Montasser AlDe'emeh

Montasser Alde’emeh doet laatste oproep aan Brusselse korpschef tot ‘open dialoog’

Montasser AlDe'emeh Terrorisme-onderzoeker aan de UGent en de KU Leuven

Jihadexpert Montasser AlDe’emeh roept ‘een laatste keer’ de Brusselse korpschef Guido Van Wymersch op tot een open dialoog. ‘Ik wil mijn klacht laten vallen, ook al geloof ik rotsvast in mijn democratische rechten om mijzelf als burger te beschermen tegen machtsmisbruik van de overheid.’

‘Ik wil de korpschef voor een laatste keer oproepen tot een open dialoog’

Na het voorval heb ik de politie in het VRT-programma De Afspraak de hand gereikt. Ik heb toen duidelijk gezegd dat we niet alle politiemensen over dezelfde kam moeten scheren. Na de uitlatingen van korpschef Guido Van Wymersch in de media heb ik aan VTM en VRT gezegd dat ik bereid ben om mij met hem te verzoenen om polarisering te vermijden. Maar na het lezen van de kranten van vandaag kan ik niet anders dan (hopelijk) voor een laatste keer opkomen voor mijn rechten, vooral door de uitspraken die mijn leven in gevaar brengen.

Volgens korpschef Van Wymersch is mijn wagen een week geleden opgemerkt bij het filmen en fotograferen van wachtposten. Ik heb nooit gefilmd. Ik heb één foto genomen, van gemaskerde agenten, tussen een meute andere fotografen die aan het fotograferen waren. Die foto heb ik, net zoals andere journalisten, op Twitter geplaatst. En voor alle duidelijkheid: ik heb vooraf toestemming gevraagd én gekregen. Journalisten van De Afspraak en Telefacts volgden me al rijdend door de straten van Brussel. Een journalist van de Washington Post die bij mij in auto zat, nam foto’s.

Mijn wagen stond geseind, maar niemand is me komen zoeken

Korpschef Van Wymersch beweerde gisteren dat men heeft geprobeerd om mijn wagen toen al te controleren. Insinueert hij op die manier niet dat ik een crimineel feit zou hebben gepleegd? Waarom is de politie dan niet langsgekomen? Ze hebben enkele dagen de tijd gehad om dat te doen, om uitleg te vragen.

Of waarom hebben ze mij niet achtervolgd? Wat de korpschef hier eigenlijk doet, is het amateurisme van zijn team toegeven. Want als ze zo omgaan met geseinde en verdachte voertuigen, dan is er nog veel werk aan de winkel. Wegrijden is zich onttrekken aan de politie. Waarom hebben ze dan geen auto’s achter mij aan gestuurd?

Ik diende een klacht in vanwege de manier waarop dit alles gebeurde, niet vanwege de controle op zich. Ik zei eerder al dat ik begrijp dat een wagen gecontroleerd kan worden wanneer hij geseind staat. Volgens de korpschef hebben zijn agenten niks verkeerd gedaan. ‘Ik zou bozer zijn als agenten geseinde wagens zouden laten passeren bij terreurniveau 3’, zei hij. Maar waarom hebben ze mijn wagen dan eerder wel laten passeren?

Zou een agent een man laten gaan die een menigte ophitst tegen de politie?

Op 2 december ging de korpschef frontaal in de aanval door te zeggen dat ik gefilmd had, wat niet klopt. Waarbij hij insinueerde dat ik een strafbaar of verdacht feit had gepleegd. Om dan de volgende dag in De Morgen toe te geven dat filmen níét verboden is. Hij probeerde me dus eerst te criminaliseren zonder bewijzen, maar trok even later zijn woorden in en probeerde het vervolgens te spelen op mijn houding.

Ik vond het zogezegd nodig vervelend te doen en probeerde omstanders aan mijn kant te krijgen. Het voorval deed zich voor op de Anspachlaan, waar inderdaad voorbijgangers passeerden. Ik heb echter geen woord gezegd tegen die mensen, ik plakte immers met mijn wang tegen de wagen. Trouwens, zou een professionele agent bij terreurniveau 3 een man laten gaan die een menigte ophitst tegen de politie? Ik denk het niet.

‘Door mij aan de staatsveiligheid te linken, brengt de korpschef mijn leven in gevaar’

De korpschef zegt dat ik handelde tegen de politie. Dat nadat ik in De Afspraak de hand heb gereikt naar de politie als instituut, respect heb getoond voor hun werk in deze moeilijke dagen, verzoenend heb opgetreden als slachtoffer. Om de volgende dag de chef van de daders in de aanval te zien gaan. Terwijl ik enkel respect heb getoond voor zijn werk, en respect heb gevraagd voor mijn waardigheid. Het waren de agenten die geen respect hadden voor de boeken in mijn koffer (De Jihadkaravaan, dat ik samen met onderzoeksjournalist Pieter Stockmans geschreven heb) en voor mijn onderzoek, onder meer voor Binnenlandse Zaken.

Een ander argument van de korpschef: ‘Hij zei dat hij mensen kende bij de Staatsveiligheid. Dat kan geïnterpreteerd worden als een poging om agenten te beïnvloeden.’ Voor mijn werk moet ik echter afstand houden van de Staatsveiligheid, ook al hebben ze me meermaals uitgenodigd voor gesprekken. Het is ofwel radicaliserende jongeren en hun ouders helpen, ofwel voor de Staatsveiligheid werken. Mijn rol als journalist-onderzoeker, waarbij ik de verhalen van moeders en jongeren publiceer in Knack, en mijn rol als begeleider in een kenniscentrum bewijzen dat ik niet voor de Staatsveiligheid kán werken.

Wat ik wel heb gezegd tijdens de politiecontrole is: ‘Als ik een terreurverdachte zou zijn, dan had de Staatsveiligheid me al lang gecriminaliseerd, zoals ze dat met Nordine Taouil hebben gedaan.’

Maar wat zie ik de volgende dag in de media verschijnen uit de mond van korpschef Van Wymersch? Een zoveelste leugen. Ik heb de Staatsveiligheid vaak bekritiseerd in Knack, en hen soms zelfs amateuristisch genoemd.

Door mij aan hen te linken, brengt de korpschef mijn leven in gevaar. Als academisch onderzoeker waarbij ik voor mijn doctoraat terreinwerk doe, en contacten opbouw met radicaliserende jongeren, begeef ik me in gevoelige milieus waarbinnen banden met de Staatsveiligheid reden genoeg kunnen zijn voor moordpogingen. De laatste maanden ontving ik inderdaad meermaals doodsbedreigingen, en ik zou op een dodenlijst van IS staan. Ik heb dit aangegeven bij de politie. De politie weet dus maar al te goed dat ik bedreigd word. En toch linkt de korpschef van Brussel-Elsene mij publiekelijk aan de Staatsveiligheid en brengt hij op die manier mijn leven in gevaar.

De Antwerpse korpschef toont hoe het ook kan

Serge Muyters, korpschef van de Antwerpse politie, zegt dat kleine excuses de situatie hadden kunnen bedaren. Hij treedt verzoenend op, erkent dat er fouten kunnen gebeuren, erkent dat er racisme zou kunnen zijn en dat dit radicalisering in de hand zou kunnen werken. Hij roept zijn manschappen op om uiterst tactvol om te gaan met burgers in tijden van terreurdreiging. Muyters werkt naar oplossingen toe, gebruikt dit soort voorvallen om de gemoederen te bedaren. Terecht in deze maatschappelijk gevoelige context.

Korpschef Van Wymersch daarentegen vergroot het probleem, gebruikt deze voorvallen om de situatie op de spits te drijven. Mij beschuldigen van een strafbaar feit voor het oog van de camera, zonder bewijzen, dat is laster en eerroof. Ook een strafbaar feit. Niet alleen brengt hij daarmee mijn leven in gevaar, hij haalt ook mijn reputatie door het slijk. Korpschef Van Wymersch is op verschillende vlakken zwaar in de fout gegaan.

Drie keer in de fout

  1. Hij deelde details van een intern onderzoek terwijl het onderzoek nog loopt.
  2. Nog voor het onderzoek is afgesloten, schuift hij de schuld reeds door naar mij. Het is ongezien dat een korpschef in de media persoonlijk het woord neemt en dat hij voor het oog van het hele land iemand schuldig verklaart aan een strafbaar feit. Tot zover de scheiding der machten en het fundamentele rechtsbeginsel ‘onschuldig tot bewijs van het tegendeel’, een hoeksteen van onze democratische rechtsstaat die de burger beschermt tegen machtsmisbruik van de overheid. En dit soort aantastingen van onze waarden wordt hoe langer hoe normaler en toegejuicht door een groot deel van de bevolking.
  3. Korpschef Van Wymersch beweert dat alles correct is verlopen, maar dat er misschien wel ergens kleine fouten zijn gemaakt. Dit alles doet een grove incompetentie vermoeden en moet de Brusselse en Belgische burgers en de buitenlandse werknemers en toeristen aan het denken zetten over hun veiligheid in de Europese hoofdstad.

Het gevolg van zijn uitlatingen was een stroom van berichten in de media waarbij mijn naam meermaals naast ’terreurdreiging’ werd geplaatst. Wat doet dit met mijn naam en reputatie? Is dat geen ophitsing? Door één man die niet kan doen wat zijn Antwerpse collega en agenten in Asse wél probleemloos doen, ver van het oog van de camera’s.

Mijn auto staat nog altijd geseind. In Asse werd ik opnieuw tegengehouden. Daar waren de agenten hoffelijk en vriendelijk. Geen enkel probleem. Als die agenten in Brussel normaal hadden gehandeld, was er nooit iets gebeurd. Dat is professioneel politiewerk.

Het heeft geen enkele zin om de agenten aan te pakken als het probleem zich hogerop bevindt

Stop met mij te seinen. Het is genoeg geweest nu. Door de reactie van korpschef Van Wymersch neem ik zijn agenten niets meer kwalijk. Welk signaal geeft deze man immers? ‘Doe maar voort, er is geen enkel probleem met racisme.’ Het heeft geen enkele zin om de agenten aan te pakken als het probleem zich hogerop bevindt. Daarom trek ik mijn klacht in tegen de agenten die mij op een onrespectvolle manier behandeld hebben.

Ik trek mijn klacht in

Wel nog deze boodschap aan de korpschef: Ik geloof in de rechtsstaat en voel dat onze rechtsstaat in gevaar is als een politiechef zich boven een rechter waant. Maar ik zal mijn klacht intrekken. Ik zal dus niet gebruikmaken van mijn democratische rechten om mijzelf als burger te beschermen tegen machtsmisbruik van de overheid. Ondanks het feit dat het dé Europese waarde is waar ik als Europeaan rotsvast in geloof. Blijkbaar meer dan de instituten die ons moeten beschermen tegen IS, die deze waarden bedreigt.

Ik wil de korpschef bij dezen voor een laatste keer oproepen tot een open dialoog waarbij ik hem de kans bied om de feiten die ik hierboven heb beschreven recht te zetten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content