Subsidiekloof in kinderopvang blijft groot: varieert van 0 tot 62 euro per dag

Freya Saeys © Belga

Volgens Open Vld-parlementslid Freya Saeys moet er een systeem komen ‘waarbij we voor elke plaats minstens het basissubsdiebedrag uitbetalen’.

De subsidiekloof in de kinderopvang blijft erg groot. Uit een vraag van Open Vld-parlementslid Freya Saeys aan minister van Welzijn Wouter Beke (CD&V) blijkt dat er voor bijna 12.000 plaatsen 0 euro subsidie is per dag, terwijl er voor andere plaatsen tot 62 euro per dag is voorzien. Volgens Saeys zijn die verschillen te groot en moet er ook een systeem komen ‘waarbij we voor elke plaats minstens het basissubsdiebedrag uitbetalen’.

De grote verschillen in financiering van de kinderopvang zijn een oud zeer. Die onderlinge subsidieverschillen zijn historisch gegroeid. Bij de grote hervorming van de kinderopvang in 2013 besliste de Vlaamse regering om de subsidies in de sector gelijk te schakelen tegen 1 april 2020. Maar door een gebrek aan middelen kon die deadline niet gehaald worden en moest de einddatum voor de volledige gelijkschakeling met jaren uitgesteld worden.

Werk aan de winkel

Uit cijfers die Open Vld-politica Freya Saeys heeft opgevraagd, blijkt dat er nog steeds erg grote verschillen zijn. ‘Het maximale subsidiebedrag per plaats stemt overeen met 13.560,8 euro of 61,64 euro per dag. Het minimale subsidiebedrag is simpelweg 0 euro’, zegt Saeys. Bijna 12.000 plaatsen krijgen nog steeds geen enkele subsdie, ook niet het basisbedrag.

‘We zeggen al jaren dat we die grote verschillen moeten wegwerken. De bedragen lopen echter nog altijd sterk uiteen. Vooral de vroegere zelfstandige initiatieven die werken aan inkomenstarief hebben het financieel heel moeilijk. Met het oog op de leefbaarheid van die groep voorzieningen moet de subsidie van alle groepen naar elkaar toegroeien’, meent de Open Vld-politica. Zij pleit er ook voor om alle opvanginitiatieven minstens de basissubsidie toe te kennen.

‘Het heeft absoluut geen zin om plaatsen bij te creëren als er tegelijkertijd plaatsen verloren gaan door de onleefbaarheid voor de uitbaters. Werk aan de winkel dus’, aldus Saeys.

Partner Content