‘Ik was als kind totaal geen lezeres. Kruistocht in spijkerbroek van Thea Beckman en nog een paar boeken maakten wel indruk, maar voor de rest? Nochtans lag er thuis genoeg leesvoer: overal slingerden sprookjesboeken rond. En in de klas moesten we soms voorlezen uit boeken. De lerares tikte dan met een liniaal op de lessenaar als we iets fout lazen, en maande mijn medeleerlingen aan om hetzelfde te doen. Dat bevorderde mijn leeslust ook niet echt’, vertelt Marijke Umans.
Elke week vraagt Knack in de rubriek Durf twijfelen naar de twijfels van bekende mensen.
‘Ik had altijd andere dingen te doen. In tegenstelling tot een van mijn zussen, die altijd met haar neus in de boeken zat. Dat leek me verschrikkelijk saai. Een schrijver, dat was in mijn kinderogen een bestofte seut die hele dagen in een kamer vol spinnenwebben werkte. Een zielig beroep voor eenzaten.’
Wie heeft u dan bekeerd?
Marijke Umans: Mijn oudste zus, die vertaler-tolk studeerde, had een klein bibliotheekje op haar kamer. Daar stonden alle boeken van Roald Dahl in het Engels. Dankzij zijn verhalen vond ik toch de weg naar de bibliotheek. Tijdens mijn lerarenopleiding begon ik kinder- en jeugdboeken te recenseren en toen heb ik mijn leesschade ruimschoots ingehaald. Uiteindelijk ben ik ook zelf boeken beginnen te schrijven, al was dat nooit het plan. Het begon met een theatervoorstelling waarvan ik de inhoud nadien in een kinderboek verwerkte. Ik ontdekte hoe fijn het is om je eigen hersenspinsels neer te pennen – zeker als je daarmee anderen raakt.
‘Een schrijver, dat was in mijn kinderogen een bestofte seut die hele dagen in een kamer vol spinnenwebben werkte.’
En kijk, intussen hebt u zelf al 23 boeken uitgegeven. ’t Kan verkeren.
Umans: Mijn voorlaatste boek heet Oma Pannenkoek. Dat is een gedichtenbundel rond rouw en verlies, ontstaan tijdens corona. Af en toe ben ik voorganger op een begrafenis. Ik praat altijd eerst met de familie en schrijf verhalen op maat – dan merk je pas hoe woorden kunnen troosten. Op een keer was ik bij een familie die niet zoveel kon vertellen over de overledene. ‘Hebben jullie dan geen anekdotes over haar?’ vroeg ik. ‘Ze kon ongelofelijk goed tomatensoep met ballekes maken’, antwoordden ze toen. Ik twijfelde even of ik het kon maken, maar uiteindelijk heb ik een recept voor de soep met haar eigenschappen geschreven en dat voorgelezen op de begrafenis. De familie was me daar ontzettend dankbaar voor. Van daaruit is de gedichtenbundel gegroeid. Net toen dat boek uitkwam, stierf mijn vader heel onverwachts. Mijn moeder heeft troost gevonden in mijn bundel: daardoor kreeg het voor mij een extra dimensie. Ooit schrijf ik Opa Plattekaas, over hoe aanwezig mijn vader nog altijd is in mijn leven.
Twijfelt u vaak?
Umans: Niet echt. Ik sta heel impulsief in het leven en volg meestal mijn gevoel. Als ik twijfel, weet ik dat er iets niet klopt – dat is voor mij een barometer. Dan begin ik te reflecteren. Meestal wordt dat gevoel daarna ook bevestigd.
Oma Pannenkoek is uitgegeven bij Pelckmans, 15 euro, meer info over boeken en voorstellingen op www.marijkeumans.be