Filipijns zorgpersoneel ontgoocheld over niet-erkenning diploma: ‘Voelt als een vernedering’

LALIANE CRUZ. 'Er wordt totaal geen rekening gehouden met mijn negen jaar werkervaring.' © DICK DEMEY

Houders van niet-Europese diploma’s verpleegkunde komen in België moeilijk aan de bak. ‘Ik mocht alleen residenten wassen en helpen aankleden, schoonmaken en eten ronddragen.’

Het wordt alle hens aan dek voor de vaccinatiecampagne. Studenten verpleegkunde worden gemobiliseerd, ziekenhuizen hebben gepensioneerde medewerkers aangepord, heel wat gegadigden hebben zich vrijwillig aangemeld. Lalaine Cruz (35) moet evenwel passen voor het offensief, ook al is ze de geknipte rekruut.

De Filipijnse verpleegster woont al vijf jaar in Vlaanderen. Ze spreekt vlot Nederlands en kan bogen op een rijke ervaring met spuiten allerhande. Voor ze naar Vlaanderen verhuisde, werkte ze negen jaar in het grootste ziekenhuis van Macau, het Chinese casino-eiland waar ze is opgegroeid. Probleem: haar in Manilla behaalde bachelordiploma verpleegkunde wordt in Vlaanderen niet erkend.

‘Ik heb vier jaar gestudeerd en daarna in Macau een streng toelatingsexamen afgelegd’, vertelt Cruz. ‘In mijn ziekenhuis heb ik afwisselend op de spoed, de dienst endoscopie en als company nurse gewerkt. Weken van 48 uur, veel ervaring opgedaan. Toen ik besloot mijn Vlaamse man naar België te volgen, wilde ik hier meteen aan het werk.’

Vanuit Macau probeerde Cruz de erkenning van haar diploma en een werkvergunning te regelen. Zo kwam ze uit bij NARIC (National Academic Recognition Information Centre), de instantie die in Vlaanderen bevoegd is voor de erkenning van buitenlandse diploma’s. ‘Mijn aanvraag voor gelijkschakeling werd afgewezen,’ vertelt Cruz, ‘maar ik kreeg wel een erkenning als zorgkundige. Ik had geen idee wat dat concreet inhield, tot ik hier in een rusthuis ging werken en vaststelde dat ik ver beneden mijn opleidingsniveau moest opereren. Een spuitje geven? Een oppervlakkige wonde verzorgen? Allemaal verboden. Ik mocht alleen residenten wassen en helpen aankleden, schoonmaken en eten ronddragen. Het voelde als een vernedering.’

Stage-uren vs. ervaring

Cruz putte alle procedures uit, maar NARIC bleef onwrikbaar. Meer dan zorgkundige, een diplomaplichtig statuut overigens, zat er voor haar niet in. ‘Een van de voornaamste argumenten was dat ik 158 stage-uren minder had dan in België wordt vereist’, zegt ze. ‘Dat verschil geeft dus de doorslag, terwijl er totaal geen rekening werd gehouden met mijn negen jaar werkervaring. Kijk, ik kan ermee leven dat ik niet als bachelor word erkend, maar dat ik zelfs geen gelijkschakeling krijg met een lager HBO5-diploma verpleegkunde? Daar kan ik me niet bij neerleggen.’

De Filipijnse opleidingen besteden veel aandacht aan algemene vakken, ten koste van specifieke inhouden zoals geriatrie of psychiatrie.

Pieter-Jan Van Hoof, jurist bij NARIC

Cruz bezorgde ons een lijst van een tiental Filipijnse verpleegkundigen die in Vlaanderen soortgelijke problemen ondervonden. Dat het om Filipijnen gaat, is geen toeval. De Zuid-Aziatische archipelstaat is ’s werelds grootste uitzendkantoor voor verpleegkundigen, alleen al in de Verenigde Staten zijn ze met 150.000. Bij de Britse gezondheidsdienst NHS werken zo’n 20.000 Filipijnse verpleegsters, tienduizenden andere vonden een baan in de Golfstaten en Saudi-Arabië. Opleidingen zijn op Amerikaanse leest geschoeid, een troef die internationale erkenning vergemakkelijkt.

Chauvinisme

Vorig jaar stonden in Belgische ziekenhuizen 5500 vacatures voor verpleegkundigen open, in woonzorgcentra zijn de tekorten nog groter. Zonder buitenlandse instroom blijven vele posten onbezet. Armonea, de grootste private speler in de ouderenzorg van ons land, besloot in 2018 zelf Roemeense verpleegkundigen op te leiden. Kandidaten werden in Boekarest gescreend en in een taalbad Frans of Nederlands ondergedompeld, daarna volgden ze in België een inburgeringstraject en opfriscursus geriatrische verpleegkunde. Zonder bij NARIC te passeren, want Europese diploma’s worden automatisch erkend. Eerder al werd in samenwerking met de VDAB geprobeerd Spaanse en Portugese verpleegkundigen naar Belgische ziekenhuizen en rusthuizen te lokken. Met beperkt succes: velen bleken niet te voldoen aan de kwaliteitseisen, of struikelden over de taal- en cultuurbarrière.

Filipijnse verpleegkundigen vormden een aantrekkelijk alternatief, zo redeneerde de in zorgprofielen gespecialiseerde recruiter Select Medical. De multinational opende in 2018 in Dubai een rekruteringscentrum voor de Vlaamse markt. ‘Heel wat Filipijnse verpleegkundigen zien het Midden-Oosten als een tussenstap naar Europa’, legt directeur William de Marbaix uit. ‘De salarissen liggen er wel hoog, maar er is geen sociale bescherming en weinig respect voor niet-westerse expats. Dat bood kansen om op de vraag in België in te spelen. Filipijnse verpleegkundigen zijn goed opgeleid, erg gemotiveerd en vlot Engelstalig.’

Het programma kende succes, de eerste elf kandidaten werden via een snelcursus Nederlands van 180 uren klaargestoomd. Toch is het bij die ene, eerste lichting gebleven. ‘We zijn gestruikeld over NARIC’, zegt De Marbaix. ‘Van onze 11 verpleegkundigen hebben er slechts twee een HBO5-erkenning gekregen, een bedroevend resultaat. Het lag niet alleen aan de strenge erkenningscriteria maar ook aan de bureaucratische procedure. Onze kandidaten ontvingen al in Dubai aanmaningen in het Nederlands om documenten op te sturen, instructies die ze niet eens begrepen want ze moesten nog beginnen aan hun taalcursus.’ Dat kan kloppen. Zoals alle Vlaamse overheidsinstellingen is NARIC gebonden aan de taalwetgeving die Nederlands verplicht in officiële communicatie. Op de website is wel informatie in het Engels en Frans te vinden. Toch vindt De Marbaix dat Vlaanderen kansen laat liggen in de mondiale competitie om verpleegkundig talent. ‘We verwachten zo veel mogelijk perfect Nederlands sprekende bachelors met een Vlaams diploma. Maar met zo’n enge visie blijft er veel potentieel onbenut.’

‘NARIC is niet de meest toegankelijke dienst,’ zegt Vlaams zorgambassadeur Lon Holtzer, ‘maar hij is nu eenmaal gebonden door de Europese reglementering voor beschermde beroepen in de gezondheidszorg. Voor verpleegkundigen gelden er zeven verplichte opleidingszones, waaronder pediatrie, verloskunde, thuiszorg, geriatrie en geestelijke gezondheidszorg. Bij die laatste twee inhouden knelt het schoentje: in de meeste niet-Europese opleidingen, ook in de Filipijnen, komen geriatrie en psychiatrie te weinig aan bod. Toch zou het helpen mochten we samen met NARIC aanvullende opleidingen kunnen uitwerken. Het is zonde om aanwezig potentieel niet te benutten.’

Sneltraject

‘De erkenningscriteria worden door de federale overheid bepaald, zonder onze inspraak’, zegt NARIC-jurist Pieter-Jan Van Hoof. ‘Onze opdracht bestaat erin aanvragen individueel en objectief te behandelen. Dat hebben we ook bij mevrouw Cruz gedaan, onze beslissing werd trouwens door een onafhankelijke beroepsinstantie bevestigd.’ Van Hoof ziet meerdere verklaringen voor de lage erkenningsgraad voor aanvragen van Filipijnse verpleegkundigen. ‘De opleidingen besteden veel aandacht aan algemene vakken, ten koste van specifieke inhouden zoals geriatrie of psychiatrie. Voorts ligt het aantal klinische uren, de stage dus, lager dan wat Europa vereist. Soms wordt dat tekort door bewezen werkervaring gecompenseerd, op voorwaarde dat die relevant is.’

Het antwoord zal Lalaine Cruz niet overtuigen, maar ze geeft haar droom niet op. De Filipijnse is gaan aankloppen bij een van de HBO5-scholen die Indiase verpleegkundigen een verkort traject naar een Vlaams diploma aanbieden (zie artikel op pagina 54). Met resultaat: de school laat Cruz in een vergelijkbaar programma stappen. Als het lukt, is de Vlaamse zorgwereld minstens één gemotiveerde verpleegkundige rijker.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content