Een aantal recente deals dat de fiscus afsloot bij gigantische belastingfraudes wekt heel wat onvrede: waarom wordt een kleine garnaal hard aangepakt en komen de groten haaien er zo goedkoop van af?

‘Dat grote fraudeurs erin slagen om pas na onderhandelingen met de fiscus dankzij een relatief kleine boete alle verdere vervolging te voorkomen, tast de geloofwaardigheid aan van fiscus en justitie’, zegt Lieven Denys, professor fiscaal recht aan de VUB. Zijn collega Mark Delanote treedt hem bij: ‘Niemand kan uitleggen waarom grote fraudeurs een boete van 30 procent moeten betalen en kleine fraudeurs 100 of 200 procent. Er is geen coherent en transparant beleid voor de bestraffing van fiscale fraude.’

De jongste tijd trof de fiscus een hele reeks minnelijke schikkingen, waarbij de fraudeplegers er wel erg goedkoop lijken van af te komen. Het bekendst is het geval van het Antwerpse diamantbedrijf Omega Diamonds. Dat fraudeerde voor 2 miljard euro, maar betaalde maar een boete van 160 miljoen. Begin deze week wekte een ander geval nog meer verbazing: de familie De Wilde, eigenaar van drankencentrale Creve Drinks uit Waarschoot, trof een regeling in een dossier van massale bierfraude. Ze moet 15 miljoen euro aan ontdoken belastingen en boetes betalen. Om aan dat geld te raken, wordt het bedrijf verkocht en worden alle werknemers ontslagen. Zo lijken uiteindelijk de werknemers het grootste slachtoffer te worden. Denys: ‘Fraudebestrijding kan geen rekening houden met de sociale consequenties. Want de fraudeur vult onrechtmatig zijn zakken en benadeelt tegelijkertijd anderen, zoals bijvoorbeeld leefloners. Dat kun je nooit laten passeren.’

Dat een aantal grote fraudeurs er bij een minnelijke schikking vaak zeer goedkoop van af lijkt te komen, is een andere zaak. Wat de grootte van de boetes bepaalt, is niet altijd helder. ‘De theoretische boetes liggen hoog’, zegt Delanote, ‘en het gevolg is dat het in grote fraudegevallen loont om dure adviseurs in te zetten, die tijdens de onderhandelingen de boetes naar beneden kunnen krijgen. Voor kleine fraudeurs loont dat niet.’ Denys:’De duivel schijt altijd op de grootste hoop. Iemand met veel financiële middelen kan alle knowhow aanwenden om een minimale bestraffing te bepleiten. Maar de fiscus en parketten die een akkoord sluiten zouden achteraf publiek moeten verantwoorden welke maten en gewichten ze hanteren. Die motivering is essen- tieel in een democratie en rechtsstaat, maar gebeurt nu te weinig.’

‘Nu zijn de theoretische bestraffingen zeer zwaar, maar er kan over onderhandeld worden. Ik zou liever zien dat de bestraffing wat lager is, maar wel steeds op dezelfde manier wordt toegepast’, zegt Delanote. Politiek ligt dat moeilijk, want sommigen vinden dat fraudeurs niet zwaar genoeg kunnen worden aangepakt. Tot slot: misschien moet er ook eens nagedacht worden over een efficiënt preventief beleid, zodat de discussie over de repressie naar de achtergrond kan verdwijnen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content