De CVP congresseert op de Heizel over het leefmilieu. De christen-democraten willen de vergroening in het programma vast leggen.

OF HET ZINVOL is om het leefmilieu te belasten door asperges of snijbonen per vliegtuig aan te voeren of noordzeegarnalen even in Marokko te laten pellen alvorens ze hier op de markt te brengen, daarover heeft het CVP-congres van zaterdag het niet. Toch niet meteen. In de resoluties staan wel zinnen als : ?Om de atmosferische milieuproblemen tegen te gaan, is een herdenken van de wijzen van verplaatsing, verwarming, energievoorziening en economische productie noodzakelijk.? Congresteksten zijn veelal vaag. Dat mocht ook de milieubeweging vaststellen. Nog twee dagen voor zijn ontslag nodigde voorzitter Johan Van Hecke (CVP) vertegenwoordigers van die milieubeweging uit en vroeg hen om commentaar.

De resoluties waren zo algemeen dat ook de milieubeweging ze zonder gezichtsverlies kon onderschrijven al viel het schamele luik over natuurbehoud op en wordt er over de Groene Hoofdstructuur gezwegen. Van de weeromstuit schreef de pers dat de milieubeweging voortaan als de vijfde zuil van de CVP mag worden beschouwd, bovenop NCMV, ACW, Boerenbond en de groep van onafhankelijken. Zo’n vaart loopt het niet, maar het klopt dat de christen-democraten het overleg met de niet-partijpolitieke groenen meer structuur willen geven. De CVP wil niet langer met de vinger worden gewezen als de anti-milieupartij. Die uitspraak kwam van Hugo Abts, toen die nog voorzitter van VZW Natuurreservaten was. Nu werkt Abts deeltijds voor het kabinet van de Vlaamse minister van Leefmilieu Theo Kelchtermans, die, zoals geweten, tot de CVP behoort. Abts is overigens niet de enige groene die de stap naar de CVP zette. Bekende namen als Leo Cox, gewezen politiek secretaris van Agalev, en Agalev-boegbeeld Pol Staes deden hetzelfde.

INHAALOPERATIE.

De partijverruiming van Johan Van Hecke was tegelijk een bekentenis : de CVP miste de voorbije decennia verscheidene keren de boot. De nieuwe sociale bewegingen, waaronder de groene stroming, gingen aan haar voorbij. Van Hecke wilde een inhaaloperatie uitvoeren. De vernieuwing zou met vier themacongressen (gezin, milieu, economie, Europa) in het partijprogramma worden verwerkt. Die operatie zou tegen eind volgend jaar rond moeten zijn. Het leefmilieucongres is het eerste in de rij. Het behandelt drie knelpunten. Daar is mobiliteit niet bij over de met onverantwoorde laksheid aanvaarde groei van de mobiliteit volgt een apart CVP-studiedag.

Wel aan de orde zijn : ruimtelijke ordening, de instrumenten van het milieubeleid (heffingen, reglementen) en de verwerking van de internationale afspraken van het wereldcongres in Rio. Leefmilieu staat trouwens in de actualiteit. Kelchtermans presenteerde zopas zijn tweede milieubeleids- en natuurontwikkelingsplan en zijn collega en opvolger op Ruimtelijke Ordening, Eddy Baldewijns (SP), wil het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen volgend jaar rond hebben. Dat Structuurplan werd tijdens de vorige legislatuur in opdracht van Kelchtermans voorbereid.

Opvallend is alvast dat ook de basis van de CVP de ruimtelijke ordening ervaart als één van de belangrijkste knelpunten van een milieubeleid of een beleid tout court. De basis kan op instemming rekenen van de verruimers en een deel van de partijtop. Daarbij speelt de nuchtere vaststelling dat Vlaanderen in geen tijd wordt volgebouwd, met alle gevolgen voor mobiliteit, dienstverlening, stadsverloedering of voor middenstand en landbouw. Voor de CVP geldt nog een ander, politiek-strategisch argument. De partij verloor haar stedelijke basis. Zonder stedelijke visie, kan ze die niet terugwinnen.

Haast ongemerkt evolueerde de CVP inderdaad naar een plattelandspartij. Haar parlementsfractie wordt goeddeels gevuld met burgemeesters en schepenen van kleinere gemeenten. Zij voeren de toon en stimuleren de facto de verdere uitholling van de steden, ten koste van de open ruimte en de leefbaarheid in de echte steden en in de steden die aan de rand daarvan groeien. In de grote steden gaat het voor de partij van kwaad naar erger. In Brussel bestaat de CVP nog amper, in Gent zit ze in de oppositie en in Antwerpen bracht de noodgreep Antwerpen 94 niet wat er werd van verwacht. Meer dan enkele interessante figuren, zoals cultuurschepen Eric Anthonis, leverde de operatie niet op. Antwerpen 94 (met VU, onafhankelijken en CVP) behaalde amper 15 procent van de stemmen. Na de Tweede Wereldoorlog behaalden SP en CVP in Antwerpen samen gemakkelijk tachtig procent van de stemmen, in 1994 nog 35 procent. Als de partij ergens snel veel stemmen kan winnen, dan wel in de steden.

In het partijblad Keerpunt zegt Leo Cox daarover : ?Het is opvallend dat in landen met veel meer ruimte dan in Vlaanderen, de wetgeving inzake milieu en vooral ruimtelijke ordening in de regel strikt wordt toegepast, terwijl Vlaanderen met zijn beperkte ruimte op zijn zachtst gezegd achterna hinkt.? Cox vindt een ommekeer in de Vlaamse ruimtelijke ordening hoogdringend. Zowel stad als platteland vaart er wel bij. De nieuwe christen-democraat zou het betreuren dat ?de CVP evolueert van een beginselpartij voor het algemeen belang naar een geprovincialiseerde plattelands- of burgemeesterspartij.? Cox vindt dat de CVP sterker moet worden. ?Een christelijke volkspartij is meer dan een bestuursfabriek. De CVP kan meer dan smalle meerderheden leiden. Kleine meerderheden leiden tot grote vleugelstrijd en vleugelstrijd maakt vleugellam.?

BOUWINSPECTIE.

De CVP wil dat er aan ruimtelijke planning wordt gedaan. Met planning streeft de partij naar ?het herstel van de leefbaarheid van de binnensteden en de dorpskernen en de maximale beveiliging van de open ruimte.? De partij vindt het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ?dringend nodig?. Winkels en bioscopen aan de stadsrand zijn uit den boze. Een resolutie stelt : ?Grootschalige winkelcentra en complexen in de sociaal-culturele sfeer moeten bij voorkeur in het stedelijk gebied worden ingeplant.? Limburg wil dat uit de tekst. In die provincie vormen vakbonden en werkgevers namelijk front voor Fenix, een megalomaan winkelcentrum in de heide van Waterschei dat haaks staat op alles wat het Structuurplan verkondigt en de toekomst van Hasselt en Genk hypothekeert. Ook Kelchtermans is een Limburger en zeer voor Fenix.

Opvallend is voorts dat de CVP wel een trendbreuk in de ruimtelijke ordening voorstaat, maar dat de partij in alle talen zwijgt over het dienstbetoon en cliëntelisme dat aan onze ruimtelijke wanorde ten grondslag ligt. In dat dienstbetoon trekken politici graag kromme dossiers recht. Menig CVP-politicus bouwt daarop zijn carrière. Ook opmerkelijk is dat de beleidspartij zeer vaag blijft over de handhaving. Van een inspectie ruimtelijke ordening, naar analogie met de milieu-inspectie, wil de CVP niet weten. Misschien wil de partij liever niet dat er wordt opgetreden, ervan uitgaand dat bouwmisdrijven sociaal aanvaard zijn. Er kwamen trouwens geregeld amendementen binnen die de deuren naar nieuwe regularisaties van misdrijven, wijd openzetten.

De CVP heeft het overigens al evenmin op de bestaande milieu-inspectie begrepen. Ook dat is vreemd want de Gentse professor Hugo Bocken kan de partij met grote deskundigheid uitleggen dat eens de wetgeving gecoördineerd is, het inzake leefmilieu in de eerste plaats op kordate handhaving aankomt. Bocken weet waarover hij spreekt, want hij kreeg van Kelchtermans de opdracht om de milieuwetgeving die veelal ad hoc tot stand kwam, te coördineren. De naar hem genoemde commissie leverde gewaardeerd werk, dat door het Vlaams parlement al in verschillende decreten is omgezet. Maar de taak is niet rond.

Tegen die achtergrond is de vraag naar deregulering van onder meer Vlaams minister van Economie en Landbouw Eric Van Rompuy (CVP) wellicht voorbarig. De regelgeving kan namelijk zonder veel moeite doorzichtiger en coherenter worden gemaakt, zonder dat aan de normen wordt geraakt. Maar misschien zien Van Rompuy en het bedrijfsleven dat liever anders, en willen ze helemaal geen strenge milieuregels. De CVP vindt in elk geval dat Vlaanderen te arm is om terzake een gidsfunctie te vervullen. Het Vlaams milieubeleid moet worden afgestemd op dat van de buurlanden.

ERFENIS.

Als het congres ermee instemt, dan staat de CVP vanaf zaterdag voor duurzame ontwikkeling in al haar facetten. De partij wil gebruik en dus productie van kernenergie geleidelijk terugdringen misschien verzet de partij zich wel tegen het gebruik van elektrische verwarming. Straks aanvaardt de CVP waarschijnlijk het voorzorgsprincipe in geval van wetenschappelijke twijfel kiest de CVP voor de milieuveilige weg. De partij van voorzitter Marc Van Peel schrijft zich in een kringloopeconomie in en erkent het principe van de vervuiler betaalt wellicht zullen de gezinnen straks zwaarder opdraaien voor de waterzuivering, want de industrie leverde zelf al grote inspanningen en stijft de pot almaar minder. De CVP vindt een milieubeleid geen exclusieve zaak voor een kabinet leefmilieu, maar voor het beleid in zijn geheel. En na twintig jaar weerstand laat de CVP vermoedelijk haar verzet tegen de strafaansprakelijkheid voor rechtspersonen varen. Niet het topkader maar de raad van bestuur van een bedrijf kan voor de rechter worden gedaagd.

Om al deze doelstellingen naar de eigen achterban te vertalen, gebruikt de CVP de term rentmeesterschap. ?Het milieu kan worden beschouwd als een van de vorige generaties verworven erfenis, die wij lenen van de volgende generaties. Van ons, rentmeesters van de aan ons toevertrouwde schepping, wordt verwacht dat wij dit pand, dit kapitaal, zo beheren dat het ongeschonden in stand blijft.? De CVP gebruikte deze definitie al in 1986. Sindsdien is de partij onafgebroken mee aan de macht geweest en bezat ze onder meer de portefeuilles van Leefmilieu en Ruimtelijke Ordening.

Er werden in die periode veel plannen gemaakt, waarvan er enkele ook gerealiseerd werden. Maar de CVP overtuigde zelden als ze voor zware keuzes stond. Dat gold inzake het Mestactieplan, de Groene Hoofdstructuur, het rivierbekkenbeleid, de twijfels rond het Structuurplan. Dat gold eveneens het met veel poeha aangekondigde Milieubeleidsplan en Natuurontwikkelingsplan (Mina-plan) van Kelchtermans (1989). Enkele weken geleden stelde dezelfde minister een tweede Mina-plan voor. Over de resultaten van de eerste blauwdruk werd met geen woord gerept. Het was wellicht een mooi plan. Op papier.

Peter Renard

Het milieucongres van de CVP gaat volgend weekeinde voorbij aan het mobiliteitsbeleid. Daarover plannen de christen-democraten een aparte studiedag.

Theo Kelchtermans stelde zijn tweede milieubeleidsplan voor. Over de resultaten van zijn eerste plan uit 1989, repte hij met geen woord.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content