Vlaamse Ombudsdienst trekt aan alarmbel over adoptieprocedure

De Vlaamse Ombudsdienst trekt aan de alarmbel over de jarenlange wachttijden voor sommige kandidaat-adoptieouders. De procedures lopen soms op een ‘onbillijke’ manier vertraging op, staat in een kritisch rapport.

Het aantal adopties, zowel binnenlandse als interlandelijke, zit al jaren in dalende lijn. Zo waren er in 2017 nog 87 adopties, 29 binnenlandse en 58 buitenlandse. Vorig jaar waren er maar 39 adopties, waarvan 16 binnenlandse en 23 interlandelijke.

Tegenover dat beperkt en dalend aantal adopties staat een wachtlijst met honderden (in november 2020 823) kandidaat-adoptanten. Die moeten eerst lange en zware procedures doorlopen en moeten vaak erg lang wachten. In een rapport ‘Ontelbare jaren een kind verwachten’ stelt de Vlaamse Ombudsdienst zich nu vragen bij de houdbaarheid van dat onevenwicht en bij de de soms ‘extreem lange wachttijden’.

Wachten sinds 2012

In zijn rapport verwijst de Vlaamse Ombudsdienst naar een klacht van een koppel kandidaat-adoptanten dat al sinds 2012 wacht op adoptie. Hun procedure werd bovendien op verschillende manier op een ‘onbillijke’ manier vertraagd, meent de ombdusdienst.

Zo werd het koppel pas in 2017 – dus pas vijf jaar na de aanmelding – uitgenodigd voor de voorbereidingscursus. Die lange wachttijd had blijkbaar te maken met de datum waarop ze hun cursusgeld (250 euro) betaald hadden. Snelle betalers stroomden blijkbaar sneller door.

Die procedure heeft ‘geen rechtsgrond’, merkt de ombudsman op. Ook de versnelde doorstroming van andere kandidaat-adoptanten zorgde voor extra vertraging.

Meer gevallen

Volgens de Vlaamse Ombudsdienst gaat het niet om een alleenstaand geval en is er sprake van ‘minstens 11 situaties’. De dienst spreekt van een “stresstest” van het Vlaamse adoptiesysteem. ‘De vraag rijst of een termijn van bijvoorbeeld 12 jaar, zoals de termijn waar de verzoekers op afstevenen, nog redelijk en aanvaardbaar is om een kind te verwachten’, klinkt het. Zijn de procedures met andere woorden nog wel houdbaar of moet de Vlaamse overheid nadenken over een ‘omwenteling?’, vraagt de ombudsdienst zich af.

Vlaams parlementslid Lorin Parys (N-VA) vindt dat minister van Welzijn Wouter Beke (CD&V) dringend moet ingrijpen. ‘Dit rapport is vernietigend voor de manier waarop er met de wensen en verwachtingen van kandidaat-adoptieouders is omgesprongen’, aldus Parys. Minister Beke zelf wil voorlopig niet inhoudelijk reageren. ‘Dit rapport verdient een grondige lezing. Ik ga nog geen conclusies maken.’

Partner Content