Stefaan Helegeer

‘Diensten afstoten om te besparen? Knip in het loon van de burgemeester of verminder het aantal schepenen’

Stefaan Helegeer Stafmedewerker ACOD Lokale & Regionale Besturen
Gert Vlasselaer Federaal secretaris ACOD Lokale & Regionale Besturen

‘Telkens zijn het de personeelsleden en de bevolking die de dupe zijn van het afstoten van publieke dienstverlening’, schrijven Stefaan Helegeer en Gert Vlasselaer van de ACOD naar aanleiding van de actie die vandaag gevoerd wordt tegen de privatisering van openbare diensten in een aantal Vlaamse steden. ‘Als je de helft van je personeel en diensten afstoot, heb je als schepencollege ook de helft minder bevoegdheden en dus de helft minder werk.’

Aalst, Dendermonde, Vilvoorde en Gent zijn maar enkele steden die vandaag de dag in de pers komen omwille van het afstoten van publieke diensten en dienstverlening onder het mom van besparingen.

Personeelsleden de dupe, burgemeesters en schepenen gaan vrijuit

Telkens zijn het de personeelsleden en de bevolking die de dupe zijn van het afstoten van publieke dienstverlening. Het zijn de personeelsleden die weggesaneerd worden omdat de diensten niet meer door de gemeente worden uitgevoerd, terwijl er niet geraakt wordt aan het aantal schepenen of de wedde van de burgemeester of schepenen.

Dit omdat zowel het aantal schepenen als de hoogte van de wedde van de burgemeesters en schepenen afhankelijk zijn van het inwonersaantal en niet berekend worden op basis van hoeveel diensten of personeelsleden ze binnen de gemeente hebben. Dit is toch onlogisch?

Aalst

Neem het voorbeeld van Aalst. Daar is men van plan om het stedelijk basisonderwijs af te stoten. Als er geen stedelijk onderwijs meer is, verdwijnt ook de bevoegdheid onderwijs. Maar die schepen blijft wel zitten. Hij heeft wel nog andere bevoegdheden, maar de bevoegdheid onderwijs zal toch wel een grote hap uit zijn tijdsbestek zijn? Zijn bevoegdheden dalen, alsook zijn tijdsbesteding aan zijn schepenambt, maar zijn wedde blijft wel dezelfde. Ook de schepen van ouderenzorg kan toch niet verantwoorden dat zij evenveel werk zal hebben als de woonzorgcentra worden afgestoten? Ook voor de schepen die bevoegd is voor de kinderdagverblijven kan men dezelfde redenering opbouwen, om nog maar te zwijgen over de bevoegdheid personeel.

Kortom, als je de helft van je personeel en diensten afstoot, heb je als schepencollege ook de helft minder bevoegdheden en dus de helft minder werk. Het zou dan ook logisch zijn dat ofwel het aantal schepenen met de helft gereduceerd wordt, of dat de wedden van de burgemeesters en schepenen voor de helft gereduceerd worden.

Huidig systeem beloont afstotingen

In een systeem waar het aantal schepenmandaten en de wedden van de mandatarissen gekoppeld worden aan het inwonersaantal worden de schepenen en burgemeesters als het ware beloond bij het niet meer vervullen van publieke dienstverlening. Zij beslissen om publieke diensten en dienstverlening af te stoten, zo hebben ze minder bevoegdheden, minder werk en ze kunnen minder beleid voeren, maar toch blijven ze hun volledige wedde incasseren. Dit is niet enkel onlogisch, maar ook wraakroepend.

Daarom een oproep om de koppeling met het inwonersaantal te verlaten en zowel het aantal schepenen als de hoogte van de wedde te koppelen aan de dienstverlening aan de burger. Dit kan het gemakkelijkst nagegaan worden op basis van de personeelsaantallen tewerkgesteld binnen de gemeente/OCMW.

Populistisch voorstel?

De tegenstanders van dit voorstel zullen natuurlijk komen aandraven met het argument dat dit een “populistisch” voorstel is: “kappen op politici is gemakkelijk”. Terwijl dit voorstel gewoon een verderzetting is van eerdere regelgeving zoals toegepast bij fusies en bij de integratie van gemeente en OCMW, maar dan in omgekeerde richting. Wij verklaren ons nader.

Fusies: 2 extra schepenen

Indien twee of meerdere gemeenten fusioneren, heeft de nieuwe gemeente recht op twee extra schepenen tijdens de eerste bestuursperiode (bovenop de schepenen waarop ze op basis van het nieuwe inwonersaantal recht hebben). De daaropvolgende bestuursperiode hebben ze nog recht op een extra schepen.

De verantwoording daarvoor was dat nieuwe gemeenten in de eerste jaren na de samenvoeging geconfronteerd worden met bestuurlijke uitdagingen van allerlei aard die een ‘gewone’ gemeente niet heeft. Meer dan andere gemeenten zullen nieuwe gemeenten, geconfronteerd worden met o.a. de organisatie van de dienstverlening in de nieuwe gemeente, met infrastructurele ingrepen voor de huisvesting van de ambtenaren en het aanbod van gemeentelijke dienstverlening. Elk van deze componenten bevat, behalve een managementluik, ook een belangrijke politieke dimensie. Het is derhalve verantwoord dat, in de bestuursperiodes na de samenvoeging, het schepencollege van de nieuwe gemeente tijdelijk uit een groter aantal uitvoerende mandatarissen bestaat, aldus de verantwoording bij het decreet voor de vrijwillige samenvoeging (fusies) van gemeenten.

Indien het verantwoord is om het aantal schepenen uit te breiden omwille van o.a. de organisatie en het aanbod van de dienstverlening, is het ook verantwoord om het aantal schepenen te reduceren bij een daling van de dienstverlening.

Integratie gemeente OCMW: loonsverhoging topambtenaren

Met de integratie van de gemeente en het OCMW zorgde de decreetgever ervoor dat er slechts één leidinggevende, de algemeen directeur, aan het hoofd kwam te staan van zowel het personeel van de gemeente als het OCMW. Voorheen waren dit respectievelijk de gemeente- en OCMW-secretarissen. Ook zorgde de decreetgever ervoor dat er slechts één financieel verantwoordelijke werd aangesteld voor zowel de gemeente als het OCMW, namelijk de financieel directeur.

Omdat de algemeen directeur als hoofd van het personeel instond voor meer personeel en de financieel directeur verantwoordelijk werd voor een hoger budget redeneerde men dat zij beiden een forse salarisverhoging verdienden van wel 30%. De redenering was: verantwoordelijkheid dragen over meer personeel, meer diensten, een hoger budget resulteert in een hogere verloning. (De rest van het personeel kreeg geen loonsverhoging en moet zich tevreden stellen met de barema’s uit 1993(!)).

Het is dan ook logisch dat de omgekeerde redenering gemaakt kan worden, namelijk indien er minder diensten zijn en er minder personeel tewerkgesteld wordt, de verloning van de burgemeester en schepenen dalen. Hun bevoegdheden en verantwoordelijkheden dalen immers ook.

Conclusie

Net zoals het voor de Vlaamse decreetgever logisch is dat er schepenen bijkomen bij het doorvoeren van een fusie, is het logisch dat er schepenen verdwijnen bij het afstoten van bevoegdheden.

Net zoals het logisch was dat bij de integratie van gemeente en OCMW de algemeen en financieel directeur een loonsverhoging kregen omdat ze respectievelijk verantwoordelijk werden voor meer personeel en een groter budget, is het logisch dat de wedde van de burgemeesters en schepenen dalen indien er minder personeel tewerkgesteld wordt binnen de gemeente/OCMW.

Stefaan Helegeer en Gert Vlasselaer zijn stafmedewerker en federaal secretaris bij ACOD Lokale & Regionale Besturen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise