De Nederlandse Raad van State heeft de streekplanwijziging vernietigd die de aanleg van de Westerschelde Container Terminal in Vlissingen mogelijk moest maken. Met ingrijpende gevolgen.

Politici en havenbonzen die de toepassing van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijnen voor het behoud van de vogelstand (1979) en van de natuurlijke habitats (1992) al jaren weglachen, vergaat sinds veertien dagen het lachen. Want zelfs de anders zo nauwlettende Nederlandse autoriteiten, in dit geval de Provinciale Staten (provincieraad) van Zeeland, werden op 16 juli door de Raad van State in Den Haag teruggefloten bij de aanleg van de Westerschelde Container Terminal (WCT) aan de buitenkant van de haven in Vlissingen.

Deze terminal zou 2,6 kilometer lang en 500 meter breed worden, een diepgang bieden van 18 meter (2,5 meter méér dan Antwerpen en Zeebrugge) en zou zeven tot negen van de grootste containerschepen tegelijk en zo 1,5 miljoen containers per jaar behandelen. Hij zou aansluiten op 200 hectare kaaigebonden terreinen, op nieuwe wegen – waaronder de Westerscheldetunnel tussen Vlissingen en Terneuzen – en op nieuwe spoorverbindingen, en hij zou mogelijkheden bieden voor nieuwe kruiplijnkustvaarders en binnenschepen.

Zo zou de WCT jaarlijks op zijn eentje 25 à 30 miljoen ton goederen overslaan. Vlissingen en Terneuzen, die samen Zeeland Seaports vormen, zouden dan jaarlijks dubbel zoveel verwerken als nu (26,8 miljoen ton) en zeker meer dan Gent (23,9 miljoen ton) en Zeebrugge (32,9 miljoen ton) vorig jaar.

Onder meer omdat de Nederlandse en Vlaamse autoriteiten de verdieping van de Westerschelde blijven uitstellen, ging de Antwerpse HesseNoordNatie (die grotendeels in handen is van de Port of Singapore Authority) op haar beurt 300 miljoen euro reserveren voor de uitbouw van de Westerschelde Container Terminal. Het Havenbedrijf Rotterdam en Zeeland Seaports hadden samen eerder al 350 miljoen euro klaarliggen voor de WCT. Die plannen heeft de Nederlandse Raad van State nu zodanig aan flarden geschoten dat ze minstens moeten worden herschreven, indien al niet helemaal herdacht.

Omdat een groot deel (142 ha) van de geplande WCT (180 ha) eind maart 2000 op basis van de Europese Vogelrichtlijn door Nederland aangewezen is als ‘Speciale Beschermingszone’ voor bepaalde vogelsoorten, trokken verenigingen als de Zeeuwse Milieufederatie naar de Raad van State om te protesteren tegen de aanleg van de WCT. In artikel 6 stipuleert de Habitat-richtlijn immers dat de bescherming van zo’n vogelhabitat slechts kan worden opgeheven als er, bij gebrek aan alternatieven, dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard, kunnen worden ingeroepen. Zelfs indien een uitzondering wordt toegestaan, moet de Europese lidstaat eerst compenserende maatregelen nemen die de samenhang van het Europese ecologisch netwerk Natura 2000 garanderen.

ONTOEREIKEND

In zijn arrest van 16 pagina’s acht de Raad van State de inrichting van een reeds door Zeeland Seaports bijna volledig aangekocht gebied (157,6 ha) wel degelijk ’toereikend’ als natuurcompensatie voor het verlies van de ‘Speciale Beschermingszone’ (142 ha).

‘Ontoereikend’ daarentegen noemt de Raad van State de inschatting van de hinder die het bijkomende spoorverkeer van en naar de WCT zal genereren in het achterland. ‘Ontoereikend’ ook is het onderzoek naar alternatieven voor de WCT. En even ‘ontoereikend’ zijn de argumenten ter staving van het groot openbaar belang ervan.

De Raad van State stelt immers dat de pleitbezorgers van de WCT niet alleen andere locaties, maar desnoods ook andere werkgelegenheidsinitiatieven binnen of buiten de Zeeuwse regio hadden moeten zoeken die de ‘Speciale Beschermingszone’ eerbiedigen en tegelijk de economische toekomst van Vlissingen en omstreken zouden verzekeren.

Met een dergelijk arrest laat de Raad van State de initiatiefnemers van de Westerschelde Container Terminal dus weinig kans tegen de verdedigers van grauwe ganzen, bergeenden, scholeksters, kluten en diverse soorten plevieren, strandlopers en sternen.

Eind augustus zullen de Provinciale Staten van Zeeland nagaan of zij het Streekplan Zeeland ‘Westerschelde Container Terminal’ nog eens willen herzien. De Zeeuwse provincieraad zal bekijken of daaromtrent bijkomende argumenten bestaan die de Raad van State wél toereikend acht en of de betrokken havenbedrijven – zoals destijds hun concurrenten in het Antwerpse Deurganckdok – een jarenlange procedureslag aankunnen voor een diepwaterkaai in de monding van de Westerschelde.

Frank De Moor

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content