Het wereldberoemde Louvre-museum in Parijs blijft zondag de hele dag gesloten na een overval, zo maakte de Franse minister van Cultuur Rachida Dati zondagvoormiddag bekend. Er werden juwelen gestolen, maar niemand raakte gewond. De overvallers zijn op de vlucht geslagen.
Over de waarde van de buit is nog niets bekend. Volgens de krant Le Parisien namen de dieven negen topstukken uit de juwelencollectie van Napoleon en diens vrouw mee. Het zou gaan om onder meer een ketting, een broche en een tiara of diadeem. De belangrijkste diamant in de collectie, de zogenoemde Regent, zou niet gestolen zijn, zegt een ingewijde aan de krant.
Eén van de gestolen stukken werd later buiten het museum aangetroffen, aldus nog Le Parisien. Het zou gaan om de kroon van keizerin Eugénie de Montijo. Volgens de krant is het sieraad gebroken.
De overval vond zondag plaats tussen 9.30 en 9.40 uur, dus tijdens de openingsuren. De overvallers -ze waren met drie volgens Le Parisien- drongen het museum binnen langs de kant van de Seine, waar er verbouwingswerken plaatsvinden. Ze zouden gebruik hebben gemaakt van een goederenlift om de Apollogalerij te bereiken. Volgens de politie hadden ze ook kleine kettingzagen bij zich. De roof duurde amper zeven minuten, nadien sloegen ze met een scooter op de vlucht, richting autosnelweg A6.
Een van de best bewaakte gebouwen
Het museum werd na de overval geëvacueerd en blijft nog een hele dag gesloten. De minister van Binnenlandse Zaken Laurent Nuñez zegt dat de gestolen stukken “van onschatbare culturele en historische waarde” zijn. Het parket van Parijs is een onderzoek gestart voor diefstal met bendevorming.
De antibanditismebrigade van de gerechtelijke politie krijgt daarbij versterking van de OCBC, de centrale dienst tegen de handel in culturele goederen.
Het Louvre is met zo’n 9 miljoen bezoekers per jaar het meest bezochte museum ter wereld. Het staat ook bekend als een van de best bewaakte gebouwen, maar desondanks werd er al meermaals ingebroken. De meest bekende roof was die van de Mona Lisa, van Leonardo da Vinci in 1911.