Hilde Van Mieghem schreef een nieuw boek en groef opnieuw in haar autobio. ‘Het ongeluk dat ik heb meegemaakt was misschien ook het geluk.’
Voor de hond begint te snurken en we overgaan tot de wanorde van de dag, mikt ze een rode roos hemelwaarts. Richting Marina Yee, de modeontwerpster die net de karavaan verlaten heeft. Ze waren allebei van hetzelfde bouwjaar, dat van de Expo. En ze weet nog hoe ze eruitzagen toen ze elkaar voor het eerst zagen in het Pannenhuis op het Conscienceplein in Antwerpen. Meisjes nog, die al gauw vriendinnen werden. ‘Marina heeft me geïntroduceerd in de kunstenaarsscene in het Antwerpen van de jaren tachtig. Dat was toen een ontzettend spannende wereld. Een openbaring voor een naïef dutske als ik.’
Hoewel ze erg verschilden – Marina was blond en stil, Hilde had zwart haar en was gul met decibels – deelden ze ook veel. Ze waren arm, maar wat deed het ertoe. Hun ziel zouden ze nooit verkopen, dat zwoeren ze.
Ze deelden ook dezelfde gigantische faalangst. ‘Ik wilde toen al schrijver worden. Maar ik werd acteur, omdat ik dacht: dat kan ik tenminste. Kostuumpje aan, muts op, en dan met de botjes in het water plenzen. Na de opnames van Vrijdag van Hugo Claus vroegen ze me overal om auditie te doen, en altijd gierden de zenuwen. Maar Marina kleedde me aan en ik kon de wereld aan.’
Zoveel jaar later is het meisje uit 1958 ook een schrijver, zoals ze altijd gedroomd had. Ze heeft net een prachtig boek uit in de reeks Kleine filosofie van grote emoties. Zelf had ze al de emotie ‘verwondering’ gekozen, maar de uitgeverij vond dat ‘overgave’ beter bij haar paste.
‘Moeders met problemen mogen niet meer zwanger worden? Wie denkt Conner Rousseau wel dat hij is? God?’
Haar verhaal speelt zich af in 1980. Het gaat over een vrouw van twintig die zich eerst overgeeft aan de liefde en daarna aan wat haar overkomt: haar nieuwe vriend en zijn ex duwen haar een kind in de armen.
Van Mieghem graaft wel vaker in haar autobio en dat is nu niet anders. ‘Ik heb dat meegemaakt, ja. Mijn liefde voor haar is onvoorwaardelijk. De uitgeverij heeft gelijk: ‘overgave’ past bij mij. Ik erger me ook aan het gebrek aan overgave bij anderen – in relaties en in vriendschappen. Als ik ergens ja op zeg, zeg ik altijd ja zonder voorbehoud. Compromissen sluit ik zelden. Soms kun je niet anders, want dan heb je geen leven. Of je moet alleen op een berg gaan leven in Italië – wat ik ook heel vaak doe. (lachje) Het is trouwens helemaal niet deugdelijk om altijd maar jouw waarheid te verkondigen.’
Die compromisloosheid, vanwaar komt die?
Hilde Van Mieghem: Het is een protest tegen het gezin waarin ik opgroeide, vermoed ik: ik had een alcoholistische vader en een gewelddadige moeder. Het personage Mara uit mijn vorige boek Crescendo is autobiografisch. Dat heb ik niet wereldkundig gemaakt toen het verscheen – onder andere omdat mijn moeder nog leefde. Vorige maand is ze gestorven. De cipier is weg, zo voelt het nu. De poort van de gevangenis staat open, en ik mag fluitend naar buiten wandelen en juichen: ‘Ik besta, ik mag er zijn.’ Heel verwarrend. Zo verwarrend dat ik moet oppassen om zelf niet weer in de gevangenis te gaan zitten.

Hebt u er later met haar over kunnen praten?
Van Mieghem: Dat heb ik opgegeven. Het enige wat ze riep was: ‘Jij bent compleet gestoord.’ (zwijgt even) Op 15 augustus, moederkesdag in Antwerpen, was ik in Italië met een van mijn zussen. ‘Wat doen we?’ overlegden we. Iemand een gelukkige Moederdag wensen die alles behalve een moeder geweest is, vond ik moeilijk. ‘Ik doe het,’ zei mijn zus, ‘en ik zet de telefoon op luidspreker.’ Vanuit de verte riep ik plots: ‘Gelukkige Moederdag.’ ‘Is Hilde daar?’ vroeg ze. ‘Geef die eens!’ en dan: ‘Luister, ik heb hier lang over nagedacht, maar ik vind dat ik het moet zeggen, ik zie u graag. Klaar?’ Toen hing ze op.
Ze zei het dan toch, op haar manier.
Van Mieghem: Ja? Ik vond het eerder een vergiftigd geschenk. Ze had ook kunnen zeggen: ‘Ik wilde dit allang zeggen…’ Of beter nog: ‘Ik was een vreselijke moeder, maar ik ben een oorlogskind. Ik heb dit en dat meegemaakt en ben opgegroeid in een andere tijd. De pil bestond niet eens. Dat verklaart misschien wie ik ben.’ Dat had ik fenomenaal gevonden. En alle begrip daarvoor, maar niet voor iemand die haar verantwoordelijkheid niet opneemt. Je moet de dingen durven te benoemen. Mijn dochter Marie sprak me ook al over zaken die haar gekwetst hebben als kind. Daar schrok ik erg van, maar we hebben het wel uitgepraat.
Denken uw broers en zussen er ook zo over?
Van Mieghem: Nu ze er niet meer is, is het anders tussen ons. Vroeger moest over alles gezwegen worden. Toen ik dertig jaar geleden in therapie ging, riepen mijn broers en zussen: ‘Wat? Ga jij je ouders beschuldigen?’ Maar de dingen benoemen is niet beschuldigen. Het kan je redden. Als je zegt: ‘Jij bent slecht’, sluit je elke deur. Maar als je niet uitzoekt hoe je omgaat met wat je overkwam, blijf je een slachtoffer. En als ik aan iets een hekel heb, dan is het aan mensen die zich blijven wentelen in hun slachtofferschap. ‘Kindermishandeling sleep je je hele leven mee’, hoor ik zo vaak. Tja, je goede bomma sleep je ook je hele leven mee. Iedereen sleept álles met zich mee. Maar dat hoeft niet te bepalen wie je bent. Stop met slachtoffer zijn. Neem je verantwoordelijkheid, ondanks of zelfs dankzij wat er gebeurd is.
‘Als ik aan iets een hekel heb, dan is het aan mensen die zich blijven wentelen in hun slachtofferschap.’
‘Moeders die niet voor hun kinderen kunnen zorgen, moeten van de rechter een tijdelijk verbod krijgen om opnieuw zwanger te worden’, zegt Conner Rousseau.
Van Mieghem: Natuurlijk vind ik dat moeders met problemen geholpen moeten worden. Er zijn nu al wetten genoeg om in te grijpen, en duizend dingen die kunnen gedaan worden. Maar niet meer zwanger mogen worden? Wie denkt Rousseau wel dat hij is? God? Alleen dommeriken en ‘mensen die voor de verkiezingen nog een kind willen’ denken dat ze god zijn. Onze samenleving is trouwens een uitvergroting van een disfunctioneel gezin. Waarbij politici de ouders zijn. Poetin, Trump, Hitler: ga maar na wat in hun jeugd gebeurd is.
Sommigen onder ons capituleren wel heel snel uit de maatschappij. Onlangs kreeg de 25-jarige Siska De Ruysscher euthanasie vanwege ondraaglijk psychisch lijden.
Van Mieghem: Het leven is niet altijd een pretje. Maar 25 jaar is toch heel jong om euthanasie aan te vragen. ‘Ik heb alles geprobeerd’, zei ze. Dat klopt niet. Ze dácht dat ze alles gedaan had en sloot uit dat er nog veel mogelijk is. Tot daaraan toe. Maar dat een kring van dokters dat ondersteunt? Ze hebben haar mishandeld en nu deden ze het opnieuw onder het mom van: ‘We doen wat jij wilt. Er is inderdaad geen enkele reden om te leven voor jou.’
U hebt in uw jonge jaren ook geworsteld met donkere gedachten.
Van Mieghem: Zeker. Mijn regel was: ‘Ik pleeg geen zelfmoord voor Marie achttien is.’ Toen ik voelde dat dat niet zou lukken, zocht en vond ik een fantastische psychiater. Iemand die mij niet wilde genezen maar wel iemand die zei: ‘Ik hoor jouw verhaal. Maar misschien kun je ook eens een andere kant proberen te zien?’ Dat was een openbaring. Het ongeluk dat ik heb meegemaakt, was misschien ook het geluk. Ken je dat boeddhistische verhaal over de monnik wiens paard wegloopt? Iedereen roept: ‘Wat een ongeluk!’ Maar de monnik antwoordt: ‘Wie zegt dat dat een ongeluk is?’ De volgende dag komt het paard terug met zes andere. ‘Wat een geluk!’ zeggen ze. ‘Wie zegt dat dat een geluk is?’ antwoordt de monnik weer. Dan valt zijn zoon van een van die paarden en raakt verlamd – opnieuw: ‘Wat een ongeluk!’ Tot de oorlog uitbreekt en alle andere zonen sneuvelen. Alleen zijn verlamde zoon blijft leven en wordt gelukkig oud.
‘Ik wilde altijd de lat hoog leggen, en de beste zijn. Ik wilde gezien worden om te compenseren dat ik als kind niet gezien werd.’
Had uw ellendige jeugd ook een positieve kant?
Van Mieghem: Tuurlijk. Ik wilde altijd de lat hoog leggen, en de beste zijn. Ik wilde gezien worden om te compenseren dat ik als kind niet gezien werd.
Op dat moment smakt iemand een emmer water tegen haar raam. Verschrikt kijken we opzij. Nonchalant en in sneltempo veegt een ruitenwasser haar raam half proper. ‘Als we het over overgave hebben…’, zeg ik.
‘Vroeger zette mijn geweldige ruitenwasser eerst een ladder tegen de gevel,’ antwoordt ze, ‘en begon dan te poetsen. Maar nu het bedrijf overgenomen is, is dat blijkbaar veranderd.’
Ze loopt naar het raam. ‘Waar is je ladder?’ vraagt ze aan de werkman.
‘We mogen geen ladders meer gebruiken, madame’, zegt die. ‘De nieuwe procedure.’
‘Maar zo kun je toch niet goed poetsen? Zeg tegen je baas dat ik weer een ladder wil’, antwoordt ze.

‘Terug ladders!’: dat is een mooie metafoor voor de samenleving.
Van Mieghem: (lacht) Geef toe, dat is toch een verandering die geen verbetering is. Iedereen denkt dat ik zo’n linkse progressieveling ben, maar ik voel me een conservatief in de ware zin van het woord: bewaar wat goed is. We leven in vreemde tijden. Neem het onderwijs. Natuurlijk hoeven de lijfstraffen niet heringevoerd te worden, maar van het gepamper in scholen ben ik ook geen fan. Je mag best eisen stellen aan jonge mensen. Leer mensen weer deftig Nederlands spreken – dat is niet eenvoudig – en hun verantwoordelijkheid op te nemen.
Dat is nog moeilijker. En het wordt je niet altijd in dank afgenomen, dat weet u ook.
Van Mieghem: Zeker. Ik heb me onlangs zo opgewonden over de heisa rond die student gynaecologie die iemand op café leerde kennen. Ze waren allebei dronken, flirtten wat en belandden in bed. ’s Morgens werden ze wakker en ze schrikken. Hij beseft onmiddellijk dat er iets gebeurd is dat beter niet gebeurd was. Hij had het kunnen ontkennen, want zij herinnerde zich niets. Niemand had het ooit geweten en zij had geen poot om op te staan.
‘Die Leuvense student gynaecologie? Eindelijk een jongen die niet laf was en zijn verantwoordelijkheid opnam.’
Toch was die jongen zo eerlijk, zo integer, om toe te geven: ‘Ik was dronken en ik heb deze situatie verkeerd ingeschat.’ Eindelijk eens een man die inziet dat dat niet kan. Eindelijk een man die niet laf is en zijn verantwoordelijkheid opneemt. Alle feministes zouden luid moeten applaudisseren, maar nee, uitgerekend die man honen ze weg. De hetze van de vrouwengilde was gruwelijk. Ze hebben hem verscheurd en ontmand, er dingen op geprojecteerd die er niets mee te maken hadden – ‘Hij studeert voor gynaecoloog!’ – tot zijn leven kapot was.
Hij mag niet meer voortstuderen aan de zogenaamde ‘Zetel der Wijsheid’.
Van Mieghem: Dat zelfs een universiteit niet het hoofd koel houdt en meedoet met die hysterie… Ik leef erg mee met die jongen, na wat ze hem hebben aangedaan. Nul empathie hadden ze met hem. Terwijl elke mens een donkere kant heeft, allemaal maken we fouten. Veel mensen hebben dat zelfinzicht niet, maar ze zijn wel de eerste om een ander te veroordelen. De uitspraak van de rechter leek me correct: ‘Deze man heeft schuldinzicht en verdient geen straf.’
Maar hij is wel veroordeeld voor verkrachting.
Van Mieghem: Daarom hebben we dringend nieuwe juridische termen nodig, want je bent heel snel een verkrachter. Verkrachting is iets bijzonder ernstigs. Ik weet waar ik over spreek. Lees mijn boek Crescendo: het gaat over macht, over een man of een vrouw die zegt: ‘Ik wil dit en dwing je als het moet.’
‘Ik praat morgen zo tien mannen aan de galg die gebruikgemaakt hebben van een dronken avond om seksuele handelingen te stellen die ik niet wilde.’
Wat er in Leuven is gebeurd, is iets anders. Dat ging over het menselijke gevoelen lust. Als dat een verkrachting was, dan lopen er honderdduizenden verkrachters rond in Vlaanderen. Ik praat morgen zo tien mannen aan de galg die gebruikgemaakt hebben van een dronken avond om seksuele handelingen te stellen die ik niet wilde. En die waren niet zo grootmoedig om zich, zoals die jongen in Leuven, te excuseren.
En ik maar denken dat u een feministe was.
Van Mieghem: Ik ben een humanist, geen feminist. Feminisme is te vaak vermomde mannenhaat, al bestaan er natuurlijk heel wat feministes die wél van mannen houden. ‘Van Mieghem is een mannenhaatster’, roepen de trollen. Het tegendeel is waar. Ik hou van mannen. Als ik iets geleerd heb uit Als ik eens wist (de Canvas-reeks die ze maakte over intrafamiliaal geweld, nvdr), is het dat mannenmishandeling even erg is als vrouwenmishandeling. Een man is fysiek sterker en kan een vrouw een blauw oog slaan, maar een vrouw kan een man een blauw hart slaan. En als hij daarmee naar buiten komt, wordt hij uitgelachen.
‘Het begint absurd te worden. Bij Internationaal Theater Amsterdam legde een oudere acteur tijdens het groeten heel even zijn hand op het achterwerk van een jonge actrice. Drie dagen hebben ze niet gespeeld, omdat zij zich niet meer veilig voelde!’
Ik heb een hekel aan extremen. Hetzelfde met woke: wat oorspronkelijk iets waardevols was, is compleet ontspoord. Onlangs deed ik een monoloog. Tijdens de repetities legde de regisseur zijn hand op mijn schouder. ‘Oei, sorry Hilde’, zei hij direct. ‘Sorry, waarom?’ vroeg ik. ‘Ik moet hier toestemming voor vragen.’ ‘Maar allee,’ zei ik, ‘zo kunnen we toch niet meer werken?’ Het begint absurd te worden. Bij Internationaal Theater Amsterdam legde een oudere acteur tijdens het groeten heel even zijn hand op het achterwerk van een jonge actrice. Drie dagen hebben ze niet gespeeld, omdat zij zich niet meer veilig voelde! In plaats van tegen die man te zeggen: ‘Hé, dat doe je nooit meer.’
U verdedigde op X ook Ivo van Hove, toen hetzelfde theater alle banden met hem verbrak na een onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag.
Van Mieghem: Hoe men Ivo aan het kruis heeft genageld… Terwijl hij de meest bescheiden regisseur is met wie ik ooit gewerkt heb. En verre van grensoverschrijdend. Conflictvermijdend, dat is hij wel. Acteurs zijn soms kleine kinderen die een papa nodig hebben. Wel, zo gedraagt Ivo zich niet, en dat wordt hem kwalijk genomen. En meteen is ook zijn verleden niets meer waard. Jaren geleden regisseerde hij Opening Night, naar de film van John Cassavetes. Schitterende voorstelling, overal laaiende recensies. Onlangs speelde De Hoe die voorstelling opnieuw. In de krant stond: ‘Eindelijk wordt de voorstelling goed gespeeld, Ivo Van Hove snapte het duidelijk niet.’ Zo erg.
Er bestaan nu toch intimiteitscoaches. Is dat geen verbetering?
Van Mieghem: Laatst speelde ik een grote rol in een Canadese film en moest ik even met mijn borsten bloot. De camera stond heel ver, geen telelens, je zou maar een glimp zien. Ineens floept daar een intimiteitscoach tevoorschijn ‘om me een veilig gevoel te geven’. Zij wilde praten met de regisseur en mij dan uitleggen wat hij in die scène wilde. Pardon? Ik spreek rechtstreeks met een regisseur, ook als het over naakt gaat. In haar rapport schreef ze: ‘Mrs. Van Mieghem wil tepelplakkers.’ Dat had ik nooit gezegd. Dan wilde ze erbij zijn op de set. ‘Mevrouw,’ zei ik, ‘ik heb daar geen enkele behoefte aan. Misbruik gebeurt overal. Voor en na de opnames, links en rechts, maar niet op de set. Daar staat namelijk ook een crew.’
‘Rare jaren, deze jaren, niets is komisch’ dichtte Remco Campert ooit.
Van Mieghem: Alles is zo zwart-wit geworden. Het is zo’n dunne lijn: het is niet omdat je misbruik wilt benoemen, dat je ineens in het andere uiterste moet vervallen. Iedereen kan je erbij lappen met een klacht, hè. Ik kan morgen ook over jou zeggen: hij kwam mij interviewen, maar hij probeerde mij te kussen.
Het is tijd om af te ronden. Bedankt mevrouw Van Mieghem!
Van Mieghem: (lacht)
Terwijl ik door de stad slenter, stuurt ze me een boeddhistische wijsheid: ‘Hij die anderen beschuldigt, heeft een lange weg te gaan. Hij die zichzelf beschuldigt, is halfweg. Hij die niemand beschuldigt, is er.’
Denk je aan zelfmoord en heb je nood aan een gesprek, dan kun je terecht bij de Zelfmoordlijn op het nummer 1813 of via www.zelfmoord1813.be
Hilde Van Mieghem, Een kleine filosofie van grote emoties: overgave, Pelckmans, 120 blz., 19,50 euro.
Hilde Van Mieghem, Crescendo, De Arbeiderspers, 408 blz., 26,99 euro.
Hilde Van Mieghem
1958: Geboren in Antwerpen.
Studeerde in 1981 af aan Studio Herman Teirlinck.
Speelde als actrice mee in ontelbaar veel films, series en theaterstukken.
Regisseerde enkele films, waaronder Sprakeloos (2017).
Auteur van romans De drie duifkes (2022) en Crescendo (2025).