‘Uit pure financiële noodzaak is de PS nu bereid om een akkoord te maken met de N-VA’

Bart De Wever (N-VA) en Paul Magnette (PS). © belga
Ewald Pironet

Het lijkt erop dat in ons land voor niets nog een meerderheid kan worden gevonden: niet voor een of andere federale coalitie, maar ook niet voor nieuwe verkiezingen. De impasse wenkt.

Lang waren de N-VA en de PS het over één ding roerend eens: ze konden samen geen regering vormen. Maar kijk, de voorbije weken hebben beide partijen elkaar toch gevonden. Zowel het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap als het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevinden zich in acute geldnood. Uit pure financiële noodzaak is de PS nu bereid om een akkoord te maken met de N-VA. Bart De Wever gebruikt dat als breekijzer om bevoegdheden zoals gezondheidszorg, politie en justitie naar de regio’s over te hevelen. Daar is de PS niet op tegen, als het geld uit de nationale kas via dotaties maar blijft stromen. Met een verdere regionalisering kunnen de Franstalige socialisten bovendien zwaarder hun stempel drukken op Wallonië.

Uit pure financiële noodzaak is de PS nu bereid om een akkoord te maken met de N-VA.

Eén jaar geleden, lang voor er van een coronavirus sprake was, sloegen de toenmalige informateurs Johan Vande Lanotte (SP.A) en Didier Reynders (MR) al alarm. Ze hadden een schets gemaakt van de budgettaire toestand van het land en die was zorgwekkend. Het structurele begrotingstekort zou tegen het einde van de regeerperiode in 2024 oplopen tot 2,3 procent of zo’n 11 miljard euro, schreven ze eind augustus 2019. Er waren besparingen in de sociale zekerheid en belastingverhogingen nodig om een begroting in evenwicht te krijgen, concludeerden ze. Letterlijk staat er in hun nota: ‘Het bereiken van een begrotingsevenwicht zonder impact op zowel de fiscaliteit als de sociale zekerheid lijkt dus zeer moeilijk.’ En meteen riepen ze op om snel een regering te vormen: ‘ Siffler la fin de la récréation‘, de speeltijd is voorbij.

Een jaar later zitten we nog steeds zonder regering en ondertussen heeft het coronavirus verwoestend huisgehouden. De overheidsuitgaven swingen de pan uit, onder meer door de tijdelijke werkloosheid die ervoor moet zorgen dat zo weinig mogelijk gezinnen in de armoede verzeilen en dat de privéconsumptie aanhoudt. Dat kon niet beletten dat de btw-inkomsten de eerste helft van dit jaar 10 miljard minder opbrachten dan vorig jaar. Het begrotingstekort zou dit jaar uitkomen op liefst 70 miljard euro. In tegenstelling tot de nota Vande Lanotte-Reynders heeft niemand het vandaag nog over besparingen in de sociale zekerheid of over belastingverhogingen.

De coronacrisis heeft ook grote gevolgen voor de budgettaire toestand van de deelstaten. Voor Vlaanderen bedraagt de kostprijs alleen dit jaar al minstens 5,5 miljard. Voor Wallonië zijn er geen cijfers – en niemand durft die erop te plakken. Duidelijk is dat de factuur voor hen nog zwaarder zal wegen en ze zaten daar al in financiële ademnood. Het is die onontkoombare vaststelling die de PS heeft gedwongen om met de N-VA een akkoord te sluiten.

De toestand is ernstig, maar vrij uitzichtloos. We bevinden ons in een cul-de-sac.

Daarmee zijn we er nog niet: N-VA, PS en SP.A hebben samen met CD&V en CDH 69 tot 71 zetels, afhankelijk van hoe onafhankelijken Jean-Marie Dedecker en Emir Kir stemmen. Dat is geen meerderheid op 150 Kamerzetels. De standpunten van Groen/Ecolo liggen te ver verwijderd om hen erbij te halen. Met Open VLD zou wel kunnen, maar die heeft zich vastgeklikt aan de MR en niemand wil de partij van Georges-Louis Bouchez erbij, die als ‘onbetrouwbaar’ geldt. En eerder tijdens de formatie bleek een paars-groene coalitie ook al niet haalbaar. Na de uitslag van 2019 is een stabiele regering alleen maar mogelijk met de N-VA en de PS. Het meest logische zou zijn dat er nieuwe verkiezingen worden gehouden, maar uit schrik voor de stembusuitslag is ook daar geen meerderheid voor te vinden.

Verder gaan met de restregering-Wilmès, die slechts steunt op 38 van de 150 zetels, is geen optie. Zeker de N-VA en de PS willen opnieuw aan de macht. Een minderheidsregering dan maar, gedoogd vanuit de oppositie? Eventueel in de vorm van een nieuwe regering in lopende zaken, met een beperkte opdracht en voorlopige kredieten? Maar wat kunnen we verwachten van een minderheidsregering als zelfs een meerderheidsregering er niet meer in slaagt om een serieus beleid te voeren, zoals de regering-Michel I heeft aangetoond?

Zo zitten we al meer dan 600 dagen zonder volwaardige regering, zelfs al twee jaar zonder begroting en dat tijdens de grootste crisis sinds de Tweede Wereldoorlog. De toestand is ernstig, maar vrij uitzichtloos. We bevinden ons in een cul-de-sac, een doodlopend straatje. Hoe ver loopt dat straatje nog?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content