‘Lijstvorming voor 2014 is geen moment voor partijen om risico’s te nemen’ (Carl Devos)

© Belga
Simon Demeulemeester

De kieslijsten voor 2014 zullen vooral door gevestigde waarden getrokken worden, ziet politicoloog Carl Devos. Er staat te veel op het spel om risico’s te nemen. ‘De goudhaantjes moeten het doen.’

25 mei 2014 beslist u en uw buurman/buurvrouw wie het Vlaamse, het federale en het Europese parlement gaat bevolken en de respectievelijke regeringen ervan zal vormen. Als die ‘moeder der verkiezingen’ is voltrokken, volgt er vijf jaar woestijn voor wie van de regeringsbanken valt. Vijf jaar is meer dan een eeuwigheid in de politiek, zeker voor wie in de oppositie zit. De verliezen kunnen dus desastreus zijn, de overwinning kan erg zoet smaken.

Voor vier Vlaamse partijen – Open VLD, SP.A, Vlaams Belang en LDD – wijzen de peilingen al geruime tijd richting woestijn. CD&V houdt zich staande en belooft als vanouds spelverdeler te worden. Van een spel dat al van voor de regering Di Rupo I in voege is, zes december 2011, een thuiswedstrijd is voor de grootste oppositiepartij van het land – de N-VA. De Vlaamsnationalisten hopen op een historische wende. Die andere Vlaamse oppositiepartij, Groen, kan ook op (een beetje) winst hopen. De kleinlinkse PVDA kan het misschien ook tot het parlementaire pluche schoppen, als Antwerpen tenminste, zoals wel vaker gebleken is, een voorbode is voor het federale niveau.

Game of Thrones

Alle ingrediënten voor een Belgische Game of Thrones, waarbij de vijanden niet zozeer in de andere partij zitten, maar aan de familietafel. Het is dan uitkijken naar de lijstvorming, die momenteel volop gaande is. Wordt de strijd daar bikkelhard gevoerd? Verrassend genoeg niet, concludeert politicoloog Carl Devos (UGent). In Oost-Vlaanderen liep vader Herman De Croo een lichtblauwtje: hij verkast naar Vlaanderen, opdat zoon Alexander op de Kamerlijst kan staan. Morgen beslist CD&V wie op de derde plaats van de Vlaamse lijst in Vlaams-Brabant komt te staan: Eric Van Rompuy, de éminence grise uit het Vlaams parlement, of de voormalige staatssecretaris Carl Devlies. Eric Van Rompuy ziet zich De Croo-gewijs vervangen door een jongeren telg uit zijn clan: neefje Peter Van Rompuy trekt de Vlaamse lijst. Nog bij CD&V deed het verbazen dat de gevallen minister van Financiën (en bij zijn aantreden genoemd als ooit nog kandidaat-premier) Steven Vanackere in Brussel nergens te bekennen valt: hij gaat naar Europa. En er was bij Groen de Antwerpse Freya Piryns, die verrassend de duimen moest leggen voor Ingrid Pira: de oud-burgemeester uit Mortsel krijgt de tweede plaats na voorzitter Wouter Van Besien, Piryns moet zichzelf naar het Vlaams parlement duwen.

Die voorbeelden zijn echter uitzonderingen, aldus Carl Devos. ‘In het geval De Croo en Van Rompuy is er sprake van een generatiewissel. De politiek beseft nu dat twee De Croos of twee Van Rompuys te veel van het goede is. Er is geen sprake van een nieuwe politieke cultuur, maar wel een verschuiving. Het Vlinderakkoord heeft aan de praktijk van schijnkandidaten en mensen die teveel overstappen van niveau een einde gemaakt. De partijen voelen aan dat de familiepolitisering moeilijker ligt bij de kiezer.’

Devos: ‘De goudhaantjes moeten het doen’

Volgens Devos heeft het samenvallen van de regionale, federale en Europese verkiezingen voordelen zowel als nadelen voor de partijen, ook en misschien vooral voor zij die moeten vrezen voor een vijf jaren durende tocht door de oppositiewoestijn. ‘Er moeten veel lijsten gevuld worden. Dat is niet altijd gemakkelijk, maar heeft wel het voordeel dat je je toppers gemakkelijk kwijt kan. Het voordeel voor wie de lijst moet vullen is dat de crisissituatie, waarin partijen in het verweer zich bevinden, echt niet het moment is om risico’s te nemen. Zij die zich al bewezen hebben, de goudhaantjes, moeten uitgespeeld worden. De anderen moeten hun ambities wat bijstellen.’

Strijd vanaf de derde plaats

Er zullen dus waarschijnlijk niet veel verrassingen uit de hoed getoverd worden, meent Devos. ‘Aan de top zullen de gevechten uitblijven: de toppers zijn evidenties. Door het ritsprincipe zal de tweede plaats ook wel eenvoudig ingevuld worden.’ Het aantal sterke vrouwen blijft immers, helaas, nog steeds beperkt. Een verplichte vrouw op twee, wordt dus eenvoudiger gekozen. Daarom dat professor Devos vooral strijd verwacht vanaf de derde plaats. ‘Zoals het geval is bij Van Rompuy en Devlies. In Vlaams-Brabant speelt dan ook nog eens mee dat sinds de splitsing van BHV het voor Vlamingen moeilijker is verkozen te geraken.’ De mindere goden hebben er ook baat bij mee te gaan in deze strategie, meent Devos: ‘Wie zijn plaats opeist maar niet kan bevestigen, komt in de problemen. Het is dus beter te proberen profiteren van het succes van de topman.’

De strijd hoeft ook niet per se slecht te zijn, merkt Devos nog op. ‘Open VLD speelt het bijvoorbeeld strategisch gezien slim door vader De Croo in Vlaanderen uit te spelen. Hij is niet weg, maar kan de stemmen uit De Croo-land meepakken naar het Vlaams parlement. Vader en zoon kunnen trouwens allebei profiteren van hun gedeelde achternaam. Zo wordt het De Croo-potentieel gespreid, in plaats van geconcentreerd.’

De lijstvorming: een fijn gerecht

Spreiding speelt altijd een erg belangrijke rol in de lijstvorming, weet Devos. ‘Een lijst is een fijn gerecht, waarin een veelheid aan ingrediënten verwerkt wordt. Er is de regionale spreiding, de keuze voor een mix tussen jong en oud, allochtoon en autochtoon, tussen stad en platteland, … Van dat laatste is bijvoorbeeld Freya Piryns mogelijk het slachtoffer geworden. Groen heeft een stedelijk publiek, en dat merk je zeker in Antwerpen. Ze hebben veel kopstukken uit de stad, met voorzitter Wouter Van Besien, Kamerlid Meyrem Almaci, senator Freya Piryns, … Om niet het verwijt te krijgen dat de rest van de provincie parking is, kozen ze misschien liever voor Pira, de voormalige burgemeester van randgemeente Mortsel.’

Bij LDD is het volgens Devos vooral de vraag wie nog onder de naam Dedecker zal willen opkomen. Over de lijstvorming bij het Vlaams Belang is dan weer traditioneel weinig geweten. ‘Daar slagen ze er altijd goed in de gelederen gesloten te houden. Hun lijstvorming is ook niet erg transparant. In Antwerpen hebben ze de situatie goed weten ontmijnen: voorzitter Gerolf Annemans naar Europa, Filip Dewinter naar de Kamer en Anke Vermeersch naar Vlaanderen. Ook bij het Vlaams Belang is het voor de mindere goden niet het moment om te gaan vechten voor de kopplaats, maar vooral een graantje mee te proberen pikken van eventueel succes van de kopman.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content