Nils Duquet

‘Grote principes zijn niet genoeg: we hebben nood aan een Vlaamse paraplu tegen een gure, geopolitieke storm’

Nils Duquet Directeur Vlaams Vredesinstituut

‘In deze tijden van sluipende, schadelijke polarisering is een meer centrale plaats voor het buitenland in het Vlaams beleid cruciaal. Meer langetermijnvisie, minder crisismanagement dus’, schrijft Nils Duquet van het Vlaams Vredesinstituut naar aanleiding van de Internationale Dag van de Vrede.

Begin september bereikte de Vlaamse Regering – na bijna twee jaar nietsontziend geweld – toch uiteindelijk een eerste akkoord over het “conflict Israël-Gaza”. Het akkoord liet de vrijheid aan elke minister om “zelf bijkomende maatregelen te nemen binnen zijn of haar bevoegdheden”. Amper twee weken later zorgt de afgelasting van een concert onder leiding van de Israëlische dirigent Lahav Shani voor een nieuwe, politieke steekvlam. En terwijl de Belgische premier, bijna letterlijk met de fanfare op kop, richting Duitsland trekt, horen we aan Vlaamse kant vooral een kakofonie van signalen.

Het is de zoveelste keer dat de oorlog in Israël en Palestina de Vlaamse Regering op de eigen bevoegdheden in een lastig parket brengt. Op het vlak van wapenexportcontrole duurde het tot begin september om betekenisvolle stappen vooruit te zetten, ook al waren de pijnpunten al jaren duidelijk voor wie het dossier op de voet volgt.  De voorbije week brak men zich het hoofd over de Vlaamse bevoegdheid cultuur en hoe de beslissingen van de raad van bestuur van het Festival van Vlaanderen al dan niet richtinggevend zijn voor ons cultuurbeleid.

Vandaag, bij de start van het academiejaar, worstelen onze universiteiten en hogescholen nog maar eens met hun academische samenwerkingen met Israël. Ze gaan daardoor (opnieuw) een woelig academiejaar tegemoet, ook al vragen ze al sinds het najaar van 2024 aan de bevoegde (Vlaamse) minister om op Europees niveau duidelijkheid te forceren over de modaliteiten om op z’n minst tijdelijk uit die samenwerkingen te stappen.

Ook de discussies over Vlaamse investeringen in militair onderzoek of de rol van de VRT bij het Eurovisiesongfestival beloven lastige klippen te worden in het Vlaams Parlement.

En dan moeten de voorjaarsklassiekers in het wielrennen nog komen.  Als de rellen in Spanje tijdens de Vuelta ons iets leerden, is het dat ordediensten het goeie verloop van massa-evenementen moeilijk kunnen garanderen in tijden van grote publieke verontwaardiging en actiebereidheid.

Dit verhitte klimaat schreeuwt om politici die – wars van partijpolitiek – concrete stappen vooruit willen zetten, die de publieke verontwaardiging lezen en politiek vertalen, zonder ze op te blazen. Dat kunnen en moeten ze doen door bestaande akkoorden over onze internationale positie (het internationaal humanitair recht, het Genocideverdrag) fijnmazig maar duidelijk om te zetten naar de realiteit op het terrein. 

Voor de Vlaamse Regering zijn er nog extra aanknopingspunten.  Het Vlaams Regeerakkoord  zegt immers letterlijk dat Vlaanderen gaat voor een “waardegedreven en solidair Vlaams buitenlands beleid dat ook bijdraagt aan het bevorderen van vrede, veiligheid en welvaart elders in de wereld”. Ook de intentie om te “functioneren binnen de internationale rechtsorde” en zelfs het besef dat in Palestina “alleen een onderhandelde tweestatenoplossing een duurzame vrede kan bieden tussen beide partijen” staan letterlijk in het Regeerakkoord. 

Intussen is wel duidelijk dat die grote principes op zichzelf niet volstaan. Ze moeten ook in de praktijk omgezet worden.  Organisatoren van sportwedstrijden, cultuurorganisaties, universiteiten, televisiezenders,.. allemaal kunnen ze een paraplu gebruiken die hen beschermt tegen de gure wind van de huidige geopolitieke storm. Ze hebben nood aan decreten, richtlijnen, omzendbrieven, handreikingen, beleidslijnen en samenwerkingsakkoorden die richting geven en tegelijkertijd hun autonomie respecteren. 

Sexy klinkt dat allemaal niet. Hoogstwaarschijnlijk scoren de bevoegde ministers er ook geen headlines mee want het is een moeilijke, vaak trage, soms ambtelijke en administratieve evenwichtsoefening. Toch kunnen we ze niet meer voor ons uit schuiven. Hoe lastig ook; in deze tijden van sluipende, schadelijke polarisering is een meer centrale plaats voor het buitenland in het Vlaams beleid cruciaal. Meer langetermijnvisie, minder crisismanagement dus.

Zondag 21 september is het Internationale Dag van de Vrede. Ook aan het Vlaams Parlement wappert dan de vredesvlag. Dat is symbolisch belangrijk. Toch kunnen we pas echt spreken van een betekenisvolle Dag van de Vrede als de Vlaamse Regering het momentum aangrijpt om het titanenwerk aan te vatten dat voor ons ligt op het vlak van wapenexport, onderwijs, cultuur, sport en economie.

Niet alleen geven we zo zuurstof aan die Vlaamse organisaties die vandaag onze reputatie internationaal uitdragen maar nu al met de daver op het lijf op de volgende rel wachten. Niet alleen vermijden we zo mogelijk maanden van controverse, politiek opbod, protest en stilstand. Niet alleen gaan we zo in tegen de moedeloosheid die vele, vaak jonge mensen overmant.

Bovenal geven we zo écht gestalte aan de plicht waartoe we ons sinds de oprichting van de Verenigde Naties steeds opnieuw verbonden hebben; het tot elke prijs vermijden van bruut, mensonwaardig en genocidaal geweld.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise