Miguel André moet na dertig jaar terug naar Angola: ‘Mijn hele leven speelt zich in België af’

Miguel André met zijn zoon Axel-Lukas: 'Ik word nog altijd niet als zijn wettige vader gezien.' © Bas Bogaerts

Dura lex, sed lex: na dertig jaar in België moet Miguel André volgens de Dienst Vreemdelingenzaken terug naar herkomstland Angola. Knack dook in een kafkaiaans migratiedossier.

Iedereen wordt verondersteld de wet te kennen, luidt een algemeen rechtsbeginsel. In de praktijk kent niemand de Belgische codex, een halve bibliotheek, uit het hoofd. Maar gebrek aan kennis van de wet kan zware gevolgen hebben, zo heeft Miguel André ondervonden. De 53-jarige Angolees dreigt te worden uitgewezen, na een verblijf van drie decennia in het land waar hij belastingen betaalde en waarvan zijn elfjarige zoon de nationaliteit heeft.

Zijn verhaal bereikte ons via Lukas Pairon, oprichter van de vzw Music Fund en een bekende naam in de Belgische muziek- en theaterwereld. Pairon leerde André rond de eeuwwisseling kennen tijdens de bezetting van de Brusselse Begijnhofkerk door mensen zonder papieren. Die actie lag aan de basis van de collectieve regularisatie in 1999-2002. Pairon, een van de culturele boegbeelden die zich voor de bezetters engageerden, trok zich het lot van de uitgeprocedeerde asielzoeker aan. André was al 1991 in België gearriveerd. ‘Ik heb hem geholpen met zijn regularisatie’, zegt Pairon. ‘We zijn vrienden geworden. Miguel heeft bij ons thuis ingewoond, en hij ging mee op tournee met muziekensemble Ictus. Als podiumtechnicus, hij heeft in alle grote concertzalen en theaterhuizen gewerkt. Officieel, de bewijzen zitten in zijn dossier.’

Het zou absurd zijn mocht de Dienst Vreemdelingenzaken oordelen dat er geen sprake is van buitengewone omstandigheden.

Régine Feltkamp, professor verbintenissenrecht aan de VUB

Na de regularisatie gaat het Miguel André voor de wind. Met zijn vijfjaarlijks hernieuwbare vergunning voor onbeperkt verblijf kan hij legaal in ons land wonen en werken. In 2010 krijgt hij met zijn vriendin een zoon, Axel-Lukas. Dat de moeder op dat moment nog wettelijk gehuwd is met een man in Kameroen, verklaart waarom niet Miguel André maar de intussen overleden echtgenoot door de burgerlijke stand als juridische vader wordt geregistreerd. Dat zal André nog zuur opbreken. 2013 wordt een rampjaar: de relatie met zijn vriendin springt af, en 7000 kilometer ver ligt zijn vader op sterven. André vertrekt naar Angola. Voor zes maanden was het plan, maar het verblijf loopt meer dan drie jaar uit. ‘Door omstandigheden’, zegt André. ‘Na de dood van mijn vader moest ik voor mijn gehandicapte moeder zorgen. Komt daarbij dat mijn papieren werden gestolen. Het heeft lang geduurd om die te vervangen en geld voor een nieuw retourticket te verdienen.’

Bij zijn terugkeer begin 2017 maakt hij zich geen zorgen: zijn verblijfsvergunning is nog geldig tot begin 2018. Maar als André zich opnieuw wil inschrijven in het bevolkingsregister van Nassogne, krijgt hij een bevel tot het verlaten van het grondgebied. ‘Blijkbaar mocht ik in mijn situatie maximaal één jaar in het buitenland verblijven’, zegt hij. ‘Dat had niemand me ooit verteld, ik heb alleen naar de geldigheidsdatum op mijn vergunning gekeken.’

Humanitaire regularisatie

Er rest André nog één kans op een wettig verblijf: een humanitaire regularisatie 9bis, een uitzonderingsprocedure gekoppeld aan strenge voorwaarden. Een ongewoon lange asielprocedure of schoolgaande kinderen zijn gronden die de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) in overweging kan nemen. Maar er is een voorafgaand ontvankelijkheidscriterium: de aanvrager moet aantonen dat hij niet naar zijn land van oorsprong kan terugkeren om via de gewone consulaire weg een verblijfsvergunning aan te vragen. Daar loopt het voor André mis: zijn aanvraag wordt op 6 september 2018 onontvankelijk verklaard, een beslissing die in beroep wordt bevestigd.

Terug naar Angola? ‘Onmogelijk’, zegt hij. ‘Ik heb daar niks meer te zoeken, mijn hele leven speelt zich in België af. Ik vertrouw het bovendien niet. Waarom zouden ze me in Angola regulariseren, terwijl ze er hier alles aan doen om me te deporteren?’ Bijna vier jaar leeft hij intussen als een nomade in een juridisch limbo. Een inkomen heeft hij niet, zijn rechten beperken zich tot dringende medische zorg. De arbeidsmarkt is afgesloten, logeren doet hij afwisselend bij vrienden of in daklozencentra en kraakpanden in Brussel. Geregeld trekt hij met pakketten van de voedselbank naar Liedekerke. Daar woont zijn 11-jarige zoon bij zijn ex-partner, die intussen worstelt met leukemie. ‘Ik probeer Axel op te vangen,’ zegt André, ‘ik breng hem naar school, soms neem ik hem mee naar Brussel. Probleem is dat ik nog altijd niet als wettige vader word gezien.’

Er moet glashelder worden aangetoond dat het de facto onmogelijk is om veilig terug te keren. Dat is hier niet het geval.

DVZ-woordvoerder Geert De Vulder

Zijn advocaat Joke Callewaert legt uit waarom. ‘Betwisten van vaderschap moet binnen het jaar na de aangifte van het kind gebeuren. Voor Delphine Boël werd een uitzondering gemaakt, in haar geval primeerde het recht van het kind om zijn afstamming te kennen. Voor mijn cliënt die als vader procedeert, heeft de rechter anders geoordeeld: de wettelijke termijn heeft voorrang, ook op het belang van zijn kind.’ Er is een perspectief: zodra Axel-Lukas twaalf wordt, kan hij via zijn voogd zelf het vermoeden van vaderschap betwisten. Een intussen afgenomen DNA-test laat daarover geen enkele twijfel bestaan. Als wettige vader van een kind met de Belgische nationaliteit heeft André dan onder artikel 40 van de Vreemdelingenwet op de gezinshereniging recht op een verblijfsvergunning. Hoopgevend op termijn, maar geen oplossing voor zijn acute noodsituatie.

‘We passen de wet toe’

Zijn vrienden laten het er niet bij. Pairon schreef een smeekbrief naar het Koninklijk Paleis en klopte tevergeefs aan bij de vorige minister van Asiel en Migratie, Maggie De Block (Open VLD). In augustus vorig jaar diende Régine Feltkamp, professor verbintenissenrecht aan de VUB, bevriend met Pairon en André, een nieuwe aanvraag 9bis in met bijkomende humanitaire argumenten zoals de ziekte van Axels moeder. ‘Het zou absurd zijn mocht de DVZ oordelen dat er geen sprake is van buitengewone omstandigheden’, zegt ze. ‘Want hoe noem je dat anders als een vader zijn minderjarig biologisch kind in precaire omstandigheden bij een zwaar zieke moeder moet achterlaten? Als hij naar Angola moet terugkeren, zonder enige garantie dat hij daar zijn situatie snel kan regulariseren? We spreken hier over iemand die al dertig jaar in ons land verblijft en aan alle voorwaarden voldoet.’

De aanvraag werd nog niet behandeld, maar toch valt te betwijfelen of ze enig verschil zal maken. ‘We passen gewoon de wet toe’, zegt DVZ-woordvoerder Geert De Vulder. ‘De aanvraag moet vanuit het land van herkomst worden ingediend. Om daarvan af te kunnen wijken, moet glashelder worden aangetoond dat het de facto onmogelijk is om veilig terug te keren. Dat is hier niet het geval.’ De Vulder wijst erop dat André niet één maar drie keer naar Angola is afgereisd, wat overigens perfect legaal is.

Toch blijft het een goede vraag: welke zin heeft het om een goed geïntegreerde man zoals André uit te wijzen, wetende dat hij alle redenen heeft om terug te keren? ‘Die vraag stellen we ons niet’, zegt De Vulder. ‘Dat laat de wet niet toe.’ Sammy Mahdi, CD&V-staatssecretaris voor Asiel en Migratie, mag zich die vraag wel stellen. Als politiek verantwoordelijke heeft hij de discretionaire bevoegdheid om toch een verblijfsvergunning toe te kennen. Het kabinet liet ons weten geen commentaar te geven op individuele dossiers.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content