Eindelijk: het grote oorlogsepos van Stefan Brijs

© Filip Van Roe

Niet moeilijk dat het na De engelenmaker zo lang stil bleef rond Stefan Brijs. Vijf jaar sleutelde hij aan een Post voor mevrouw Bromley, a great British epic over de Grote Oorlog, maar dan in Nederlands.

Brijs focust in zijn boek op de Britse letterenstudent John Patterson die aanvankelijk weigert om zich te laten meeslepen in de oorlogseuforie die in augustus 1914 in heel West-Europa uitbrak. Hij vindt steun voor zijn pacifistische vastberadenheid bij William Dunn, die aan een Londense universiteit – godbetert – Duitse literatuur studeert. Ondertussen wil Johns zeventienjarige zoogbroer Martin koste wat het kost vrijwilliger worden bij de tommy’s. Wanneer de Duitsers Londen vanuit een zeppelin bombarderen, wordt de druk om in het leger dienst te nemen onhoudbaar. John trekt naar het front en komt terecht in de verschrikkingen van de loopgraven rond Arras, ook al heeft hij als ordonnans van een luitenant bepaalde privileges. Uiteindelijk belandt hij in de zoektocht naar zijn gesneuvelde jeugdvriend Martin in het Talbot House in Poperinge en ontdekt hij de verschrikkelijke waarheid achter Martins heroïsche dood. John heeft ondertussen ook geleerd hoe hij de wereld naar zijn hand kan zetten. Zijn verlangen naar liefde weet hij op een perverse manier te consumeren door brieven – echte en gefingeerde – in een duivelse carrousel naar het thuisfront te versturen. De loser die John ooit was, ontpopt zich tot een doortrapte monsieur Valmont, de achttiende-eeuwse intrigant uit de beroemde brievenroman Les Liaisons dangereuses van Choderlos de Laclos.

‘Erwin Mortier heeft heel weinig verhaal en heel veel taal terwijl ik heel veel verhaal heb en veel minder taal’, aldus Brijs. Mortier componeerde met Godenslaap een neoromantische literaire symfonie over WO I zonder weerga. Brijs daarentegen concentreert zich op het dagelijkse leven van de doorsneesoldaat en zet een universeel, filmisch verhaal vol treffende details neer waarin niets is wat het lijkt. Post voor mevrouw Bromley is het indrukwekkendste oorlogsverhaal over 1914-1918 dat in de Vlaamse letteren tot nu toe werd geschreven.

Stefan Brijs: Ik zag in een tv-documentaire over de Eerste Wereldoorlog een luitenant in de loopgraven bezig met het censureren van de brieven van zijn manschappen. Hier zit een verhaal in, dacht ik.

U wilde een stem geven aan diegenen die niet wilden meedoen aan de Grote Oorlog?

Brijs: Het verhaal van de tienduizenden in het Verenigd Koninkrijk die niet hebben willen vechten, vind je haast nergens. Ik confronteer de Britten dus met hoe ze zich hebben gedragen en misdragen in de oorlogsjaren. Zo hebben de Britten meer dan 300 soldaten van het eigen leger geëxecuteerd. Ook in Poperinge en Dikkebus bij Ieper hebben executies plaatsgevonden. Onder hen een 17-jarige jongen die in 1915 wegens desertie werd terechtgesteld. Dat heb ik in mijn roman verwerkt. Alleen de naam van de terechtgestelde is anders. In werkelijkheid ging het om iemand die uit Croydon afkomstig was.

De straffen op plichtsverzuim waren niet min in het Britse leger: eerst drie dagen cachot en vervolgens punishment number one.

Brijs: Twee uur per dag werd de gestrafte soldaat aan een karrenwiel gebonden in het zicht van zijn medesoldaten, als afschrikking. De troepen veroordeelden die gang van zaken, maar konden er weinig tegen inbrengen, behalve stil protest. Zo lagen de graven van de geëxecuteerden er vaak verzorgder bij dan die van de gesneuvelden. Veel soldaten die hun eigen maat moesten executeren, gingen daarna zelfs erewachten houden bij het graf. Het ging dus meer en meer op een protest lijken maar dit soort executies ging gewoon door.

U vertelt hoe in het Londen van 1914 de druk om je als vrijwilliger op te geven enorm was. Wie dat niet deed, zoals John, werd voor lafaard uitgemaakt. Feministen klampen hem op straat aan om hem plagerig een witte pluim op te spelden en lid te maken van de Orde van de Witte Veer.

Brijs: Dat gebruik gaat onder andere terug tot de suffragetten. Tijdens de eerste jaren van de oorlog reikten meisjes en vrouwen die pluimen bij wijze van vernedering uit aan mannen die zich niet als vrijwilliger in het leger wilden inschrijven. Zo werden zij als watje gebrandmerkt. De toon van de Britse wervingscampagne werd trouwens de maand agressiever, ook tegenover diegenen die het dus vertikten om dienst te nemen. Je zult dan maar, zoals William, de beste vriend van John, als student een passie hebben voor Duitse literatuur en cultuur.

‘In deze oorlog zette iedereen de waarheid naar zijn hand’, luidt een sleutelzin in het boek.

Brijs: Als je ziet wat ons wijsgemaakt werd om toch maar aan die Irakoorlog te beginnen, klopt dat toch nog steeds voor oorlogen. En dan zwijg ik nog over hoeveel mensen er al gesneuveld zijn in Afghanistan. De overheid gaf het grote voorbeeld in het verdraaien van de waarheid. Over dat zeppelinbombardement in Londen stond destijds slechts een klein bericht in de krant. Londen wist de dag erna niet dat er verdorie een bombardement was geweest, behalve de mensen die alles zelf hadden ondergaan. Tijdens de Eerste Wereldoorlog is de propagandamachine echt ontstaan. De Boerenoorlog van vijftien jaar voordien was een ver-van-mijn-bedshow voor de Britten maar die eerste zeppelinaanval in het begin van de Eerste Wereldoorlog was hun 9/11. Het Verenigd Koninkrijk waande zich tot dan een supermacht die onbereikbaar was voor externe aanvallen en nu kregen ze plots het ene na het andere luchtbombardement te verduren.

John, aanvankelijk een wereldvreemde idealist, transformeert zich gaandeweg in een gewiekste intrigant die via postboodschappen de kluit belazert?

Brijs: Je neemt hem dat niet toch niet kwalijk, hoop ik? Ik heb me afgevraagd hoe slecht hij wel mocht zijn. John ondergaat een hele evolutie. Aanvankelijk zit hij alleen met zijn neus in zijn boeken en is het souterrain zijn hele wereld maar door zijn oorlogservaringen wordt hij volwassen. Zijn manipulatief gedrag is een vorm van overlevingsstrategie om de horror van die oorlog de baas te kunnen. Hij moest wel iets verzinnen. Het was dat of shellshock, zoals zijn luitenant.

Over De engelenmaker heb ik ook vier jaar gedaan. Ik wilde daarna niet zomaar eventjes een boekje van 150 bladzijden maken, zoals andere auteurs doen. En al zeker niet wat andere dingetjes schrijven voor een krant of magazine terwijl ik aan mijn roman werk. Nee, ik wilde een grote roman die totaal anders moest zijn dan mijn vorige. Ik leg de lat graag hoog want het was niet evident om het Londen van 1914 en 1915 geloofwaardig in scène te zetten. Tja, en dan ben je al vlug vijf jaar met alle mogelijke varianten bezig.

Stefan Brijs, Post voor mevrouw Bromley, Atlas, Amsterdam/Antwerpen, 521 blz., 19,95 euro, 24,95 euro voor de gebonden editie, 17,95 euro voor het e-boek.

Frank Hellemans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content