Khalid El Jafoufi

Scholierenrechten, als het even kan?

Khalid El Jafoufi Oprichter van de islamitisch geïnspireerde studentenvereniging Mahara

Kunnen wij, met de gedachte dat zelfs misdadigers van de kwalijkste soort vandaag de dag op betere en neutralere beroepsprocedures kunnen rekenen, er nu werkelijk gerust in zijn dat de scholierenrechten met het huidige onderwijsbeleid tot in de puntjes gewaarborgd zullen worden?, zo vraagt Khalid El Jafoufi, Jr. Chef Politiek bij de internetpublicatie ‘De Andere Mening,’ zich af.

Deze week is voor bijna anderhalf miljoen scholieren het nieuwe schooljaar weer van start gegaan. Velen onder hen keken er alvast wekenlang naar uit om vol motivatie en enthousiasme de volgende stap in hun schoolcarrière aan te vatten. Echter loopt ruim een derde van de leerlingen uit het secundair onderwijs ergens in hun loopbaan een jaar vertraging op. Voor heel wat scholieren begint er zo een moeilijk te verteren bisjaar. Het is voor hen vooral pijnlijk om te moeten toezien hoe hun ex-klasgenoten overgaan terwijl zij ter plaatse blijven trappelen. Gerenommeerde motivatiepsychologen, waaronder Willy Lens (KUL), wezen al eerder op deze zware psychologische opdoffer waaraan vele scholieren bezwijken.

Wereldkampioen zittenblijven

Recent onderzoek aan de KU Leuven toont aan dat zittenblijven veel minder zinvol is dan Vlaamse leraren en ouders denken. Het hoge aantal zittenblijvers in Vlaanderen is volgens de onderzoekers het resultaat van een combinatie van twee factoren: een opvatting pro zittenblijven bij leerkrachten en directies en het autonome beslissingsrecht van de scholen. C-attesten worden met genoegen uitgereikt, omdat het scholen een concreet middel geeft om ‘falende’ leerlingen te remediëren zonder daar al te veel bijkomende inspanningen voor te moeten leveren. Zittenblijven leidt volgens het onderzoek doorgaans niet tot betere schoolse prestaties (op het bisjaar na). Zittenblijvers veranderen vaker van school, verlaten vaker voortijdig het secundair onderwijs zonder diploma en stromen minder door naar het hoger onderwijs, zo stelt het onderzoek nog.

Besparen op onderwijs, is besparen op gezond verstand

Dat deze Vlaamse Regering – net als de voorgaande – niet van de gulste zal worden lag al langer in het verschiet. In budgettair moeilijke tijden zijn drastische besparingen naar verluidt ‘onvermijdelijk’. Roekeloze maatregelen zoals het afschaffen van het aanmoedigingsfonds hoger onderwijs en het snoeien in de werkingsmiddelen van het hoger onderwijs worden daarbij niet geschuwd.

Uit een van 1994 daterende berekening van het Departement Onderwijs blijkt dat – louter baserend op de werkingstoelagen en de loonkost van de leraars – het zittenblijven in Vlaanderen een meerkost betekent van ongeveer 150 miljoen euro per jaar. Dit alleen al, zou de nodige besparingen bijna volledig indekken en als deze studie wordt vertaald naar de huidige context anno 2014, dan zal het gerecupereerd bedrag ongetwijfeld zelfs een pak hoger liggen. In Scandinavische landen, waaronder Finland met het beste onderwijs van Europa, is het zittenblijven eerder zeldzaam. Hun alternatief is een geïndividualiseerd en comprehensief leertraject voor de zwakkere leerlingen.

Het zittenblijven is dus klaarblijkelijk een overbodige en dus een te breken traditie die mits een extra inspanning, probleemloos kan worden vervangen door veel efficiëntere en doelgerichte alternatieven. Dergelijke structurele maatregelen pakken enerzijds de reële problemen aan waardoor de kwaliteit van ons onderwijs en het toekomstperspectief van de scholieren vele stappen voorwaarts maken, en anderzijds worden zulke inspanningen ook flink beloond met een niet te onderschatten financiële bonus.

Edoch ziet het er niet meteen naar uit dat de huidige Vlaamse Regering zich zal verlossen van het “vijf jaar vooruitdenken” en zullen daarentegen ijskoude, kortzichtige en ondoordachte besparingen het overnemen van structurele, kwalitatieve en tegelijk financieel profijtvolle maatregelen. Het moge duidelijk zijn, de beleidsmakers zullen ook deze legislatuur voornamelijk besparen op het gezond verstand en op dat van de schoolgaande jeugd!

Scholierenrechten die er gisteren al moesten zijn

Met de nieuwe Vlaamse Regering werden al meteen enkele nobele aanpassingen doorgevoerd die ons onderwijs ten goede moeten komen. Uit het huidige Vlaamse regeerakkoord valt af te leiden dat ook deze legislatuur het waarborgen van de ‘scholierenrechten’ hoog in het vaandel wordt gedragen. Echter blijkt al jarenlang uit de praktijk dat dit net iets minder de realiteit weerspiegelt.

Ondanks het aanpassingsdecreet rond de ‘rechtspositie’ berust een enorm belangrijk deel van de scholierenrechten nog steeds niet op de broodnodige neutraliteit. De scholieren die bijvoorbeeld geconfronteerd worden met een C-attest worden nog steeds – hoewel de Vlaamse Scholierenkoepel dit al sinds jaar en dag bepleit – niet van de nodige neutrale en onafhankelijke beroepscommissies voorzien. Een losstaande, niet aan de school- of scholengroep gelieerde, en dus onafhankelijke beroepscommissie moet het voor de leerlingen mogelijk maken om het eindoordeel van de delibererende klassenraad op een rechtvaardige – en snelle! – manier aan te vechten.

Vandaag zijn dergelijke procedures niet meer dan een formaliteit waarbij ouders en leerlingen geen actieve rol spelen in het beslissingsproces. In de meeste gevallen zijn de stappen zelfs veeleer bedoeld om de ouders en leerlingen te overtuigen van hun ‘ongelijk’ – wat ook met de huidige aanpassingen, ondanks de vernieuwde ‘bemiddelaarsfunctie’ van de schooldirecter, onveranderd blijft – of om zelfverzekerd te onderstrepen dat de school de nodige expertise bezit om de leerling op de juiste plaats te krijgen.

De leerlingen kunnen in de praktijk dus enkel hopen op de ‘goodwill’ van de delibererende klassenraad. De huidige procedures duren daarenboven ook onnodig lang. Het nieuwe schooljaar is al quasi voor de deur vooraleer er van de beroepscommissie uitsluitsel komt. Houdt de delibererende klassenraad dan nog steeds voet bij stuk, dan rest de scholier enkel nog het juridiseren van het beroep bij de Raad Van State. Maar op een uitspraak is het meestal een dik jaar wachten waardoor zo’n procedure uiteindelijk louter om principiële redenen wordt aangevat en dus ook niet de nodige efficiëntie en relevantie geniet.

Kunnen wij, met de gedachte dat zelfs misdadigers van de kwalijkste soort vandaag de dag op betere en neutralere beroepsprocedures kunnen rekenen, er nu werkelijk gerust in zijn dat de scholierenrechten met het huidige onderwijsbeleid tot in de puntjes gewaarborgd zullen worden? Ik heb er alleszins mijn twijfels over…

Partner Content