Frank Vander linden is zanger en muzikant, als frontman van De Mens en solo. Hij was recent te zien in Liefde voor muziek op VTM.
Welk nieuws heeft u recent bang of boos gemaakt?
Ik kan mij elke dag wel boos op of vrolijk maken over Trump. Dat is een vervelende verslaving. En het helpt niemand vooruit. Maar Amerika is al heel mijn leven het beloofde land, het land van de muziek waar ik van houd en de literatuur die me heeft gevormd. Ik had beter verwacht, denk ik.
Hebt u een concreet idee of voorstel om de wereld te verbeteren?
We hebben een taalfout gemaakt. In plaats van het woord ‘woke’, hadden we het woord ‘menselijkheid’ moeten gebruiken. Maar nu is het te laat, natuurlijk.
Wat is uw grootste prestatie?
Dat ik toch al het grootste deel van mijn leven kan overleven met dingen die ik graag doe. Dat is een prestatie, maar ook een cadeau: geluk speelt daarin geen onaanzienlijke rol.
Wat is uw grootste mislukking?
Voorlopig kreeg ik mijn kinderen nog niet aan het lezen. Maar ik geef niet op. Ze zijn nu 14 en 10, en beleven onvermijdelijk momenten van eenzaamheid. Dan hoor ik mezelf zeggen: als je een boek hebt, ben je nooit alleen.
Hebt u al eens overwogen om te emigreren?
Anderhalf jaar geleden verhuisde ik naar Aalst. Dat is al drastisch genoeg. Bovendien maak ik met mijn liedjes niet veel kans in Australië of Japan.
Aan welke jeugdherinnering bent u het meest gehecht?
Als jongen van veertien in het donker terugfietsen van de voetbaltraining en in een zomers onweer terechtkomen. Op papier was dat een ramp, maar door de warme regen fietsen, met donder en bliksem op de achtergrond, was het beste gevoel denkbaar.
Doet u iets bijzonders voor het milieu?
In de papieren broodzakken van de supermarkt zit een plastic venster. Dat haal ik eruit om te recycleren in het pmd. En daar feliciteer ik mezelf geregeld voor.
Wat is het ergste wat u over uzelf op sociale media hebt gelezen?
In periodes waarin ik vaak op tv kom, lees ik soms commentaren van pakweg Marie-Jeanne uit Oevel, die zich afvraagt ‘waarom die vent altijd zo stuurs kijkt’. Het grote voordeel daarvan is dat ik in het echt meestal toffer blijk te zijn.
Van welke beslissing hebt u het meest spijt?
Op m’n 17e verkocht ik mijn Gibson gitaarversterker aan Patrick Penninckx, voor 300 frank of zo. Later ben ik dat ding online gaan opzoeken. Ik werd daar even niet goed van. Het was zo’n prachtig ding, met een prijs om van te duizelen.
‘In plaats van “woke” hadden we “menselijkheid” moeten gebruiken. Maar nu is het te laat, natuurlijk.’
Hebt u ooit al eens een zelfhulpboek gelezen?
Heel veel, zeker tussen mijn 25e en mijn 40e. Ook nu liggen er een paar te wachten, waaronder How to Talk to Anyone van Leil Lowndes. Met het ouder worden – iets wat ik actief doe – wil ik daar steeds beter in worden.
Welk kunstwerk – boek, film, muziek, schilderij… – heeft u het meest geraakt of gevormd?
Het album Tonight’s the Night van Neil Young. Zo triest, gedrogeerd, in tequila gemarineerd, vals gezongen en ruw gespeeld. Maar monsterlijk mooi.
Wat vindt u het moeilijkste aan de liefde?
Doseren.
Vindt u seks overschat?
De komende 25 jaar wil ik daar nog volmondig ‘nee’ op antwoorden. Daarna zien we wel.
Doet u iets bijzonders voor uw gezondheid?
Zwemmen: een verslaving die ik mezelf heb aangeleerd.
Wat hebt u geleerd in het leven?
Dat het belangrijker wordt als je het niet té belangrijk vindt.
Christophe Busch: ‘Dat we de Amerikaanse democratie zien verbrokkelen, kan wel eens onze redding zijn’