Als de Europese Unie het goed speelt, komt ze altijd als winnaar uit de begrotingsgesprekken. Of er nu een meerjarenbegroting komt of niet.

Sinds vorig jaar heerst er paniek tussen Brussel en Straatsburg, want de EU lijkt het maar niet eens te raken over de meerjarenbegroting voor de volgende zeven jaar. ‘Maar de paniek is voorbarig’ vindt Wim Moesen, een hoogleraar aan de KU Leuven die zich onder meer in Europees begrotingsrecht heeft gespecialiseerd. ‘In een normale procedure zou er niets aan de hand zijn, want de huidige Europese begroting loopt nog tot 1 januari 2007. Het enige probleem is dat Europees voorzitter Groot-Brittannië wel heel nadrukkelijk de spierballen laat rollen, omdat Labour het thema wil misbruiken om stemmen te winnen in eigen land.’

Het Verenigd Koninkrijk was altijd een rabiate tegenstander van de machtsuitbreiding van de Europese Unie. Vandaar ook het Britse voorstel om de Europese begroting voor de komende zeven jaar tot 847 miljard euro in te krimpen, omgerekend 1,03 procent van het bruto nationaal product (bnp).

In het oorspronkelijke voorstel zou Europa 1024 miljard euro mogen opsouperen, of 1,25 procent van zijn bnp. Dat was geen buitensporig cijfer: het komt neer op een bedrag tussen de 120 en de 150 miljard euro per jaar, wat ongeveer overeenstemt met het bedrag dat alle regeringen in België samen op 365 dagen uit de schatkist halen. Meer nog: eigenlijk is 1,25 procent gewoon te weinig. Moesen en zijn ploeg hebben drie jaar geleden berekend dat Europa, als het alle taken van zijn lidstaten zou overnemen die efficiënter en goedkoper uitgevoerd zouden worden op het communautaire niveau, een standaardbudget nodig heeft van 1,43 procent van het bnp. (Uiteraard onder voorwaarde dat de nationale begrotingen de budgetten doorstorten voor de taken die ze hebben overgedragen.)

Maar de Britten wilden daar niets over horen. Het zou ons bijna doen hopen dat Europa zónder meerjarenbegroting richting 2007 stuift. Ten eerste omdat het toch nog een tweede kans krijgt, wanneer Oostenrijk het voorzitterschap van de Britten overneemt. En ten tweede omdat de excellenties, als ze het ook onder Oostenrijks praesidium niet eens willen raken, met een van de Britten ontleend flegma weer de géometries variables uit de kast halen, de snode plannen voor een Europa met twee snelheden én twee begrotingen. Die géometries variables hebben namelijk een dubbel voordeel. Niet alleen verlossen ze ons voorgoed van dat oeverloze gekibbel over die Europese begroting, maar ze geven ons ook een waterkans dat er weer een consensus komt over hoe dat eengemaakte Europa er in de komende jaren moet uitzien. Met of zonder Britten.

Frank Demets

Het Verenigd Koninkrijk was altijd al gekant tegen de machtsuitbreiding van de EU.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content