Veenbessen dan toch niet zo effectief tegen blaasontsteking

Marleen Finoulst
Marleen Finoulst Arts en journalist

Pillen met extract van veenbessen zijn populair tegen blaasontstekingen, maar er is reden voor grondige twijfel. Omdat er amper controle is op dit soort voedingssupplementen, maar ook omdat degelijk bewijs ontbreekt.

In het begin van de vorige eeuw ontdekten wetenschappers dat consumptie van veenbessen urine extra zuur maakt, wat de ontwikkeling van bacteriën onderdrukt.
In het begin van de vorige eeuw ontdekten wetenschappers dat consumptie van veenbessen urine extra zuur maakt, wat de ontwikkeling van bacteriën onderdrukt.© istock

Van veenbessen of cranberry’s wordt beweerd dat ze blaasinfecties helpen voorkomen of genezen. Het effect wordt toegeschreven aan proanthocyanidinen. Ondanks heel wat onderzoek is het bewijs daarvoor niet overtuigend. Bovendien kan de samenstelling van commerciële veenbessupplementen sterk wisselen. Dat blijkt uit onderzoek van Ines van Dooren van de Universiteit Antwerpen.

Een dagelijks kommetje veenbessen of glaasje veenbessensap brengt waarschijnlijk onvoldoende actieve stof aan om enig merkbaar nut te hebben voor een bestaande blaasinfectie, maar preventief is er wel enig effect.

Zij bestelde veenbesextracten bij 12 gespecialiseerde bedrijven. Sommige van die poeders bevatten slechts 0,01 procent van de actieve stof; andere 1,4 procent of ongeveer 100 maal meer. Hoeveel er in de pillen zit, daar heb je als consument vaak het raden naar, want niet alle producenten vermelden het op hun verpakkingen. Ze zijn er ook niet toe verplicht. Voedingssupplementen moeten wettelijk enkel de veiligheid garanderen. Gezondheidsclaims moeten volgens recente Europese regelgeving wetenschappelijk onderbouwd zijn en goedgekeurd door het Europees Voedselagenschap (EFSA), maar dat gebeurde tot nu toe nog niet voor plantaardige voedingssupplementen.

Vooral vrouwen

De helft van alle vrouwen maakt in het leven minstens eenmaal een blaasinfectie door die enige klachten oplevert. Meestal is het een ongecompliceerde ontsteking, zonder bijkomende problemen. Een blaasontsteking is bijna steeds het gevolg van een infectie met darmbacteriën, meestal Escherichia coli. Bij mannen zijn urineweginfecties 50 keer minder frequent, en dat is geen toeval. De afstand tussen aars en penisopening is veel langer dan die naar de vagina, waardoor darmbacteriën veel makkelijker overgedragen worden naar de vagina.

De belangrijkste klachten van een blaasontsteking zijn pijn en moeilijkheden bij het plassen, en frequente aandrang tot kleine plasjes. Ze zijn erg storend voor de dagelijkse levenskwaliteit, zoals voor het emotioneel welzijn en het fysiek, sociaal en professioneel functioneren. Factoren die het risico op een blaasontsteking verhogen, zijn seks, urine-incontinentie en diabetes. Mensen die al een urineweginfectie achter de rug hebben, lopen een grotere kans op nieuwe ontstekingen.

Een blaasontsteking kan behandeld worden met antibiotica, maar dat hoeft niet altijd. Ze geneest vaak spontaan. Dat kan langer duren dan met antibiotica, maar je loopt dan niet het risico op de nadelen die antibiotica inhouden. Te vaak en te veel antibiotica verhogen de kans dat je geconfronteerd wordt met bacteriën die niet meer gevoelig zijn voor deze geneesmiddelen en daardoor tot gevaarlijke infecties kunnen uitgroeien. Ondertussen kun je eventueel een pijnstiller nemen om de hinder wat te drukken, uiteraard altijd in overleg met de arts.

Antikleef doet het hem

Sommige vrouwen hebben geregeld last van blaasinfecties. Als dat meer gebeurt dan 2 maal per 6 maanden of 3 maal per jaar, spreken artsen van recidiverende blaasontstekingen. In dat geval geven ze tips mee die de kans op een nieuwe blaasontsteking kunnen doen afnemen, zoals: de blaas ledigen na seks, bij aandrang niet onderdrukken maar onmiddellijk gaan plassen en voldoende drinken. Voor dat laatste is er geen wetenschappelijk bewijs dat het helpt, maar het heeft geen nadelen en kost niets, dus waarom zou je het niet proberen?

In het begin van de vorige eeuw ontdekten wetenschappers dat consumptie van veenbessen urine extra zuur maakt, wat de ontwikkeling van bacteriën onderdrukt, maar dat effect is te zwak om enige impact te hebben op blaasontstekingen. Verder onderzoek wees uit dat de bescherming via een ander mechanisme verloopt. Veel schuldige darmbacteriën zijn uitgerust met fijne haartjes waarmee ze zich vasthechten aan de binnenwand van de blaas. In veenbessen zitten echter stoffen die beletten dat de haartjes zich kunnen vastzetten. Ze vormen als het ware een antikleeflaagje op de cellen van de blaaswand, zodat eventuele bacteriën in de urine blijven drijven en met de eerste plasbeurt weggespoeld worden. Op voorwaarde natuurlijk dat je voldoende veenbessen opgenomen hebt, of althans de actieve stof met de moeilijke naam in die veenbessen.

En daar wringt het schoentje. Een dagelijks kommetje veenbessen of glaasje veenbessensap brengt waarschijnlijk onvoldoende actieve stof aan om enig merkbaar nut te hebben voor een bestaande blaasinfectie, maar preventief is er wel enig effect. Hoeveel je er minimaal van moet innemen voor een preventief effect is onbekend. Bovendien weten we evenmin of alleen de momenteel gekende actieve stof verantwoordelijk is voor dit effect, dan wel of er nog meer stofjes actief zijn en in welke hoeveelheden. Er is dus nog wel wat werk aan de winkel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content