Sander Vanmaercke
‘Drie uitdagingen voor de volgende paus: hoe positioneert de Kerk zich de komende jaren in de wereld?’
Sander Vanmaercke blikt vooruit naar de belangrijkste opdrachten waar de nieuwe paus zich over zal moeten buigen.
Elke ochtend verzamelen journalisten zich in grote getale aan de poort van het Vaticaan om kardinalen die binnen en buiten wandelen te kunnen spreken. De vraag op ieders lippen: wie wordt de volgende paus? Al weken wordt er druk over gespeculeerd. Wordt het iemand uit het zogenaamde progressieve kamp die de lijn van Franciscus verderzet? Of komt er een tegenreactie en wordt er gekozen voor een conservatievere kandidaat die de orde moet herstellen, zoals enkele kardinalen graag willen. Of eindigen we met een tussenoplossing, een wat bravere paus, die gesmaakt kan worden door kardinalen van alle soorten strekkingen?
De voorbije dagen las ik het ene na het andere lijstje van ‘papabili’, of mogelijke paus-kandidaten. Met daarbij tal van redenen waarom de één beter zou zijn dan de ander. Aan de hoeveelheid namen te zien waarover gespeculeerd wordt, is er één iets duidelijk: we hebben geen flauw idee wie het gaat worden.
Ik vraag me wel eens af wat al die genoemde kardinalen zelf van dat gespeculeer denken. Wij spreken namelijk nogal makkelijk over ‘kandidaten voor het pausschap’, maar dat strookt niet echt met de realiteit. Nog los van het feit dat geen enkele kardinaal zich officieel kandidaat kan stellen, denk ik dat de meesten van hen dezer dagen in angst leven en helemaal geen paus willen worden. De paar die er misschien wel van dromen, hopen dan ook weer niet teveel op voorhand genoemd te worden. In Rome luidt namelijk de bekende uitspraak: ‘chi entra papa, esce cardinale’. Vrij vertaald: wie het conclaaf betreedt als nieuwe paus, stapt er als kardinaal weer buiten.
Dat we graag speculeren over wie precies de volgende paus wordt, is natuurlijk normaal, maar misschien niet het allerbelangrijkste in de aanloop naar het conclaaf. Net omdat het onmogelijk is om daar met zekerheid uitspraken over te doen. Veel belangrijker is na te denken over de richting die de Kerk uit moet gaan de komende jaren en decennia. Wat bijvoorbeeld met het synodale proces dat Franciscus opgestart is?
In 2021 lanceerde Franciscus die synode en in 2024 kwam er een slotdocument uit met tal van voorstellen om van de Kerk een inclusievere plek te maken, met meer inspraak voor leken, voor vrouwen, voor lokale kerkgemeenschappen. Het is potentieel de grootste legacy van paus Franciscus, maar dit slotdocument moet wel nog omgezet worden in concreet beleid. Dat komt ongetwijfeld op het bord te liggen van de volgende paus, maar wat doet die ermee? Een grote groep kardinalen was betrokken bij de opstelling ervan en zullen het dus wel willen uitvoeren, maar voor sommigen gaat dit document dan weer veel te ver.
Dergelijke fundamentele thema’s zullen hoe dan ook door de volgende paus behandeld moeten worden. En wat meer aandacht voor die inhoudelijke vragen is in de aanloop naar het conclaaf dan ook welkom. Want net dat is waar de kardinalen het in hun voor-vergaderingen ook over hebben.
Volgens mij zullen er de komende jaren drie thema’s van fundamenteel belang zijn voor de Kerk. Thema’s waarover de paus zich zal moeten beraden en bij uitbreiding ook de hele Katholieke Kerk. Oorlog en vrede, regionale verschillen binnen de Kerk zelf, en interne machtsstructuren.
Ik gooi alvast graag de knuppel in het hoenderhok.
Franciscus was een vredespaus. Hij was actief betrokken bij onderhandelingen tussen de Verenigde Staten en Cuba in 2014, hij bracht een historisch bezoek aan Irak in 2021, waarmee hij de eerste paus ooit werd die dat land bezocht. Hij nodigde de twee rivaliserende leiders van Zuid-Soedan uit in het Vaticaan en kuste hun voeten terwijl hij hen om vrede smeekte en sinds 9 oktober 2023 belde hij elke avond met een katholieke gemeenschap in Gaza. Tot aan zijn dood bleef hij oproepen voor een staakt-het-vuren daar. Hij praatte dus niet enkel over vrede in zijn zondagspreken, maar spande zich er ook actief voor in. Zal de volgende paus zich even hard laten horen op het wereldtoneel en net als Franciscus het niet schuwen om politieke leiders aan te spreken op hun verantwoordelijkheden?
De Kerk is actief in zowat heel de wereld, met ongeveer 1,4 miljard katholieken verspreid over alle mogelijke werelddelen. Dat is haar sterkte, maar ook één van haar zwaktes. Naar belangrijke thema’s wordt er vaak anders gekeken en religieuze debatten zijn in elke regio verschillend. Waar de West-Europese Kerk al sneller durft pleiten voor een flexibele omgang met ethische thema’s als abortus en euthanasie en zich tolerant probeert op te stellen ten opzichte van homoseksualiteit, is daar in heel wat andere landen geen sprake van. Al jaren wordt er dan ook gesproken over de mogelijkheid tot meer differentiatie in de kerkelijke leer. Mag pakweg de Belgische Katholieke Kerk verdergaan op vlak van homoseksuele relaties zonder dat daarvoor de hele Kerk dat moet doen? Kunnen we bij ons het debat over vrouwelijke diakens al voeren, zonder dat dat overal het geval moet zijn? Eenheid in verscheidenheid wordt dat wel eens genoemd. De Belgische bisschop Johan Bonny bestempelde dat in een interview na de dood van Franciscus als hét bepalend debat voor de komende jaren.
En dat brengt ons naadloos bij het laatste grote thema. Interne machtsstructuren in de Kerk. Franciscus heeft de Curie proberen hervormen, heeft voor meer financiële controle gezorgd, heeft leken en vrouwen benoemd op belangrijke posities, maar ook daar is het laatste nog niet over gezegd. De paus zelf heeft nog steeds bijzonder veel macht in zijn eentje, tot grote frustratie van heel wat kardinalen. Echte sleutelposities blijven vaak toch nog voorbehouden voor kardinalen en volledige transparantie over alles wat er binnen de Vaticaanse muren gebeurt, is er nog steeds niet. Schandalen blijven bovenkomen en worden soms nog steeds onder de mat geduwd of onvoldoende duidelijk aangepakt. Durft de volgende paus daarin door te pakken?
Hoe positioneert de Kerk zich de komende jaren in de wereld? Durft zij wel resoluut de kaart te trekken van mondiale samenwerking op een moment dat meer en meer landen en politieke leiders zich terugplooien op zichzelf? En kunnen er concrete stappen voorwaarts gezet worden in thema’s waar al decennia lang interne verdeeldheid over is? Moet alles altijd samen beslist worden? Over dat soort vragen hebben we meer debat nodig. Zeker nu. Een nieuwe paus komt er sowieso, maar komen er ook nieuwe ideeën? Tijd om ons als katholieken daar samen over te buigen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier