Is een voetbalveld open ruimte? Woordspel kleurt discussie rond betonstop

Vlaams minister Zuhal Demir (N-VA) op 11 november 2019. © Daina Le Lardic

Vlaams minister voor Omgeving Zuhal Demir (N-VA) wil bij de bouwshift een duidelijker onderscheid maken tussen ‘verharding’ en ‘ruimtebeslag’. Groen reageert ongerust.

Minister Demir wilde komaf maken met de term ‘betonstop’ en kiest voor de benaming ‘bouwshift’. De doelstelling van beide begrippen blijft nochtans dezelfde. Tegen 2040 wil de Vlaamse regering dat er geen open ruimte meer wordt aangesneden. De betonnering en de verrommeling van Vlaanderen wordt zo een halt toegeroepen.

Vandaag bedraagt het ruimtebeslag zo’n 6,4 hectare per dag. Dat zijn zo’n tien voetbalvelden aan open ruimte die dagelijks worden ingenomen. Tegen 2040 moet dat nul bedragen. In de eerste versie van de betonstop – officieel het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen (BRV) – was er een tussentijdse doelstelling van 3 hectare per dag voorzien tegen 2024. Minister Demir liet die vallen, maar zegt nog wel te willen ‘streven’ naar die halvering.

Maar ook de definitie van ruimtebeslag zelf staat niet in steen gebeiteld. Tot nu toe hanteerde de Vlaamse regering steevast dezelfde omschrijving. Ruimtebeslag werd omschreven als ‘het aandeel van de ruimte dat is ingenomen door huisvesting, industriële en commerciële doeleinden, transportinfrastructuur of recreatieve doeleinden’. Dat betekent dat ook tuinen, voetbalvelden en parken worden gerekend als ruimtebeslag.

Die inname bedraagt op dit moment 33 procent. Met andere woorden: 450.000 hectare in Vlaanderen is volgens bovenstaande omschrijving ingenomen.

De minister is van mening dat het afremmen van hard ruimtebeslag een prioritair aandachtspunt hoort te zijn.

Kabinet-Demir
Lintbebouwing
Lintbebouwing© Belga

Morrelen

Het Vlaams regeerakkoord zette echter de deur op een kier voor een koerswijziging. ‘De differentiatie van het ruimtebeslag wordt bekeken’, luidde het. Het kabinet-Demir verduidelijkt: ‘We hebben oog voor verschillende vormen van ruimtebeslag en gaan werk maken van een differentiatie’, klinkt het. ‘Aspecten zoals verharding, waterdoorlaatbaarheid, ligging, et cetera, kunnen hierin factoren zijn. Want er bestaat “hard” ruimtebeslag, zoals bedrijventerreinen, en “zacht” ruimtebeslag, zoals parken. De minister is van mening dat het afremmen van hard ruimtebeslag een prioritair aandachtspunt hoort te zijn.’

Mieke Schauvliege (Groen)
Mieke Schauvliege (Groen)© Belga

Op dinsdag herhaalde Demir nog in het parlement dat ‘verharding en ruimtebeslag twee verschillende begrippen zijn’ en dat ‘verwarring moet worden vermeden’. Uit cijfers van 2015 wordt geschat dat 16 procent van Vlaanderen verhard is. Dat cijfer ligt dus een pak lager dan het percentage van ruimtebeslag.

Hoe die nieuwe definitie er precies uit zal zien, is nog koffiedik kijken. Demir laat niet in haar kaarten kijken.

Oppositiepartij Groen plaatst in elk geval vraagtekens bij de aangekondigde versoepeling. ‘Als de tuinen, parken en recreatieve inrichtingen uit de definitie gehaald worden, dan zal de verharding dalen in de statistieken’, zegt parlementslid Mieke Schauvliege. ‘Het zou heel goed kunnen dat de minister aan deze cijfers zal morrelen om haar resultaten te verbeteren. De doelstelling kan makkelijker gehaald worden als de tuinen eruit gehaald worden.’

Wanneer de definitie wijzigt, kan er eveneens nieuwe open ruimte worden aangesneden zonder dat dat zichtbaar wordt in de cijfers van het ruimtebeslag. De vrees bestaat dat via boekhoudigkundige ingrepen de impact van de betonstop/bouwshift deels teniet wordt gedaan.

De aangekondigde differentiatie is een nuttige oefening.

Koen Van den Heuvel (CD&V)

Tuinen wel, golfterreinen niet

Volgens Koen Van den Heuvel (CD&V), die mee aan de onderhandelingstafel zat bij de opmaak van het regeerakkoord, hoeft Groen zich geen zorgen te maken. ‘De aangekondigde differentiatie is een nuttige oefening’, zegt hij. ‘Men kan er toch vragen bij stellen wanneer we de aanleg van parken, voetbalvelden of golfterreinen gelijkstellen aan de aanleg van pakweg appartementen.’

Volgens de gewezen minister van Omgeving zullen tuinen nog steeds worden meegerekend bij het ruimtebeslag. ‘De oefening is dus relatief beperkt. Van de 6,4 hectare die per dag wordt ingenomen, is maar 0,25 hectare te wijten aan parken, voetbalvelden, enzovoort. Dat is amper 5 procent.’

Maar hoe de nieuwe omschrijving er uit zal zien, ligt voorlopig in handen van Demir. Zij benadrukte dinsdagmiddag nog dat ze een volledig goedgekeurde bouwshift nastreeft tegen 2021.

Koen Van den Heuvel (CD&V) op 27 september 2019.
Koen Van den Heuvel (CD&V) op 27 september 2019.© Belga

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content