Jonathan David, goudhaantje van AA Gent: ‘Twintig goals per seizoen lijkt me wel realistisch, ja’

© Bas Bogaerts

Bezorgt Jonathan David, amper 20 jaar oud, AA Gent de titel? Aan zelfvertrouwen alvast geen gebrek bij de ijzige Canadees. ‘Ik wist dat ik dit kon. Het was een kwestie van tijd voor de anderen dat ook zouden beseffen.’

Zijn knapste actie maakte hij in de wedstrijd tegen Antwerp. AA Gent flirt met verlies, maar een late vrije trap gunt de Buffalo’s een sprankel hoop. Na een kopbalcarambole belandt de bal voor de voeten van Jonathan David. Een onduidelijke por van een Antwerp-verdediger, de aanvaller van AA Gent gaat neer. Opschudding. Is dit penalty? De ogen van de Antwerp- spelers schieten vuur. Ze zitten nog vol in discussie met de scheidsrechter, David draait weg van zijn bewakers en legt de bal simpel in het doel. Een goal gepuurd uit schranderheid en tegenwoordigheid van geest.

De 20-jarige Canadees geniet terwijl we de scène beschrijven. ‘Nochtans wás het een overtreding, geen twijfel mogelijk’, zegt hij. ‘Vanuit een ooghoek zie ik de ref, terwijl ik al val. Ik lees in zijn lichaamstaal dat hij niet zal fluiten. Wat doe je dan? Klagen heeft in mijn ervaring geen enkele zin. Ik liet het los en voetbalde verder. Ik kreeg veel complimenten om mijn scherpzinnigheid bij die fase, maar het gebeurde in een opwelling. En uiteindelijk verloren we die avond wel. Het goede gevoel van die goal vervloog snel.’

Het was een bewust plan dat zo rond mijn tiende is begonnen: ik zou mezelf als voetballer vervolmaken.

De wortels van Jonathan David liggen in Haïti, maar hij groeide op in Ottawa, de hoofdstad van Canada. Hoe wordt een Canadese tiener een van de beste spelers van de Belgische competitie? ‘Door hard te werken’, antwoordt hij met een ontwapenend aplomb. ‘Zolang ik mij kan herinneren droom ik ervan profvoetballer te worden. In Canada is dat geen vanzelfsprekende droom, maar ik was ervan bezeten en ik besefte dat het niet vanzelf zou komen. Ik heb hard getraind, ik bleef geconcentreerd op het einddoel. Het was een bewust plan dat zo rond mijn tiende is begonnen: ik zou mezelf als voetballer vervolmaken. Daarna was het een kwestie van mijn kansen te grijpen.’

U bent bij AA Gent gearriveerd via een stageperiode, niet via een transfer. Zulke stages zijn genadeloze examens. Bij uw allereerste training in Gent maakte u een belabberde indruk, hoorde ik.

Jonathan David: Wat er toen met mij aan de hand was, begrijp ik nog altijd niet. Niks lukte! Slechte controles, passes die niet aankwamen. Ik was zestien en kende hier niets of niemand. Het is normaal dat ik onder de indruk was van de omstandigheden. Na die eerste rampzalige training heb ik mezelf opgepept: ‘Oké, nu ga je tonen dat je hier thuishoort.’ Training twee was ook niet fantastisch, maar genoeg om op te bouwen. Stelselmatig heb ik me kunnen bewijzen.

AA Gent had toen net Tottenham uitgeschakeld in de Europa League. Dat maakte indruk op mij, want ik wist amper iets over Gent of de Belgische competitie. Ik dacht: dat zou een mooie club voor mij zijn. Niet lang daarna tekende ik mijn eerste contract.

Hoe belangrijk was de maand augustus 2018? U, een anonieme Canadese bankzitter, maakte vijf doelpunten in vier invalbeurten.

David: Dat heeft mijn carrière op gang geduwd. In die paar weken groeide ik uit van iemand van wie ze betwijfelden of hij zijn plek op de bank wel waard was naar een versterking van de eerste ploeg. Cruciale goals waren dat.

Was het ook belangrijk voor uzelf? Om te beseffen dat u het kan?

David: Niet echt, nee. Ik wist dat ik het kon. Het was een kwestie van tijd voor de anderen dat ook zouden beseffen.

Wat een zelfvertrouwen.

David: Ik vertel het je zoals het is.

Dit seizoen scoorde u 12 keer, plus 4 goals in Europa. Hoeveel moeten dat er aan het eind van het seizoen worden? 20?

David: Ik wil geen streefcijfer noemen maar… twintig lijkt me realistisch, ja. Al kan het snel keren. Kijk naar Roman Jaremtsjoek. Hij scoorde aan de lopende band, maar hij blesseerde zich en nu staat hij aan de kant.

Met hem en Laurent Depoitre klikt het geweldig. Die twee halen het beste in mij naar boven. Ik vind hen blindelings, zij lijken te voelen waar ik ga opduiken. Het gekke daaraan is dat wij totaal andere achtergronden hebben. Roman komt uit Oekraïne, Laurent is een Franstalige Belg en ik een Haïtiaanse Canadees. Toch voel ik me om een of andere reden verwant aan die twee. Voetbal brengt mensen samen.

We zullen Roman de komende maanden missen, en niet alleen om zijn doelpunten. Zijn bewegingen, zijn doorzicht, hoe hij een hele verdediging aan de praat houdt. Hij maakte het voor mij makkelijk om uit te blinken, ook wanneer ik niet mijn beste match speelde.

Jonathan David: 'Mijn geluk is dat ik niet begrijp wat er in de kranten staat. Alle lof, alle controverses: het gaat aan mij voorbij.'
Jonathan David: ‘Mijn geluk is dat ik niet begrijp wat er in de kranten staat. Alle lof, alle controverses: het gaat aan mij voorbij.’© BAS BOGAERTS

Wat is een typische Jonathan David-goal?

David: Een loopactie in het strafschopgebied waarbij de organisatie van de tegenstander ontregeld is. Ik pluk de bal uit de lucht en devieer in één tijd in doel. Zo kun je ongeveer drie vierde van mijn doelpunten omschrijven. Mijn kracht is het spel lezen en de openingen vinden. Infiltreren wanneer de verdedigers niet opletten.

Klopt het dat u per wedstrijd 13 kilometer loopt, zoals hulptrainer Peter Balette beweert? Dat is bijzonder veel. In de Premier League ligt het gemiddelde rond de 10,5 kilometer.

David: Nee! Dat is een grapje van de hulptrainer, vermoed ik. In mijn beste matchen kom ik in de buurt van 12 kilometer, maar 13 kilometer is overdreven. Ben ik de fitste speler bij Gent? Ik denk het, ja. En toch ben ik geen fan van loopwerk op training – maar welke voetballer is dat wel?

Wie veel rent, is doorgaans minder scherp wanneer het ertoe doet.

David: Daar moet ik inderdaad voor uitkijken. Ik moet leren doseren. Mijn loopvermogen is een wapen, maar het mag zich niet tegen mij keren.

Nog een uitspraak van Balette: ‘Jonathan heeft geen hobby’s. Hij slaapt en hij voetbalt, meer niet.’

David: Dat gelooft hij nog ook! (lacht) Nee, dat is een grapje tussen ons. Wanneer Balette vraagt hoe het met mij gaat, antwoord ik altijd: ‘Moe, trainer!’ Maar ik heb zeker hobby’s, geen paniek. Ik ben niet het type dat zwaar uitgaat, maar ik sluit me ook niet op. Het Gentse stadscentrum ken ik, hoor.

Dat Peter Balette me zo’n slaapkop vindt, heeft te maken met het vele reizen naar Canada voor de nationale ploeg. Lange vluchten, telkens aanpassen aan het tijdsverschil. Je lichaam snakt naar slaap en net dan begint de training. Maar goed, ik zal nog vaak de oceaan moeten oversteken in mijn carrière. Ik kan er maar beter aan wennen.

Eerst dacht ik dat het een vergissing was: in uw 12 matchen voor de Canadese nationale ploeg hebt u al 11 keer gescoord.

David: Ja, maar dat was niet tegen de sterkste teams. Er zaten twee goals tegen de Amerikaanse Maagdeneilanden bij, bijvoorbeeld. Bij Canada sta ik in de spits met Cyle Larin van Zulte Waregem. Gek dat we allebei in België zijn beland. Het lijkt wel voorbestemd.

Mijn meest bijzondere doelpunt was tegen Haïti, het land van mijn ouders. Die goal kon ik echt niet vieren: too many mixed emotions.

U bent geboren in New York. Klopt het dat het min of meer per ongeluk was? Uw moeder had niet gedacht dat ze zo snel al zou bevallen.

David: Mijn ouders waren op bezoek bij familie toen ik werd geboren. Daarna zijn we teruggekeerd naar Haïti, zes jaar later emigreerden we naar Canada. Ik zeg altijd: ik ben opgegroeid in Canada, maar opgevoed als een Haïtiaan. Dat land en die cultuur liggen me na aan het hart, ook al ben ik sinds 2012 niet meer in Haïti geweest.

Zegt men in Canada ‘football’ of ‘soccer’?

David:Soccer. Football is een andere sport. Ik weet dat Canada in het buitenland eerder gelinkt wordt aan ijshockey, maar dat heb ik nooit gedaan. Ik kan zelfs niet schaatsen.

De Canadese voetbalopleiding is niet zo gestructureerd als hier. Ik had geluk dat ik op een erg goed jeugdteam ben beland; daar dank ik alles aan. Eén ploegmaat van toen speelt profvoetbal in Letland, een andere is opgepikt door een grote Canadese club. En er zijn er nog anderen die willen doorbreken, want we zijn nog jong. We waren er met de hele ploeg van in het begin ernstig mee bezig. Een trainer zei: ‘Je hebt een goed sportlijf, uiteraard kun jij prof worden in Europa.’ Het zaadje was geplant, ik kan me dat gesprek nog perfect voor de geest halen.

Naarmate ik ouder word en meer train, word ik alleen maar kalmer.

Klopt het dat u op vijftiende uw PlayStation wegschonk aan uw coach?

David: Echt gebeurd! Het was zomer, ik had even niets omhanden en ik speelde veel computerspelletjes. Tot ik me er zelf zorgen om begon te maken. Zou het me niet afleiden op weg naar mijn grote doel? De trainer trok grote ogen toen ik hem die PlayStation gaf.

Voor uw komst was Tomasz Radzinski, goalgetter van Germinal Ekeren, Anderlecht en Lierse, de bekendste Canadese voetballer binnen België.

David: Hem heb ik vorig jaar in Canada ontmoet, bij een wedstrijd van de nationale ploeg. Radzinski zei dat ik goed bezig was, dat ik hard moest blijven werken en mijn hoofd niet gek moest laten maken door journalisten of managers. Daarvóór kende ik hem niet. Als jonge voetballer volgde ik de internationale toppers zoals Cristiano Ronaldo of Neymar. De Canadese spelers zaten niet op mijn radar.

Waar komt de bijnaam ‘The Iceman’ vandaan?

David: John Herdman, de Canadese bondscoach, bedacht hem, omdat ik zo relaxed ben. Niet alleen naast het veld, ook wanneer ik voor het doel kom. Ik werk daar niet aan – ik weet ook niet of je dat wel kan. Dat koele zit in me. En naarmate ik ouder word en meer train, word ik alleen maar kalmer.

Over koel gesproken: vorig seizoen, tot u nog niet zo hoog aangeschreven stond als nu, nam u zonder aarzelen de penalty’s bij Gent. Weinig achttienjarigen komen daarmee weg.

David: Een strafschop is natuurlijk iets bijzonders, maar aan de andere kant: een vrij schot van elf meter, zonder verdedigers in de buurt… Moeilijk is dat niet, hè. Ik kan me niet voorstellen dat ik daar zenuwachtig van zou worden. Ik heb als achttienjarige ook penalty’s gemist bij AA Gent. Pijnlijk, maar de volgende keer bood ik me opnieuw aan. Zonder twijfelen.

Denkt u nooit: wat gebeurt er als ik mis?

David: Dat mag je niet toelaten. Wie aarzelt, mist. Nee, de druk zal mij nooit verlammen. Dat glijdt van me af.

Hebt u een carrièreplan? Iets als: Gent in de zomer verlaten voor een middenmoter in een betere competitie, daarna een topclub in de Premier League?

David: Ik ga niet mijn hele loopbaan bij AA Gent blijven, dat is zeker. En ik denk dat ik de ambitie mag hebben om ooit bij de absolute top te belanden. Wat jij net omschreef, komt aardig in de buurt van het ideale scenario, maar ik moet mijn volgende stappen met zorg kiezen. Ik floreer in teams die willen opbouwen en willen aanvallen. Niet alleen de reputatie van de club telt, of hoeveel ze betalen.

Wat is uw beste voet?

David: De rechter. Al heb ik in België veel gescoord met links. Misschien wel meer, ik ken de statistieken niet vanbuiten. Ik heb er in mijn jeugd bewust aan gewerkt om tweevoetig te worden, zoals Ronaldo.

Gent mag zeker dromen van de titel.

In de kranten stond dat u na het gala van de Gouden Schoen teleurgesteld was omdat u niet verkozen werd tot Belofte van het Jaar. Was dat wel waar? Het lijkt me niet in uw karakter te passen.

David: Iedereen wint graag, maar eerlijk gezegd was ik totaal niet bezig met die verkiezing. Misschien waren ze bij de club ontgoocheld? Mijn geluk is dat ik niet begrijp wat er in de kranten staat. Alle lof, alle controverses: het gaat aan mij voorbij. Ik versta geen Nederlands, behalve dan de voetbaltermen.

Het eerste wat buitenlandse voetballers leren zijn scheldwoorden.

David: Ik niet. Ik ben een welopgevoede jongen. (lacht)

De Amerikaanse Fox Sports Radio vroeg u of AA Gent nog aan de titel denkt. ‘Anything can happen’, luidde het antwoord.

David: Club Brugge is sterk – ze stralen uit dat ze niet kunnen verliezen – maar ik vind het te vroeg om de handdoek te gooien. Zeker omdat in de play-offs de punten worden gehalveerd. Een goeie zaak voor de achtervolgers, want het maakt de competitie weer spannend, maar de spelers van Club, die hun voorsprong voor de helft zien wegsmelten, zullen vloeken. Twee matchen winnen en het klassement staat op z’n kop. Dus ja, Gent mag zeker dromen van de titel.

Vrijdag treffen jullie Anderlecht. Vorige keer werd het 3-3.

David: We konden op het einde een gelijkspel redden, met twee goals in de laatste vijf minuten. Wat dat betreft, was het een sleutelmatch voor ons. Let niet te veel op de score, geef nooit op, blijf vechten en je wordt beloond.

Anderlecht maakt een lastig seizoen door, maar ik vond ze toen een jonge, enthousiaste ploeg die het iedereen moeilijk kon maken. Bizar dat ze in andere matchen blijkbaar geen stabiliteit vonden. Het lijkt me goed mogelijk dat ze toch nog Play-off I halen. Het zal pas op de laatste speeldag worden beslist.

Binnenkort speelt AA Gent tegen AS Roma in de Europa League. Er staat nog een rekening open met de Romeinen: de laatste keer dat de teams elkaar ontmoetten, won Roma met 1-7.

David: Dat wist ik nog niet. Dan zullen onze supporters gebrand zijn op een goed resultaat, met zo’n voorgeschiedenis. Ik hou van Italiaans voetbal: het is scherp en snel, met ploegen die eendrachtig opereren. AS Roma brengt grote namen als Edin Dzeko en Henrich Mchitarjan. Ze zijn favoriet, en toch geef ik ons een goede kans.

Roma denkt misschien: een Belgische club, dat wordt een gezondheidswandeling.

David: Dan zullen ze raar opkijken, maar ik kan me niet voorstellen dat ervaren profs op die manier aan een wedstrijd zouden beginnen.

Tot slot, bij uw laatste doelpunten wees u naar de hemel voor uw onlangs overleden moeder. Was ze al lang ziek?

David: Zeven jaar geleden werd kanker vastgesteld, en toch kwam haar dood onverwacht. De laatste fase ging heel snel. She’s in a better place now. Haar lijden is voorbij, dat troost.

Ik vernam het nieuws terwijl ik op mijn aansluiting wachtte in de luchthaven van Heathrow, op weg naar Canada. Ik zat daar alleen, dat was zwaar. Niets kan je voorbereiden op het overlijden van je moeder, maar die tragedie heeft onze familie wel samengebracht. We hebben elkaar getroost, elkaar overeind getrokken. De mensen rondom je moet je waarderen. Je weet nooit wanneer ze er niet meer zullen zijn.

Jonathan David

– 2000: geboren in New York, VS

– 2010: jeugdvoetbal bij de Gloucester Dragons in Ottawa, Canada

– 2017: tekent bij AA Gent

– 2018: profdebuut tegen Zulte Waregem, debuteert voor de Canadese nationale ploeg

– 2019: topscorer op de Gold Cup, het landentoernooi van Noord- en Centraal-Amerika

– 2020: vijfde op de Gouden Schoen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content