De twijfels van schrijver Lieven Stoefs: ‘Ik twijfelde lang over mijn taal, terwijl ik taal nu als een houvast zie’

ieven Stoefs
© Elte Peeters

‘Ik heb nu twee romans geschreven waarin veel autobiografisch elementen zitten’, zegt Lieven Stoefs. ‘Toch heb ik lang getwijfeld of ik bepaalde dingen uit mijn jeugd wel mocht aanraken in mijn schrijven.’

Elke week vraagt Knack in de rubriek Durf twijfelen naar de twijfels van bekende mensen.

‘Ik ben opgegroeid in Griekenland. Rond mijn twaalfde keerden we terug naar België. Daarna volgden moeilijke jaren: ik sprak slecht Nederlands en moest me aanpassen aan een cultuur die me vreemd was. Thuis zag ik vooral verslaving, depressie en eenzaamheid. Het zorgde ervoor dat ik zelf in een soort isolatie belandde – het voelde als een langdurige quarantaine. Daardoor heb ik weinig normale tienerherinneringen. Veel jongeren die in een vergelijkbare situatie opgroeien, denken dat ze hun ouders moeten redden. Dat had ik ook. Maar ik zag niet hoe dat mijn eigen ontwikkeling in de weg stond. Ik kon moeilijk in de toekomst kijken.’

Vanwaar de aarzeling om over die periode te schrijven?

Lieven Stoefs: Ik twijfelde lang over mijn taal, terwijl ik taal nu als een houvast zie. Maar ook schaamte speelde mee: ik voelde me schuldig over wat ik had meegemaakt. Dankzij gesprekken met lieven en andere wijze mensen is dat veranderd. Sinds ik zelf kinderen heb, ben ik ook opener geworden. Vroeger zag ik mijn verleden als een zwakte, een gebrek. Nu zie ik het ook als iets dat schoonheid en troost kan bieden, aan mezelf en aan anderen.

‘Vroeger zag ik mijn verleden als een zwakte. Nu zie ik het ook als iets dat schoonheid en troost kan bieden.’

Het raakt me wanneer lezers zeggen: ‘Ik herken de stiltes in je boek. Zo was het bij mij ook.’ Maar het maakte me zelf ook empathischer. Ik besef ook wel dat ik niet de enige ben die iets meegemaakt heeft. Zoals Jonathan Safran Foer schrijft in Dieren eten: ‘Medeleven is een spier die je sterker kan maken.’

Twijfelt u vaak?

Stoefs: Nooit over kleine dingen, wel over de grote vragen. En over de samenleving waarin we leven. Ik zat vroeger op een katholieke jongensschool. We zagen er allemaal hetzelfde uit – uniform wit. Over lgbtqia+-personen werd er niet gesproken: die bestonden zogezegd niet. Pas later besefte ik hoe divers de wereld echt is. Ik moest met een breekijzer uit die cocon kruipen. Natuurlijk was dat niet altijd gemakkelijk. Ik heb vaak getwijfeld hoe ik moest reageren. Maar als ik nu zie hoe mijn kinderen omgaan met diversiteit: dat is helemaal anders dan mijn generatie dat deed. Ze zien dat als iets vanzelfsprekends. Geweldig vind ik dat. Dat is toch een stap vooruit die wij als samenleving gezet hebben.

Lieven Stoefs, De zomer toen, Pelckmans, 208 pagina’s, 22 euro.

De twijfels van schrijver Jo Komkommer: ‘Ik dacht altijd dat Ilja Leonard Pfeijffer een exuberante, flamboyante mens was’

Partner Content