor haaien- populaties in de hele wereld.

In de tweede helft van de jaren negentig zouden jaarlijks 700.000 ton haaien geslacht zijn. In de veronderstelling dat het gemiddelde gewicht van een gevangen haai tien kilogram bedraagt, betekent dit ongeveer 70 miljoen haaien per jaar. Dat zijn een kwart miljoen gevangen haaien per dag, of liefst drie per seconde. Men moet geen rekenwonder zijn om te beseffen dat een roofdierpopulatie zoiets niet lang kan dragen.

Daarbovenop komt de gewettigde vrees dat er per gevangen haai minstens twee andere ‘per ongeluk’ gedood worden door bijvoorbeeld garnaal- en tonijn- vissers. Vooral blauwe haaien zouden onder deze ‘bijvangst’ lijden: in totaal zouden er elk jaar zes miljoen accidenteel gevangen worden. In de Stille Oceaan alleen al zouden jaarlijks bijna anderhalf miljoen blauwe haaien verstrikt raken in door Japanners uitgezette netten voor inktvissenvangst. Bijvangsten worden vaak zonder meer terug in het water gegooid, een enorme verspilling.

Er verschenen uiteraard ook rapporten van visserijorganisaties die poneerden dat de haaienvangst gemakkelijk tot 1,3 miljoen ton per jaar zou kunnen worden opgedreven. Een cijfer geïnspireerd door de terugval van de stocks van vele commerciële vissoorten als gevolg van overbevissing, want de ijzeren wet van vooruitgang zegt dat cijfers die bij de ene soort verloren gaan elders gerecupereerd moeten worden.

Een extra bedreiging voor de haaien is de groeiende populariteit van haaienvinnensoep. Haaienvinnen leveren de wat slijmerige structuur die aan Chinese soepen hun smaak en dikte geeft. Er worden tegenwoordig zulke hoge prijzen voor haaienvinnen betaald, tot 400 euro per stuk, dat vissers dikwijls van nog levende haaien gewoon de vinnen afsnijden en het lichaam weer in zee gooien. Zo gaat 95 procent van het haaienvlees verloren.

Hongkong is de draaischijf van de handel in haaienvinnen, met een jaaromzet van 3000 ton vinnen. Het importeert vinnen uit niet minder dan 125 landen, waaronder Spanje dat na Japan aan de top in de rangschikking van exporteurs van blauwehaaienvinnen prijkt. Hongkong voert zelf al dan niet verwerkte haaienvinnen naar 75 landen uit.

Biologen die begaan zijn met het behoud van het mariene leefmilieu klagen er al langer over dat het zo moeilijk is om mensen bezorgd te maken over het lot van haaien, en om bewustheid te kweken voor het belang van het behoud van toppredatoren. ‘ So what?‘ is een veelgehoorde reactie op alarmerende berichten over het verdwijnen van haaiensoorten.

Een antwoord daarop blijft noodgedwongen beperkt tot algemeenheden over het belang van biodiversiteit en de noodzaak van roofdieren om prooipo-pulaties gezond te houden. Haaien vissen de zwakkere dieren uit bijvoorbeeld zeehondenpopulaties weg, waardoor die leefbaar blijven. Duurzaam oogsten tot (bijna) ieders heil, heet dat.

Maar er zijn slechts weinig studies verricht die gedetailleerd ingaan op de invloed van haaien op het ecosysteem. Het vakblad New Scientist beschreef hoe het verdwijnen van grote haaien uit de kustwateren van de Amerikaanse staat Florida aanleiding gaf tot een snelle stijging van het aantal stekelroggen, die ongetwijfeld zelf effecten zal hebben gehad op lagere niveaus van de voedselketen.

750 METER DIEP IN ZEE

Haaien zijn ongeveer 500 miljoen jaar geleden ontstaan. Hun specifieke design gaat al meer dan 100 miljoen jaar in bijna ongewijzigde vorm mee – ter vergelijking: pas bijna 5 miljoen jaar geleden begon er iets rond te lopen dat van ver op een mens geleek. Er zijn ongeveer 380 soorten haaien in de wereld, waarvan de pygmeehaai met zijn 25 centimeter de kleinste is, en de walvishaai met zijn 12 meter (en een gewicht van 14 ton) de grootste. Blauwe haaien kunnen snelheden tot 70 kilometer per uur halen.

Net als de verwante roggen zijn haaien kraakbeenvissen. Ze onderscheiden zich van gewone beenvissen onder meer door het feit dat ze geen zwemblaas hebben, zodat ze in beweging moeten blijven om niet naar de bodem te zinken. De meeste soorten leggen geen eieren, maar baren haaienbaby’s.

Pas recent begonnen wetenschappers diepere inzichten te vergaren over de manier waarop een haaienleven georganiseerd is. Het topvakblad Nature meldde vorig jaar dat grote witte haaien zich meer als walvissen gedragen dan als vissen, onder meer omdat vooral de mannetjes grote afstanden in de oceaan afleggen en de vrouwtjes de neiging hebben in hetzelfde gebied te blijven rondhangen. De dieren zouden slechts af en toe een prooi moeten vangen. Een zeeolifantenjong zou volstaan om twee maanden in leven te blijven.

Ondanks hun enorme lengte leven reuzenhaaien net als vele grote walvissen van planktondeeltjes, die ze met hun enorme muil in massale hoeveelheden uit het water zeven. Volgens New Scientist wezen waarnemingen met satellietzendertjes uit dat deze dieren op hun voedingstochten per maand duizenden kilometers kunnen afleggen. Soms dalen ze tot meer dan 750 meter diep in de zee af.

De meeste haaien zijn echter gepatenteerde jagers en hebben in de loop der tijden diverse systemen ontwikkeld om hun efficiëntie op te drijven. De Journal of Experimental Biology rapporteerde dat haaien hun prooien detecteren door middel van receptoren in de huid die gevoelig zijn voor de elektrische velden uitgestraald door prooidieren op een afstand van 30 centimeter. Hamerhaaien zouden daarbij profiteren van hun speciaal gevormde kop waardoor ze bij het zwemmen een dubbel zo grote oppervlakte aan water kunnen afspeuren.

Het vakblad Geophysics verklaarde het voorkomen van bizarre zones melkwit water voor de kust van de Bahama’s als een strategie van bepaalde haaiensoorten die bodemsediment opwoelen om gemakkelijker vissen te kunnen vangen. Twee weken geleden beschreef Nature hoe een gel onder de huid van haaien via een systeem van zenuwcellen in staat is temperatuursveranderingen in het zeewater van amper een duizendste van een graad Celsius te detecteren. Daarmee zouden haaien gemakkelijker goede visgronden kunnen opsporen.

Haaien staan er natuurlijk om bekend dat ze een neus hebben voor bloed, dat ze een druppeltje van een grote afstand kunnen ruiken en wild worden als ze in een bloedbad terechtkomen. Toch is het aantal dodelijke ongevallen met haaien de meeste jaren wereldwijd op de vingers van één hand te tellen. Haaien doden bijna geen mensen, en in ieder geval niet in verhouding tot de slachtpartij die in de omgekeerde richting wordt aangericht.

De jongste jaren wordt er wel een stijging in het aantal incidenten met haaien geregistreerd, die meer dan waarschijnlijk toe te schrijven is aan het feit dat meer mensen (zwemmers, surfers en duikers) de neiging hebben de haaienbiotoop binnen te dringen. Omdat wij onaangepast zijn aan een leven in de zee, zijn we een gemakkelijke prooi. Zeker in omstandigheden met een bloeiend haaientoerisme raken haaien aan mensen gewend, en associëren ze mensen met de bloederige stukken vlees die worden uitgegooid om vooral grote witte haaien naar toeristenbootjes en kooien met duikers in het water te lokken. Haaientoerisme kan nuttig zijn om de kwalijke reputatie van de dieren te counteren. Maar enkele zware ongevallen met toeristen zouden volstaan om een gunstige trend definitief naar die van het monster uit de films om te buigen.

HAAIEN ZIJN VOGELVRIJ

Gelukkig raken steeds meer mensen ervan overtuigd dat er dringend iets aan de bescherming van haaien moet worden gedaan. Behoud van mangroven is daarbij een belangrijk punt, want 95 procent van de haaiensoorten leven in kustgebieden en gebruiken de ondiepe mangrovezones voor een veilige voortplanting. De globale teloorgang van mangroven verhoogt de druk op haaienpopulaties.

De creatie van haaienreservaten in zee, waar niet gevist mag worden, zou wenselijk zijn, maar zal niet volstaan om vele haaiensoorten te redden. De dieren trekken namelijk over grote afstanden. Ze houden zich uiteraard evenmin aan territoriale wateren, zodat lokale beschermingsmaatregelen zelden een doel- treffend effect hebben. Alleen internationale ingrepen kunnen soelaas bieden, waarbij een soort als dusdanig wordt beschermd.

Vorige herfst werd ter zake een doorbraak gerealiseerd. De tweejaarlijkse vergadering van de Conventie over de Internationale Handel in Bedreigde Soorten (CITES) plaatste eind november de walvis- en de reuzenhaai op de lijst van soorten die bescherming nodig hebben en die niet langer zomaar bejaagd mogen worden. Een verrassing, want bij de aanvang van de vergadering zag het er nog naar uit dat de haaien niet over voldoende aanhangers zouden beschikken om naar bescherming gestemd te kunnen worden. Tien jaar lang werd er op het niveau van CITES gedebatteerd over de wenselijkheid haaien te beschermen.

Door hun trage voortplanting zijn haaien heel kwetsbare dieren. Omdat ze levendbarend zijn, produceren ze slechts een beperkt aantal jongen per keer. Het duurt daarenboven een tijd voor ze matuur geworden zijn. In deze condities kunnen zelfs de gevolgen van bijvangsten zo zwaar zijn dat ze populaties zichtbaar aantasten.

In de haaienvinnenhandel groeit nu al de tendens om steeds meer dieren van minder dan twee jaar oud te vangen, die nog helemaal niet aan voortplanting toe zijn. Dat is dodelijk voor een soort. Het vakblad Ecological Economics berekende vorig jaar dat de zandhaai – een twee meter lange soort die veel gezocht wordt voor zijn vinnen – alleen zal overleven als hij pas vanaf een leeftijd van tien jaar gevangen mag worden. Er zouden dus minimumafmetingen voor gevangen haaien moeten komen.

Het zal evenwel moeilijk zijn om in dit verband een drastische mentaliteitsverandering te induceren. Haaien zijn te lang vogelvrij geweest, en vele andere vissoorten zijn al overbejaagd. Begin dit jaar begonnen Amerikaanse conservatieorganisaties een rechtszaak tegen de visserij-autoriteiten, omdat er onvoldoende maatregelen kwamen om haaien te behoeden voor overbevissing. De autoriteiten hadden, bijvoorbeeld, geweigerd minimumafmetingen voor vangst uit te vaardigen.

In Europa loopt er momenteel een campagne die pleit voor een verbod op het vangen van haaien voor de verkoop van hun vinnen. Niet minder dan 90 procent van de blauwe haaien in Europese wateren zouden voor de vinnenmarkt gedood worden. De Europese Commissie zou geneigd zijn de praktijk dat haaien alleen voor hun vinnen gedood worden, te verbieden. Haaienvinnen zouden alleen nog verkocht kunnen worden als ook de rest van de haai in de handel komt. Om moeilijkheden met correcte soortdeterminatie te vermijden, zou de maatregel voor alle haaiensoorten gelden. Het lijkt erop dat het ongunstige tij voor de haaien eindelijk aan het keren is.

Dirk Draulans

Jaws was voor het imago van de haai wat Roodkapje was voor dat van de wolf.

Er zouden minimumafmetingen voor gevangen haaien moeten komen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content