John Le Carré wil niet op shortlist Man Booker International

Dat liet Le Carré via zijn literair agent weten, kort nadat de genomineerden voor de tweejarige oeuvreprijs in Sydney bekend waren gemaakt.

‘Ik ben enorm vereerd dat ik finalist ben voor de Man Booker International Prize 2011. Ik ding echter niet mee naar literaire prijzen en heb daarom gevraagd dat mijn naam van de shortlist wordt gehaald.’ Zo klonk zijn bondige, hoffelijke maar bijzonder duidelijke boodschap.

Duidelijk, maar niet in die mate dat Le Carré ook zijn zin zal krijgen. Rick Gekoski, de voorzitter van de jury van de Man Booker International, reageerde meteen even doortastend: ‘John Le Carré blijft natuurlijk op de shortlist staan. We zijn ontgoocheld dat hij zich wil terugtrekken, omdat we grote bewonderaars zijn van zijn werk.’

Zijn houding tegenover literaire prijzen is nochtans niet altijd zo weigerachtig geweest. Aan het begin van zijn carrière, in 1963, won hij voor zijn grote doorbraakroman ‘Spion aan de muur’ (oorspronkelijke titel: ‘The spy who came in from the cold’) de Golden Dagger, de bekendste Britse misdaadprijs. Ter gelegenheid van de 50ste verjaardag van die prijs mocht hij voor ‘Spion aan de muur’ ook de gelegenheidsprijs Dagger of Daggers in ontvangst nemen. Daarnaast won de peetvader van de spionageroman en voormalig geheim agent voor datzelfde boek in 1964 eveneens de Somerset Maugham Award, die auteurs jonger dan 35 de kans geeft hun horizon in het buitenland te verbreden.

Maar Le Carré wil de laatste jaren graag uit de spotlights blijven. Dat bleek uit tv-interviews die hij eind 2010 en februari jongstleden bij het Britse Channel 4, de Amerikaanse nieuwsshow Democracy Now en de Amerikaanse zender CBS gaf naar aanleiding van zijn recentste boek ‘Ons soort verrader’. Daarin vertelde hij telkens dat het z’n laatste tv-interviews zouden zijn. ‘Ik heb alles gezegd wat ik wil zeggen naast mijn boeken. Ik wil mij volledig op schrijven toeleggen,’ vertelde de 80-jarige schrijver in Democracy Now.

Door de snelle en felle reactie van Le Carré zou een mens bijna vergeten dat er ook nog twaalf andere genomineerden zijn. De prijs zet om de twee jaar het Engelstalige of in het Engels vertaalde oeuvre van een schare internationale literatoren in de bloemetjes. Voor 2011 zijn dat onder andere de Chinees Su Tong, de Libanees Amin Maalouf, de Australiër David Malouf, de Italiaanse Dacia Maraini, de Brit Philip Pullman en de Joods-Amerikaanse auteur Philip Roth.

Een nominatie voor dit prestigieuze broertje van de Man Booker Prize voor fictie is op zich al een bekroning van een carrière, maar op 18 mei weten we ook wie van hen met de opperste eer en met het prijzengeld van 60.000 pond (ruim 68.000 euro) gaat lopen en in de voetsporen treedt van de Albanees Ismail Kadaré, de Nigeriaan Chinua Achebe en de Canadese Alice Munro. Zij wonnen de prijs respectievelijk in 2005, 2007 en 2009.

Jeroen Bert


Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content