‘Van nature ben ik altijd een vooruitgangsoptimist geweest’, zegt professor virologie Steven Van Gucht. Is hij van gedachte veranderd?
Elke week vraagt Knack in de rubriek Durf twijfelen naar de twijfels van bekende mensen.
‘Als ik dacht aan de grote wereldproblemen, zoals de klimaatopwarming en oorlogen, dan geloofde ik dat we er door de wetenschap, én door uit eerdere fouten te leren, wel uit zouden raken.
‘Mijn vader zei dat vroeger ook: “de mens wordt alsmaar slimmer”. En ik weiger een pessimist te worden. Maar mijn optimisme gaat de laatste jaren steeds meer gepaard met twijfels.
‘De Amerikaanse bioloog Edward Wilson heeft daar interessante ideeën over. Het probleem van de mensheid is dat we nog altijd een brein hebben uit het stenen tijdperk, schrijft hij. Het tribale wij-zij-denken zit geprogrammeerd in onze hersenen. Tegelijk is onze technologie zo krachtig, dat ze ons bijna goddelijk maakt. Met één druk op de knop kunnen wij de wereld vernietigen.
‘Maar het probleem is dat onze instellingen en staatsstructuren onvoldoende mee geëvolueerd zijn. Daardoor raken democratieën in het Westen verlamd. Ik geloofde altijd dat democratie de “minst slechte” staatsvorm was, omdat die duurzaam is en zichzelf corrigeert. Maar als je ziet hoe westerse democratieën, zoals de Verenigde Staten, steeds meer dictatoriale trekken krijgen, twijfel ik of we dit gaan redden.
‘De homo sapiens is een heel jonge soort: we zijn er nog maar 300.000 jaar. Zoogdieren houden het als soort gemiddeld een paar miljoen jaar uit – op deze planeet vliegen vleermuissoorten rond die er 65 miljoen jaar geleden al waren. Dus wij zitten nog maar in de puberteit.
‘Ik geloofde altijd dat democratie de “minst slechte” staatsvorm was, maar nu twijfel ik of we dit gaan redden.’
‘Als we op dit pad doorgaan, twijfel ik of we ooit volwassen worden. We zijn als soort heel jong en kwetsbaar, maar beseffen dat te weinig. Ons brein kan niet sneller evolueren en technologie zal niet vertragen, dus we moeten werk maken van onze instituten. Zij moeten ons naar de toekomst loodsen.’
Welke plaats heeft twijfel in uw leven?
Steven Van Gucht: Dankzij dit interview ben ik tot het inzicht gekomen dat ik toch een fundamentele twijfelaar ben. Dat is wellicht een van de redenen waarom ik voor de wetenschap heb gekozen. Door te analyseren, te meten en te vergelijken krijg je duidelijke antwoorden, wat troost biedt.
Als goede wetenschapper is het gewoon je plicht om alles ter discussie te stellen, ook evidente zaken die we voor waar aannemen. Toen ik vroeger solliciteerde, vroegen ze mij soms wat de grote meerwaarde was van een doctoraat. Wel, zolang je aan de universiteit studeert, moet je heel veel informatie slikken. Je krijgt bepaalde ‘waarheden’ aangereikt die je moet proberen te begrijpen en te verwerken.
Pas wanneer je doctoreert, mag je die allemaal in vraag stellen: waar komt deze kennis vandaan? Is dit wel betrouwbaar? Je leert alles in twijfel te trekken, wat essentieel is voor een onderzoeker.
Viroloog Steven Van Gucht: ‘Na mijn pensioen wil ik wel figurant worden in Bokrijk’