Exclusief fragment uit Joseph Roths ‘Joden op drift’: ‘Wat is een mens zonder papieren? Minder dan een papier zonder een mens!’

De omslagillustratie van Joden op drift, door Paul van der Steen. 'De zwarte stippen zijn de donkere hemellichamen - de maan zonder licht, die de Oost-joden op hun tocht begeleidt. Bijna elke prent in het boek heb ik met zo'n getekende maan of met een zwarte stip laten begeleiden.' © Paul van der Steen

Lees een fragment uit Joden op drift, de ode van Joseph Roth aan de vluchtende de Oost-Europese joden in de jaren ’30 en lees hoe razend actueel deze schrijver gebleven is. ‘Het is een ondoorgrondelijke situatie: je mag je niet vestigen en je mag je ook niet verroeren.’

In 1929 publiceerde de Oostenrijks-Hongaarse schrijver Joseph Roth Juden auf Wanderschaft. Het was de kroniek van de vluchtende Oost-Europese joden, zoals Roth er zelf een was. Tegelijk was het een ode aan diezelfde jood, op wie iedereen neerkeek.

Onderstaande fragment komt uit het nawoord dat Roth in 1937 schreef voor een geplande, maar nooit uitgegeven geactualiseerde versie van zijn ‘jodenboek’. Els Snick, vertaalster van Roth en bezielster van het Joseph Roth Genootschap, vertaalde Juden aus Wanderschaft als Joden op drift en voegde er de twee nawoorden aan toe die Roth schreef. Het toont hoezeer Roth ook vandaag nog razend actueel is. De heldere illustraties van Paul van der Steen passen perfect bij dit voorzienend pareltje uit Roth oeuvre.

  1. Lees hier waarom wij – volgens onder meer Tommy Wieringa, Tom Lanoye, Benno Barnard en Arnon Grunberg – ook vandaag nog Joseph Roth moeten lezen.
  2. Lees ook onze recensie van Joden op drift: ‘Voor de afgrond

Als er een catastrofe gebeurt, gaan mensen hun buren door de schok meteen helpen. Dat is het effect van acute catastrofes. Het lijkt alsof mensen weten dat catastrofes kort zijn. Maar chronische catastrofes kunnen buren zo moeilijk verdragen dat die catastrofes en de slachtoffers hun langzaamaan koud laten, of zelfs onaangenaam worden. Zo ingebakken in de mens is de zin voor orde, wetten en regels dat ze de grenzeloze uitzondering, de verwarring, de chaos en de waanzin maar heel even kunnen toestaan. Duurt de waanzin te lang, dan verdwijnen de hulpvaardige handen in de zakken, dooft het vuur van de barmhartigheid. Iedereen heeft met zijn ongeluk moeten leren leven, dus waarom ook niet met dat van de buren, en zeker als dat joden zijn?

Talloze hulpcomités zijn opgeheven, al dan niet vrijwillig. Een paar genereuze weldoeners kunnen niets beginnen tegen de massale ellende. Voor de zogenaamde ‘intellectuele’ uitgeweken joden zijn alle Europese landen als plaats om te werken gesloten, en ook alle kolonies. Zoals algemeen bekend heeft Palestina er slechts een paar duizend kunnen opnemen. Vele joden keren na korte tijd terug uit landen als Argentinië, Brazilië en Australië. Die landen hebben zich niet gehouden aan wat door de vluchtelingencomités beloofd was – zowel aan zichzelf als aan de emigranten. Van de joden die nog in Duitsland zijn, weet ik niet in welke toestand zij zich bevinden: dat wil zeggen in een levende of een dode toestand. Een enkele uitzondering krijgt veel voor elkaar: het is een eeuwige natuurwet.

Grondig geholpen heeft de wereld niet; niet eens in zijn eigen belang. Hoe had men dat van deze wereld ook kunnen verwachten?

In zo’n wereld is het onmogelijk dat emigranten werk of brood krijgen (dat is bijna vanzelfsprekend), maar het is bovendien onmogelijk dat ze ergens zogenaamde papieren krijgen. En wat is een mens zonder papieren? Minder dan een papier zonder een mens! Voor een zogenaamd Nansenpaspoort, dat Russische emigranten na de revolutie kregen en waarmee ze overigens ook niet ongehinderd konden reizen, komen de Duitsers niet in aanmerking. De Volkenbond heeft nu een dienst – of beter een Engelse gevolmachtigde – die de ‘papiertoestanden’ van de Duitse emigranten moet regelen.

Alleen, we kennen de Volkenbond, zijn logge administratie, en de gouden ketenen waarmee de handen van zijn ook goedwillende gevolmachtigden gebonden zijn. Het enige land tot nu toe dat Duitse emigranten geldige papieren heeft bezorgd, is Frankrijk, hoewel ook die papieren hun bezitters geen volledige bewegingsvrijheid garanderen. Ook deze papieren werden slechts aan een beperkt aantal Duitse emigranten verstrekt, die vóór een zekere datum naar Frankrijk zijn gevlucht – en bovendien onder heel bepaalde voorwaarden. Het is moeilijk, zelfs onmogelijk, met zo’n document een visum voor een ander land te krijgen. Italië, Polen, Litouwen en zelfs Engeland laten staatlozen liever niet binnen.

Het zijn papieren waar eigenlijk alleen ‘prominente’ vluchtelingen mee kunnen reizen, zoals joodse journalisten, krantenuitgevers, filmsterren of regisseurs, mensen die meestal de ambassadeurs en consuls kennen. Maar hoe raakt bijvoorbeeld een arme joodse kleermaker in een ambassade of een consulaat binnen? Het is een ondoorgrondelijke situatie: je bent een trekker en je zit toch vastgeklemd; je vlucht en je wordt vastgehouden; je mag je niet vestigen en je mag je ook niet verroeren. En dan moet je God en vooral de politie ook nog voor alles dankbaar zijn.

In een aantal van de meest beschaafde landen van Europa organiseren verenigingen tot bescherming van dieren ieder jaar een bijzonder vliegreisje naar het zuiden: ze vangen trekvogels die in de herfst door hun soortgenoten zijn achtergelaten, doen ze in kooien en brengen ze naar Italië – waar ze trouwens door de Italianen doodgeschoten en in de pan gegooid worden. Waar is er een vereniging tot bescherming van mensen die onze soortgenoten zonder paspoort en zonder visum naar het land brengt waar ze graag willen zijn? Vijfduizend zwaluwen, die toch duidelijk ten gevolge van een onbekende en niet te kennen natuurwet achtergebleven zijn, zijn meer waard dan vijftigduizend mensen? Een vogel heeft geen paspoort nodig, geen biljet, geen visum – en een mens vliegt de bak in als hij iets van die drie dingen niet heeft? Voelen de mensen zich al meer verbonden met vogels dan met mensen? Wie dieren foltert, wordt bestraft en wie mensen foltert krijgt een medaille.

Exclusief fragment uit Joseph Roths 'Joden op drift': 'Wat is een mens zonder papieren? Minder dan een papier zonder een mens!'
© GF

En net als de trekvogels – die het helemaal niet nodig hebben – worden ook zij met vliegtuigen naar het noorden of naar het zuiden overgebracht. Geen wonder dat de dierenbescherming overal ter wereld en bij alle lagen van de bevolking populairder is dan de Volkenbond.

Joseph Roth: Joden op drift, Bas Lubberhuizen, 2016, 141 p. – ISBN 978 90 5937 461 4

Vertaling Els Snick; kort ingeleid door Geert Mak, tekeningen Paul van der Steen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content