Perfectionismecoach Marcel Hendrickx waarschuwt: ‘De burn-outepidemie zal nog toenemen’

Perfectionist in de dop: kinderen worden al heel jong in een keurslijf geduwd. © Getty Images

De dingen perfect willen doen, is prima, vindt perfectionismecoach Marcel Hendrickx. ‘Maar bij perfectionisten wordt dat een kwestie van moeten. Zij hebben altijd het gevoel dat ze tekortschieten.’

Ooit was Marcel Hendrickx (70) zelf een perfectionist: hij werkte als manager bij een bank en alles moest op zijn eigen, perfecte manier gebeuren. Nog voor zijn 50e verjaardag kreeg hij twee hartinfarcten. Dus besloot hij zijn levensstijl te veranderen en begon hij als coach mensen te begeleiden. Al snel ontdekte hij één funest patroon bij veel cliënten: perfectionisme. Hij creëerde een manier van coachen om dat probleem aan te pakken, en intussen zijn in Vlaanderen al honderd perfectionismecoaches actief. Met zijn nieuwe boek, Burn-out begint in de kleuterklas, wil hij een lans breken voor een nieuwe maatschappij ‘die iedereen uitnodigt om helemaal zijn authentieke zelf te zijn’.

Het grote probleem is dat in onze samenleving – ook in het onderwijs en de gezinnen – alles draait rond het verstand.

Burn-outs worden vaak toegeschreven aan de maatschappelijke druk, maar volgens u speelt een persoonlijkheidstrek de grootste rol: perfectionisme.

Marcel Hendrickx: Dat klopt, maar daarmee wil ik onze maatschappij zeker niet vrijpleiten. We zijn toch te gek bezig? Als we vandaag iets online bestellen, moet het morgen bezorgd worden, anders voelen we ons tekortgedaan. Dat lijkt me niet meer gezond. De druk die we onszelf en anderen opleggen, is torenhoog. Het begint al in de kleuterklas: jonge kinderen moeten zoveel, ze krijgen te weinig de kans om creatief te zijn en gewoon te spelen. Daardoor ontstaat steeds vaker en op steeds jongere leeftijd het patroon van perfectionisme. Wie dat eenmaal in zich heeft, kan niet omgaan met de maatschappelijke druk. Wie geen last heeft van perfectionisme, weet perfect hoe hij tijd moet maken voor zichzelf, hoe hij op adem kan komen in de ratrace. Maar mensen met perfectionisme niet: zij gaan eraan ten onder. Vandaar de epidemie van burn-outs.

Perfectionisme wordt vaak als iets positiefs gezien: ik heb liever een chirurg die het perfect wil doen dan een sloddervos.

Hendrickx: Maar dat is nu net het grote misverstand. Er is niets mis mee als mensen de dingen perfect willen doen. Zo’n chirurg kiest ervoor om zichzelf te vervolmaken en er 100 procent voor te gaan. Prima. Er is pas sprake van perfectionisme wanneer die behoefte verandert in een verplichting. Een perfectionistische chirurg zal het gevoel hebben dat zijn werk nooit goed genoeg is. Hij zou blijven snijden in een lichaam tot hij de boel verknoeit, bij wijze van spreken. De meeste symptomen van perfectionisme – zorgen voor anderen, hoge eisen stellen aan jezelf, alles willen controleren – zijn op zich niet verkeerd. Maar het probleem is dat ze dwangmatig worden. Zo wordt het een belemmerend patroon waarbij mensen hun vrijheid verliezen en een zeer grote bevestigingsdrang hebben. Ze hebben altijd het gevoel dat ze tekortschieten, tegenover anderen en zichzelf.

Marcel Hendrickx, Burn-out begint in de kleuterklas, Uitgeverij Angèle, 220 blz., 19,99 euro. Meer info op www.bevrijdjezelf.be en www.nipc.nl.
Marcel Hendrickx, Burn-out begint in de kleuterklas, Uitgeverij Angèle, 220 blz., 19,99 euro. Meer info op www.bevrijdjezelf.be en www.nipc.nl.

Hoe ontstaat perfectionisme?

Hendrickx: Het grote probleem is dat in onze samenleving – ook in het onderwijs en de gezinnen – alles draait rond het verstand. Onze linkerhersenhelft moet altijd maar werken: we analyseren, zoeken bewijzen en denken na. De rechterhersenhelft, waarmee we spelen, creatief zijn en onze intuïtie volgen, krijgt geen kans meer. Zowel op school als thuis krijgen veel kinderen de boodschap dat ze beter hun best moeten doen, dat ze van alles moeten leren. Terwijl we kinderen veel meer vrij moeten laten.

Is het erfelijk?

Hendrickx: Vroeger dacht men van niet, maar uit recent onderzoek blijkt er toch een genetische gevoeligheid te zijn. Maar er zijn heel wat gezinnen waar het ene kind aan perfectionisme lijdt, terwijl het andere daar absoluut geen last van heeft. Er zijn verschillende factoren die kunnen meespelen. Veel ouders geven hun perfectionisme onbewust door aan hun kind, of ze blijven herhalen dat het beter kan. Maar er zijn ook kinderen die al vlug in een zorgende rol worden geduwd, omdat een van hun ouders sterft, bijvoorbeeld. Of kinderen die gepest worden of een ander trauma meemaken. In ieder geval raad ik ouders aan om hun eigen perfectionisme zo snel mogelijk aan te pakken: de impact op (jonge) kinderen is enorm. Als mama of papa hun gedragspatronen aanpassen, zie je bij die kinderen een grote verandering.

Maar hoe vind je als ouder het evenwicht tussen kinderen stimuleren en hen vrijheid geven?

Hendrickx: Om perfectionisme te voorkomen, is het belangrijk om genoeg ruimte te geven aan creativiteit en spontaniteit. Uiteraard wil je dat je kind veel leert, daar is niets mis mee. Maar het rationele mag de rest niet verdrukken. Ik herinner me het verhaal van iemand die als kind zo graag ging spelen bij een ‘gekke’ mama, die helemaal opging in de wereld van haar kinderen en gewoon meespeelde. Misschien moeten we allemaal wat vaker zo’n ‘gekke’ mama of papa proberen te zijn. Let op: ik pleit hier niet voor stoute kinderen zonder grenzen. Respect blijft heel belangrijk, maar dat kun je perfect combineren met vrijheid. Anderzijds: eenmaal het patroon van perfectionisme in een kind zit, helpt nog maar weinig. Dan kun je als ouder wel zeggen dat 60 procent op het rapport een prima cijfer is, maar zelf zal zo’n kind nooit tevreden zijn.

Zó herken je een perfectionist

  • Is nooit tevreden over zichzelf én anderen
  • Piekert veel en is vaak angstig
  • Zorgt dwangmatig voor anderen, zelfs voor onbekenden
  • Vermijdt conflicten. Anderen móéten hem leuk vinden
  • Verliest zich in details
  • Cijfert zichzelf weg, kan geen nee zeggen of hulp vragen
  • Moet alles onder controle hebben
  • Kampt met uitstelgedrag, het zal toch nooit goed genoeg zijn
  • Kan moeilijk beslissen, kiezen is verliezen
  • Geeft nooit op, dat doen alleen losers

Hoe merk je dat je kind ten prooi is gevallen aan dat patroon?

Hendrickx: Dat zie je al heel vroeg, vaak bij kleuters. Het vrije, spontane en ongeremde kind verdwijnt. In plaats daarvan raakt het verkrampt. Ik heb het bij mijn eigen kleinkinderen zien gebeuren: ze waren ineens niet meer spontaan en losbandig, maar teruggetrokken. En zo gebeurt het zeer vaak. Kinderen worden al heel jong in een keurslijf geduwd. Dat is niet de schuld van hun ouders, want zij voelen ook veel druk vanuit de maatschappij. We moeten allemaal nadenken over hoe het verder moet. Anders zal de burn-outepidemie nog toenemen.

Uw boek lijkt wel een vingerwijzing naar het onderwijs.

Hendrickx: Ik wil niemand beschuldigen, want ik weet dat ook leerkrachten onder grote druk staan. Ook zij worden in een keurslijf geduwd: ze moeten zo veel energie stoppen in verslagen en administratie dat er veel te weinig tijd overblijft voor de kinderen zelf. Als ik minister van Onderwijs Hilde Crevits hoor zeggen dat de kwaliteit van ons onderwijs stijgt, dan is dat goed. Maar ik vind het zeer jammer dat het welzijn van onze kinderen minder hoog op de agenda staat. Gelukkig zijn er al scholen waar veel ruimte is voor creativiteit, spel en beweging, maar in de meeste scholen staat leren voorop. Daarom ben ik zo’n fan van het Finse onderwijs: daar zorgt de school ervoor dat kinderen zich goed in hun vel voelen en dat ze goed kunnen communiceren. De rest volgt vanzelf.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content