Jan Nolf

Justitie is duidelijk niets voor de gewone mens

Jan Nolf Erevrederechter en justitiewatcher

Als twee keer een blad voorlezen na een diner een “persconferentie” is, dan moet niemand meer klagen over de communicatie van justitie zelf.

Justitie is duidelijk niets voor de gewone mens, want het gaat om justitiepaleizen, gevangeniskloosters en kasteelmoorden. Minuutje: de kasteelmoord zou er geen zijn, want dat weten we sinds die persconferentie.

Enfin, een persconferentie die er ook al geen was. Immers, als twee keer een blad voorlezen na een diner in een chique restaurant een “persconferentie” is, dan moet niemand meer klagen over de communicatie van justitie zelf. Ik zou me zelfs zorgen beginnen maken over wie noch zin noch centen heeft om in dat soort “persconferenties” z’n vermoorde onschuld uit te schreeuwen. Hopelijk geldt het vermoeden van onschuld tot nader order ook voor die.

Helderheid brengen in de verwarring rond justitie? Goede moed aan iedereen.

Daarna volgde Reyers Laat, waarin de advocaat van de verdachte ‘mr. Doktoor’ verwacht werd “licht te brengen in de duisternis” (citaat uit de aankondiging op de website van de VRT).

Bravo voor de keuze van de kaars. Die advocaat bleef op het plateau bij Lieven Van Gils herhalen dat hij niets over het dossier zou vertellen maar was ondertussen toch duidelijk over de “betrokkenheid” van zijn cliënt. Geen moordenaar, maar een grootvader. Het is “nog niet het moment om met modder te gooien”, maar dat komt wel en dan zal “iedereen achter hem staan”. Over ‘de doden niets dan goeds’, nee dat is geen wet van assisen. Maar het geloof in de eigen cliënt wel, dat is de Wet Vermassen.

Een merkwaardig amalgaam van wat we wel en niet moesten verwachten, want op meer dan de bekentenis van onschuld bovenop het ‘vermoeden van onschuld’ hadden we niet gerekend.

Het ene vermoeden is het andere niet.

‘Vermoeden’, het heeft iets van een ruitenwisser: je veegt er het regenwater mee weg, en het vuil zijwaarts op een hoopje. En je hoopt klaar genoeg te zien om thuis te raken.

Om te beginnen – hou je vast – zijn vermoedens een excellente bewijstechniek, zelfs een van de meest gebruikte, en meest succesrijke. Waar tastbaar bewijs, tot DNA toe faalt, laat justitie zich niet van de wijs brengen. Nee rechters en ook juryleden hebben ‘guts’ en ‘ellebogen’, ze voelen het aan en nemen een besluit. Op basis van vermoedens.

Vermoedens vind je al in het Burgerlijk Wetboek, art. 1349: “gevolgtrekkingen die de wet of de rechter afleidt uit een bekend feit om te besluiten tot een onbekend feit”. Het lijkt bijna algebra, maar eigenlijk doen we dat zelf iedere dag: “Het kan toch niet anders dan …”

Art. 1353 BW preciseert dan vermoedens die wettelijk niet precies omschreven zijn, maar “overgelaten worden aan het oordeel en het beleid van de rechter, die geen andere dan gewichtige, bepaalde en met elkaar overeenstemmende vermoedens zal aannemen”.

In alle handboeken over strafrecht, is het hoofdstuk ‘bewijs’ precies daarom opmerkelijk kort (tenzij het over de BOM-wet gaat bv. de Bijzondere OpsporingsMethoden).
Het bewijs in strafzaken – alleszins in assisen – heeft veel te maken met volks gezond verstand. Misschien dààrom dat de Hoge Raad voor de Justitie er alles aan doet om assisen af te schaffen.

Natuurlijk gaan we sinds een goeie twee eeuwen uit van het ‘vermoeden van onschuld’. Dat betekent niets meer of minder dan dat niet onschuld, maar schuld moet bewezen worden. Zo nodig door… vermoedens. U bent gewaarschuwd.

Tot slot, een uitsmijter op deze deze blauwe donderdag én historische dag dat de minister van Justitie zelfs bij haar partijgenoten bot ving voor de locatie van nieuwe gevangenissen.

De Wet Le Jeune is dus verstrengd. Bijgevolg hebben we nu nog eens méér cellen nodig. Poseren in een zwarte jurk voor een felgele celdeur zoals Annemie Turtelboom dat voor mekaar bracht, was niet handig naar het blauwe thuisfront toe. Vermits de mode van de minister niet verandert, is voor een nieuw public relations offensief een verfbeurt van de celdeur aan te bevelen. In deze tijden van gemeenteraadsverkiezingen kan een kandidaat niet voorzichtig genoeg zijn: niet alle kiezers zijn kleurenblind.

Ondertussen blijft het merkwaardig dat een gevangenis door wroede burgervaderen geweigerd wordt omdat een cachot niet hoort bij het ‘cachet’ van hun goegemeente. Dan hebben de Zusters Clarissen toch een meer moderne opvatting van criminologie.
Na de kater van het dossier Martin, volgt de politieke koppijn: we vinden iedere dag wel voor iets nieuws hogere gevangenisstraffen uit, die daarenboven nu langer doorstaan moeten worden, maar we zijn tegen gevangenissen.

Bravo. Als we dus tegen gevangenissen zijn, nu nog even doordenken over alternatieven voor gevangenisstraffen. Nee, niet ouderwets doen, niet terug naar minister van Justitie Jules Le Jeune in het Brussel van 1888, maar spieken bij de aanpak van minister van justitie Christiane Taubira in het Parijs van 2012. Als die burgermeesters blijven dwars liggen, komt Le Jeune wel in galop terug.

Misschien hebben de verdachten in de Kasteelmoord daar wel ooit interesse in: straks een betoging in Ruiselede.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content