Het is zaterdag precies twintig jaar geleden dat An en Eefje verdwenen tijdens een vakantie aan de kust. Pas een jaar na hun verdwijning werden hun lichamen teruggevonden onder een loods in Jumet, naast een huis van ontvoerder Marc Dutroux.
An Marchal en Eefje Lambrecks verdwenen in de nacht van 22 op 23 augustus 1995 in Oostende. Ze waren toen 17 en 19 jaar oud. De Hasseltse vriendinnen waren na een avondje uit in het casino van Blankenberge niet meer komen opdagen in vakantiedorp Marinapark in Westende, waar zij met enkele vrienden verbleven.
De meisjes woonden de avond van hun verdwijning een voorstelling bij van hypnotiseur Rasti Rostelli. Na afloop namen ze de kusttram en stapten af ze in Oostende. Vanaf dat punt was elk spoor bijster. Grootschalige zoekacties leverden niets op.
Na zijn arrestatie in augustus 1996 bekende Marc Dutroux niet alleen dat hij de meisjes Julie en Melissa gekidnapt had, maar gaf hij toe dat hij ook An en Eefje in Sars-la-Buissière opgesloten had. Toen procureur des konings Michel Bourlet dat op 18 augustus bekendmaakte, zei hij nog hoop te hebben dat de meisjes nog in leven waren. De zoektocht naar de twee tieners kreeg alle prioriteit. Vermoed werd dat ze verkocht werden aan een prostitutienetwerk, maar op 3 september werden hun lichamen teruggevonden.
Nadien kwam er veel kritiek op politie en gerecht, omdat die onvoldoende informatie hadden uitgewisseld en verschillende steken hadden laten vallen. De publieke verontwaardiging culmineerde in een Witte Mars met 300.000 deelnemers. In nasleep van de hele Dutroux-affaire zijn de verschillende politiediensten samengebracht en is ook justitie hervormd. (Belga/NSK)
