Moraalfilosoof Stijn Bruers staat stil bij de nieuwe voedseladviezen die de Hoge Gezondheidsraad recent lanceerde. ‘Het vermijden van bewerkte producten afkomstig van kleine dieren, is de meest haalbare manier om het meeste leed op aarde te vermijden en zelf gezonder te worden.’
De Hoge Gezondheidsraad formuleerde 17 adviezen voor een gezondere voeding, om het risico op chronische ziektes te verminderen. Daarbij hield ze ook rekening met de duurzaamheid. Meer volkoren en peulvruchten in plaats van geraffineerde graanproducten en rood vlees: een mooie win-win voor gezondheid en milieu. Maar waar de Hoge Gezondheidsraad geen rekening mee hield, is het dierenwelzijn. En dat houdt een groot risico in.
Een belangrijke voedingsaanbevelingen is het beperken van rood vlees. De vraag is door wat we dat rood vlees dan best vervangen. Peulvruchten, jawel, maar vaak vermeldt men ook vis, kippenvlees of eieren als alternatief. Als we meer producten gaan eten van dieren die kleiner zijn dan een varken – denk aan vis, garnalen en producten van pluimvee – dan neemt de welzijnsvoetafdruk van onze voeding enorm toe. Die welzijnsvoetafdruk of morele voetafdruk meet de intensiteit en duur van dierenleed bij de productie van een hoeveelheid vlees, vis of eieren.
Een portie rood vlees van honderd gram, waar we zelf vijf minuten van genieten, gaat gepaard met pakweg vijf uur dierenleed, bestaande uit omstandigheden die je je huisdier nooit zou toewensen. Maar eenzelfde portie kippenvlees kent meer dan tien keer langer leed: ongeveer 5 dagen. Hetzelfde geldt voor vis, eieren en garnalen. Als we ook maar een klein beetje rood vlees vervangen door kippenvlees of andere producten van kleine dieren, dan neemt het dierenleed drastisch toe.
Hoe zwaar weegt dat dierenwelzijn tegenover de gezondheid van mensen? Een heel ruwe berekening komt tot een frappant resultaat. Zelfs al zitten we er met deze berekening een factor 10 naast, dan nog blijft de teneur van het verhaal dezelfde.
Om het dierenwelzijn af te wegen, moeten we eerst kijken hoeveel een dier in de veeteelt lijdt. In plaats van de gangbare praktijken uit de doeken te doen of undercoverbeelden te tonen van de veeteelt, kunnen we kijken wat de mensen zelf vinden van het dierenwelzijn. Volgens een bevraging uitgevoerd onder het brede Vlaamse publiek, is het gemiddelde leed van een vleeskip ongeveer even groot als het gemiddelde geluk van een Vlaming. De meeste Vlamingen zeggen dat het leed (de negatieve ervaringen) van een vleeskip qua omvang vergelijkbaar is met het geluk (de positieve ervaringen) van een mens.
Als je een kilogram rood vlees vervangt door een kilogram kippenvlees, dan gaat dat gepaard met een toename van iets meer dan 1000 uur leed. Het gaat ook gepaard met meer gezondheid voor jou, want kippenvlees is gezonder dan rood vlees. Een gemiddelde Belg verliest ongeveer tien gezonde levensjaren, waarvan één procent komt door het eten van rood vlees. Dat is zo’n 1000 uur minder lang leven door het eten van twee ton rood vlees in een mensenleven. Eén kilogram rood vlees zorgt dus voor minder dan een uur verlies van gezond leven. Vervang je een kilogram rood vlees door kip of vis, dan kun je misschien een uur langer leven met een gemiddelde positief welzijn.
Samengevat: vervang je rood vlees door kip, vis, eieren of garnalen, dan leef je iets langer in goede gezondheid, maar het gaat gepaard met een toename van wel duizend keer zoveel dierenleed. Weegt een uur langer leven voor een mens op tegen 1000 uur extra dierenleed dat even intens is als het geluk van een mens? Ben je van mening dat het bevorderen van jouw gezondheid ten koste mag gaan van 1000 keer zoveel gezondheid en welzijn van dieren?
Vlamingen hechten veel belang aan dierenwelzijn. Op een schaal van 0 (waarbij dierenwelzijn totaal onbelangrijk is en je met dieren mag doen wat je wil) tot 10 (wat wil zeggen dat dierenwelzijn even sterk meetelt als dat van mensen), geven Vlamingen een gemiddelde score van 8. Als ook voor jou dierenwelzijn niet onbelangrijk is, dan is het beter om rood vlees te vervangen door diervrije, plantaardige eiwitbronnen, zoals vleesvervangers op basis van peulvruchten, in plaats van te kiezen voor meer kippenvlees, vis of eieren.
Volgens de Hoge Gezondheidsraad zouden we ook bewerkte vleeswaren zoveel mogelijk moeten beperken. Ongeveer de helft van het kippenvlees is bewerkt (denk aan kipfilet voor op de boterham, kipnuggets, kiprollade, kippenworst en frikandellen). Als je dierenwelzijn mee in overweging wil nemen bij je voedingskeuzes, dan zou je als topprioriteit het vermijden van bewerkt kippenvlees kunnen nemen.
En er is goed nieuws: plantaardige of veganistische kipvervangers worden steeds beter qua smaak en voedingswaarde. Vorig jaar bleek in de grootste blinde smaaktest voor het eerst een diervrij product, namelijk een plantaardige nugget, lekkerder bevonden te worden dan de dierlijke tegenhanger (een kipnugget). In de supermarkten vinden we meer en meer plantaardige ‘kipstukjes zonder kip’ die qua voedingswaarde even goed scoren als kippenvlees, en veganistische mayonaise en chocomousse die even lekker zijn als de producten met ei.
Kortom, het vermijden van bewerkte producten afkomstig van kleine dieren, is de meest haalbare manier om het meeste leed op aarde te vermijden en zelf gezonder te worden.
Stijn Bruers is doctor in de moraalfilosofie en de gezondheidseconomie, en voorzitter van Effectief Altruïsme België.