Rik Van Cauwelaert
Rik Van Cauwelaert Rik Van Cauwelaert is directeur van Knack.

Ook al riekt het hele voorakkoord naar mislukking, toch moet tegen eind deze week Verhofstadt II op de been zijn. Of het politieke klimaat zou al ferm moeten omslaan.

Hoe lang de paarse formatie overeind kan blijven, is maar de vraag. Tal van financiële en communautaire problemen werden naar later verschoven. Het breekt de nieuwe coalitie vandaag zuur op dat ze, ondanks de vele waarschuwingen, de voorbije vier jaar niet al te spaarzaam heeft geopereerd. De collega’s van Trends berekenden onlangs nog dat rooms-rood onder Jean-Luc Dehaene in de moeilijke periode 1995-1998 merkelijk beter presteerde dan paars-groen in de voorspoediger tijdspanne 1999-2002. Paars-groen heeft zich de afgelopen vier jaar vooral bezondigd aan wat professor Wim Moesen in De Financieel-Economische Tijd treffend ‘ Illusions-malerei‘ noemde.

Weinigen hechten daarom geloof aan Verhofstadts belofte dat hij met de volgende regering 200.000 nieuwe arbeidsplaatsen kan scheppen. ABVV-voorzitster Mia De Vits berekende al dat een groei van twee procent nodig is om nog maar te kunnen denken aan nieuwe arbeidsplaatsen. En bij die twee procent zijn we nog lang niet. Volgens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling loopt België zelfs een eind achter op de groeivooruitzichten in de eurozone. Bovendien is de voorziene lastenverlaging ruim ontoereikend om nieuwe werkgelegenheid te stimuleren.

‘Vooral nu moet Verhofstadt oppassen of hij gaat de politieke geschiedenis in als een praatjesmaker.’ Die bewering komt niet van een lid van de oppositie, maar van een Brusselse academicus die de paarse coalitie genegen is. Er zit veel waarheid in die uitspraak.

Het volstaat de drie Burgermanifesten – nog altijd verkrijgbaar in een handzaam bandje – door te nemen om vast te stellen dat al die ideeën die jaren geleden een frisse wind onder de liberale zeilen zouden jagen, dode letter zijn gebleven. Ook het nieuwe regeerakkoord lijkt niet echt doordesemd van de vele stichtende gedachten in die Burgermanifesten.

Neem nu de grote hervorming van de federale ambtenarij, en de bijbehorende afschaffing van de kabinetten – twee kwesties die Verhofstadt altijd na aan het hart lagen, want belangrijke onderdelen van zijn modelstaat die het vertrouwen van de burger in de instellingen moest herstellen. Verhofstadt was de eerste die zijn kabinet afschafte – al leek de beleidscel die hij overhield verdacht veel op het opgedoekte kabinet.

Een goed jaar geleden nog eiste minister Luc Van den Bossche van Ambtenarenzaken dat ze bij Knack ‘enige intellectuele discipline’ aan de dag zouden leggen. Het had de minister mishaagd dat een week eerder in dit blad was aangetoond dat de hervorming van de overheidsdiensten, een ambitieus plan dat de naam Copernicus meekreeg, niets anders was dan een gigantische, geldverslindende koehandel met kabinetschefs.

Volgens de minister en zijn collega’s klopte die bewering van geen kanten. De Copernicus-operatie heette een van de meest doortastende en heilzame hervormingen te zijn die dit land ooit had mogen ondergaan. In de aanloop naar de jongste parlementsverkiezingen haalde de premier geregeld het Copernicusplan aan als een van de grote verwezenlijkingen van paars-groen. Niet zo lang geleden, tijdens zijn optreden in het VTM-programma Polspoel & Desmet, bleef Luc Van den Bossche, die eerstdaags bij BIAC aan de slag gaat, volhouden dat al die bezwaren tegen zijn plan geen steek hielden.

Minister Van den Bossche zit nog niet bij BIAC of bij zijn collega’s komt de kritiek op zijn hervormingen al los. Het Copernicusplan, zo valt te vernemen, is een miskleun gebleken: terwijl de werkomstandigheden voor het middenkader en de lagere niveaus van de ambtenarij steeds beroerder worden, zitten de federale overheidsdiensten opgezadeld met overbetaalde en politiek benoemde topambtenaren.

Het vertrouwen van de nieuwe paarse ploeg in de hervormde ambtenarij lijkt in elk geval erg beperkt. Want van de afschaffing van de ministeriële kabinetten is plots geen sprake meer. Ministers kunnen zich voortaan opnieuw vrijelijk omringen met ‘een beleidscel’, met uit eigen partijrangen gerekruteerde medewerkers die het beleid zullen voorbereiden en sturen. Een rol die in de plannen van Van den Bossche was voorzien voor de Federale Overheidsdiensten.

Zo een kabinet of beleidscel kan bovendien zeer tot nut zijn van de minister, vooral als verkiezingen zich aandienen. Zoals in 2004.

Rik Van Cauwelaert

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content