De voorbije dagen hebben meer dan tweehonderd vrouwen verteld over onveilige intieme zorg. Dat aantal is niet alleen schokkend, het toont vooral dat dit geen reeks losse verhalen is. Zoveel getuigenissen in zo korte tijd wijzen op één ding: dit gaat niet alleen over één arts, maar over een cultuur die veel te lang geen vragen stelde.
Wat me het meest raakt, is hoeveel vrouwen vertellen dat ze hun ongemak wél hebben aangekaart. Bij hun huisarts, bij een andere zorgverlener, soms zelfs meermaals. Maar hun signalen leidden nergens toe. Niet altijd uit onwil, maar vaak omdat reputatie en expertise van de betrokken arts het gesprek al verstikten voor het goed en wel begonnen was. Het is pijnlijk om te erkennen dat niet alleen patiënten, maar ook zorgverleners kunnen vastlopen in ontzag, hiërarchie en twijfel.
Oproep
Daarom richt ik me vandaag tot de collega’s van de geschorste gynaecoloog, maar ook ruimer: tot iedereen in de zorg. Het is onmogelijk dat er nooit signalen zijn geweest. Niet bij zulke aantallen, niet bij zulke uiteenlopende getuigenissen. Voor de goede orde: dit is geen beschuldiging. Het is een uitnodiging om onder ogen te zien wat hier echt speelt: dit gedrag kon bestaan omdat de omgeving het toeliet. Omdat twijfels niet werden uitgesproken. Omdat ongemak vaak werd weggeschoven. Omdat expertise soms zwaarder woog dan grenzen.
Wat de zorg nu nodig heeft, is een cultuur waarin je vrijuit kan spreken. Waar collega’s elkaar kunnen aanspreken als iets niet klopt. Waar twijfels gedeeld worden in plaats van ingeslikt. Waar ongemak wordt gezien als een signaal. En waar melden mogelijk blijft wanneer praten niet volstaat, zonder angst voor repercussies of voor het doorbreken van een hiërarchie.
Wat had ik kunnen doen?
Nu vrouwen eindelijk hun stem laten horen, mogen we ze niet in de kou laten staan. Ze dragen een enorme last. Sommigen spreken pas na jaren, niet om zichzelf te beschermen, maar om anderen te behoeden voor wat hen overkwam. Die moed verdient een antwoord.
Misschien begint dat antwoord met een simpele vraag aan onszelf: wat had ik kunnen doen? En belangrijker: wat kan ik vandaag wél doen, als collega, als doorverwijzer, als leidinggevende, als mens?
Door die vragen samen te stellen, bouwen we aan een zorgomgeving waarin niemand nog hoeft te zwijgen en waarin elke patiënt mag rekenen op veilige, integere en respectvolle zorg.