Pensioenen: Bacquelaine vraagt sociale partners en Academische Raad debat te hernemen

Minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine © belga

Minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine (MR) zal de sociale partners en de Academische Pensioenraad binnenkort vragen opnieuw rond de tafel te gaan zitten over het pensioen met punten.

Bacquelaine sprak ook het beeld tegen dat de vakbonden over zijn wetsontwerp ophangen. ‘Mocht dat het ontwerp zijn dat op tafel ligt, dan zou ik mee betogen’.

Niet minder dan negen partijen voelden minister Bacquelaine donderdag tijdens het wekelijkse vragenuurtje in de Kamer aan de tand over grote pensioenbetoging van woensdag in Brussel. ‘Ik benadruk dat ik de boodschap van de betogers uiteraard ernstig neem, zowel over de zware beroepen als over het pensioen met punten’, aldus de liberale minister. Hij benadrukte dat het ontwerp over het pensioen met punten niet verschilt van het voorstel dat de Pensioencommissie onder voorzitterschap van Frank Vandenbroucke daarover uitwerkte.

Bacquelaine stelde dat de tekst voor een echte sociale vooruitgang moet zorgen. Door meer te kijken naar de loopbaan dan naar de leeftijd van de werknemer, maakt het komaf met de grote ongelijkheid die inhoudt dat het verschil in levensverwachting van werknemers afhangt van hun socio-professionele situatie.

Ook zullen de pensioenrechten meer evolueren in functie van de evolutie van de lonen en niet enkel in functie van de index, wat voor een hogere vervangingsratio dan vandaag moet zorgen. En het systeem zal de grote verschillen tussen de verschillende pensioenstelsels verminderen, legde de minister uit. ‘Dat is het ontwerp dat ik steun. Mocht het om het ontwerp gaan dat de vakbonden aanklagen, dan zou ik ook betogen’, sprak Bacquelaine. ‘De waarde van de punten zal niet afnemen, het pensioen met punten is geen begrotingsvariabele en het pensioen met punten is geen loterij’.

Hij zei ook ‘verrast’ te zijn door ‘deze beelden die de vakbonden hebben verspreid onder de bevolking. Ze komen niet overeen met de werkelijkheid en veroorzaken bijgevolg onrust’. Volgens Bacquelaine is het ontwerp ‘het belangrijkste sinds de invoering van ons pensioensysteem’, waardoor verdere gesprekken nodig zijn. Daarom zal hij vakbonden, werkgevers en de Academische Pensioenraad binnenkort uitnodigen om het debat te hervatten.

Ook over de zware beroepen blikte de minister vooruit naar de besprekingen van het betreffende voorontwerp binnen het Comité A en het Beheerscomité van de Federale Pensioendienst. ‘Ik weet dat de verwachtingen met betrekking tot dit dossier hoog zijn. Maar we moeten redelijk blijven. Niet alle beroepsfuncties zullen als zwaar erkend kunnen worden’, stelde Bacquelaine. Hij beloofde evenwel dat de opmaak van de lijsten met zware beroepen zal gebeuren in overleg met de sociale partners. De minister wil het systeem in voege zien treden vanaf 1 januari 2020.

Partner Content