Bart Moeyaert: ‘Ik heb mijn middelvinger getraind’

Bart Moeyaert: 'Wat mij zenuwachtig maakt, is dat we het minder dan vroeger nodig vinden om oprecht spijt te betuigen.' © Davy Coghe
Olivier Neese
Olivier Neese Journalist bij Krant van West-Vlaanderen

Met Tegenwoordig heet iedereen Sorry maakt Bart Moeyaert zijn comeback als schrijver. Zo voelt het toch voor de uitgeweken Bruggeling, die jaren fulltime bezig was met zijn intendantschap van gastlanden Vlaanderen en Nederland op de Frankfurter Buchmesse. ‘Ik ben veranderd. Ik weet nu beter wat ik wil. En vooral wat ik niet wil.’

Een baksteen onder een glazen stolp. Het is een van de stukken-met-een-verhaal op het appartement van Bart Moeyaert, vier hoog in Antwerpen. ‘Een stuk uit de vloer van het Gastlandpaviljoen op de Frankfurter Buchmesse dat ik bij de afbraak meegegrist heb’, lacht hij. Het is een souvenir aan het intendantschap dat hem twee en een half jaar weghield van zijn schrijftafel. ‘Tijdens interviews kreeg ik steevast de slotvraag: mis je het schrijven niet? Ik bleef ontkennen en glimlachen, maar het sneed al die tijd wel dat ik niet aan het doen was waar ik het meest voor leef. Toch genoot ik elk moment van het reusachtige project. Alsof ik met heel veel mensen samen een groot boek schreef. Zo troostte ik me ook. En met de gedachte dat het in november 2016 voorbij zou zijn en ik drie maanden later weer normaal zou functioneren.’

Na Frankfurt wilde je vertragen, klonk het.

(lachje) ‘Ja, zo werkt het niet. Het duurde heel lang voor alle adrenaline uitgewerkt was. En thuis zijn: ik wist niet meer hoe dat ging. Mijn zaken waren ook niet opgevolgd, lijken vielen uit de kast. Mijn echtscheiding sleepte aan. Ik heb hard moeten werken om balans te vinden. Na lange tijd besloot ik om een oud idee – het begin van Tegenwoordig heet iedereen Sorry was in Duitsland al als kortverhaal verschenen – af te werken. Na drie jaar de draad weer oppikken, dat moet lukken. Dacht ik. Maar je kunt niet teruggaan in de tijd. Ik was door het hele project veranderd.’

Kan je verwoorden hoe je veranderd bent?

‘Toen ik pas in Antwerpen woonde, dertig jaar geleden, was ik ervan overtuigd dat een schrijver weinig betekent. Ik maakte mezelf ook klein, wat ik niet erg vond. Door het stadsdichterschap van Antwerpen, merkte ik dat een gedicht wél macht heeft. Ik maakte mensen kwaad, ik bood troost. In Frankfurt ondervond ik bovendien dat je mensen in een richting kan meepakken, enthousiasmeren. Zelf kreeg ik er een nieuwe adem van.’

Door mijn dementerende ouders te zien, besef ik dat ook mijn tijd kort.

‘In 2014 zat ik klem. Wat zou ik nog doen? Weer een boek schrijven? En het jaar erna nog een? Ik miste uitdagingen en energie, ik miste plezier. In Frankfurt heb ik dat allemaal teruggevonden. Sindsdien leef ik anders. Ik weet beter wat ik wil, en vooral wat ik niet meer wil. Mijn middelvinger is getraind geraakt. Ben ik harder dan vroeger? Nee. Ik wil anderen heel graag gelukkig maken, maar ik wil tegelijkertijd ook zélf gelukkig blijven. Dat is het verschil. Zo ga ik nu naar plekken waar ze me niet verwachten, dansen op tafel in de gayscene, bijvoorbeeld. Vaak krijg ik de reactie: wat doe jij hier? Nu pas besef ik wat een rare opmerking dat is.’

Ben je egoïstischer geworden?

‘Het is niet het eervolste woord, maar het is wel waar. Mijn ouders dementeren samen. Ze zijn in betrekkelijk goeie doen, maar ze zijn ook bijna weg. Dat moet ik onder ogen zien. Alsof er een huls om mijn moeder en mijn vader heen zit. Dat is heftig, maar ik kan ermee om. Ik leef van de drie seconden dat hun ogen oplichten als ik binnenkom. Ah, je bent er! Einde gesprek. Door hen te zien, besef ik dat ook mijn tijd kort. Ik moet nu doen wat ik moet doen: de boeken schrijven die voor mij nog belangrijk zijn.’

Bart Moeyaert: 'Ik heb mijn middelvinger getraind'
© GF

En zo kwam ‘Tegenwoordig heet iedereen Sorry’. Wat bedoel je met die titel?

‘Sorry is een stopwoord geworden, zonder betekenis. Wat mij zenuwachtig maakt, is dat we het minder dan vroeger nodig vinden om oprecht spijt te betuigen. Denk aan Facebook. Iemand schrijft iets, onderbouwd, met argumenten, en meteen regent het reacties. Vergif van twee zinnen, wat ik ongelofelijk gevaarlijk vind. Ik blijf er alsmaar verder van weg. De laatste jaren zoek ik alsmaar meer safety places op, merk ik. In Normandië kan ik vier dagen met mijn vriend liggen lezen. Eén keer proviand inslaan in een warenhuis en daarna verdwijnen op een klif, met zicht op zee. Toen we onlangs terugkwamen van Japan, nog zo’n veilige plek, zat dat rustige gevoel nog de hele vlucht in mijn hoofd. Drie seconden na het landen merkte ik meteen hoe bot we hier zijn, dat we geen plaats geven aan anderen. Ik moest tegen mezelf zeggen: hou dat gevoel van Japan vast, Bart.’

Het boek gaat over Bianca, een 12-jarig meisje ‘met een gebruiksaanwijzing’, onhandelbaar, merkwaardig. Ze groeit op met een broertje met gezondheidsproblemen, Alan. Wanneer ze haar idool Billie King ontmoet, verandert er iets. Hoe kwam dit boek tot stand?

‘De personages bestaan al lang. Tijdens het schrijven vermoedde ik wel waarover mijn verhaal ging, maar precies weet je dat als schrijver niet. Er zijn momenten waarbij dingen helder worden. Ik had gesprekken met drie specialisten die met kinderen werken: een osteopaat, een psycholoog en een hartspecialist. De eerste twee hielpen me geweldig door te vertellen wat er volgens mij níét met Alan scheelde. De hartspecialist begreep niet goed waarom ik langskwam. Toch duidelijk? Die jongen heeft een hartafwijking. Ah! Hij was ook duidelijk over Bianca. Zij is ‘het andere kind’, alle zorg gaat naar haar broer met een probleem. Een keerpunt. De essentie van mijn verhaal drong tot me door. Nu het boek op de drempel staat, kijk ik uit naar wat de lezers me zullen vertellen: neen, Bart, volgens mij gaat je boek dáárover.’

Waar je voor de recente heruitgave van ‘Broere’ alle illustraties zelf maakte, koos je dit keer voor werk van een Koreaan. Hoe kwam die samenwerking tot stand?

‘Toen de uitgeverij een nieuwe versie van Broere wilde, vond ik een gewone herdruk te gemakkelijk. Na wat twijfelen besloot ik om het boek zelf te illustreren. Op Instagram zag ik op een dag werk van een Koreaanse illustrator langskomen. Ik wist niet wie hij was, maar zijn portretten vond ik heel sterk. Ik maakte screenshots, wie weet voor een boek in 2019. Toen ik moest nadenken over de omslag voor Tegenwoordig heet iedereen Sorry, was de beslissing snel gemaakt. Ik stuurde hem twee pagina’s uitleg over Bianca en wat foto’s van hoe ik haar zag. Hij stuurde me een schets terug en werkelijk: ze was het helemaal!’

Over Instagram gesproken: daar staat een foto van een filerende Bart Moeyaert in een Brugs visbedrijf. Een carrièreswitch?

‘Voor een volgend boek wilde ik — voor mij voor het eerst — in de huid van mijn toekomstige personage kruipen. Via een interimbureau zocht ik een job aan de lopende band, iets waarvan ik verwachtte dat het afstompend en onaangenaam werk zou zijn. Ik kwam in contact met de zaakvoerder van het visbedrijf. Ik mocht bandwerk komen verrichten, fileren en ontgraten, op voorwaarde dat ik niet als schrijver zou binnenstappen maar als ‘een interim die het werk eens wilde proberen’. Uiteindelijk werd ik wel herkend, hoe hard ik ook probeerde vol te houden dat ik gewoon zoekende was… (lacht) Ik ben waarschijnlijk altijd zoekende, dat vind ik een gezonde houding.’

‘Tegenwoordig heet iedereen Sorry’, uitgeverij Querido. 133 blz., 17,99 euro. Info: www.bartmoeyaert.com.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content