Redactie Knack

‘Groenestroombeloftes smelten als sneeuw in de zon’

‘Subsidies zijn geen verdienmodel, maar tijdelijke incentives en fiscale stimuli om een gedrags- of gebruikswijziging te bevorderen of te sturen. Met een kortetermijnvisie langetermijnverbintenissen aangaan loopt altijd uit op een catastrofe’, schrijft Jean-Marie Dedecker over de ontwikkelingen in de zonnepanelensaga.

Opgefokt door de einde-van-de-wereld-spookideeën van de klimaatreligie, en onder druk van de klimaatdoelstellingen maakt de politieke wereld telkens groene instant-wetgeving die met spuug en paktouw aaneen klit. De financiële en sociaaleconomische verwoestende gevolgen zijn voor de burger. Het eerste wat een energieminister telkens moet doen bij zijn of haar aanstelling, is puin ruimen van zijn of haar voorganger. Het strooien met groenestroomcertificaten (GSC’s) kwam begin deze eeuw uit de koker van de socialistische ‘Teletubbies’: wijlen Steve Stevaert en Johan Vande Lanotte. Ze zaten zelf tot diep in de binnenzak van de groenestroomboeren. In 2006 knutselde de Vlaamse regering een subsidieregeling voor zonnepanelen in elkaar met GSC’s van 450 euro per MW/h en een looptijd van 20 jaar vast. Een groene jackpot. Ze deed dat zo amateuristisch, en strooide zo gretig en onbezonnen met geld, dat binnen de kortste keren geslepen bedrijfsleiders het groene verdienmodel commercieel begonnen uit te buiten.

Ook Johan Vande Lanotte, richtte op 17 november 2008 met eigen kapitaal (120.000 euro) bvba Rising Sun op, een vennootschap om te participeren en te adviseren in projecten rond duurzame energie. Samen met de dubieuze subsidiegraaiers van Electrawinds stampte hij de nv Zon aan Zee uit de grond, een vennootschap voor duurzame energieproductie met fotovoltaïsche zonnepanelen. Hij werd ook nog bestuurder van Electrawinds en lobbyist voor het Belgian Offshore Platform (BOP), de vereniging van investeerders en eigenaars van windmolenparken in de Noordzee. Rode keizers hebben diepe groene zakken.

Groenestroombeloftes smelten als sneeuw in de zon.

Uit het subsidie-eldorado groeide al snel de ‘Big Eco’: bedrijven wonnen met windfallprofits en zonneparken op enkele jaren tijd de lotto en steken met mega-installaties tot op vandaag nog exuberante subsidies op zak. Zo werd aan de windboeren op zee alleen al 14 miljard euro GSC’s toegekend. ‘ Alles rond hernieuwbare energie kost ons 30 miljard en we halen de doelstellingen nog altijd niet’, zei huidig Vlaams energieminister Zuhal Demir afgelopen week nog in het Vlaams parlement. Onze elektriciteitsfactuur is ondertussen voor sommige gezinnen de grootste armoedegenerator van de laatste decennia geworden. Een gemiddeld Vlaams huishouden betaalt vandaag voor haar elektriciteit ongeveer 500 euro meer dan in 2007, terwijl de kostprijs van stroomopwekking amper steeg (studie CREG).

Toen men in 2011 besefte dat de druk op de elektriciteitsfactuur door de doorrekening van de GSC’s te hoog werd, begon de eerste grote groene electorale zwendel van deze eeuw. Freya Van den Bossche, energieminister in de Vlaamse regering, moest de Vlaamse groene subsidie reduceren, en Johan Vande lanotte, vicepremier in de regering-Di Rupo verbood de doorrekening van de groenestroomcertificaten op onze elektriciteitsfactuur. Hij paste ook nog een andere truc toe. Vijftig dagen voor de verkiezingen van 25 mei 2014 voerde Johan Vande Lanotte, vicepremier in de regering Di Rupo, een btw-verlaging voor elektriciteit in. Het resulteerde in een daling van amper 8 euro per maand voor een gemiddeld gezin. De tijdelijke btw-verlaging duurde amper 18 maanden (tot 31 december 2015). Je reinste kiezersbedrog. Door dit oogkleppenbeleid werd er volgens een studie van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) een schuldenberg van 2 miljard euro aan groenestroomcertificaten opgebouwd. Om dit puin van haar socialistische voorgangers op te ruimen voerde de nieuwe Vlaamse energieminster Annemie Turtelboom (Open VLD) de turteltaks in.

De turteltaks werd vernietigd door het grondwettelijk hof omwille van de schending van de bevoegdheidsregels . Resultaat? Exit Annemie. Haar opvolger Bart Tommelein mocht op zijn beurt de schuldenput dempen van zijn partijgenote en moest de turteltaks sublimeren met een nieuw rondje subsidiekoterij. Die tweede grote electorale ecozwendel kwam er in aanloop naar de verkiezingen van 2019. Een kleine 50 dagen voor de stembusgang werd er opnieuw een subsidieregeling in elkaar geflanst. Energieminister Bart Tommelein beloofde plechtig dat iedereen die voor 1 januari 2020 zonnepanelen zou installeren nog 15 jaar lang zou kunnen genieten van het terugdraaien van de teller: zeg maar het gratis opslaan en heropvragen van de overtollige energieproductie op het net. Een valse en giftige belofte die nu gesmolten is als sneeuw in de zon. De negatieve adviezen van de Raad van State, van de Vlaamse en de federale regulatoren (VREG en CREG) en van de federale regering werden in de wind geslagen. Ook Tommeleins opvolger, minister Lydia Peeters (Open VLD) stelde ons gerust terwijl het zwaard van Damocles boven haar hoofd hing. Vorige week viel het harde verdict van het grondwettelijk hof. Tommeleins decreet werd over de ganse lijn vernietigd, opnieuw wegens ‘schendig van de bevoegdheidsregels’. Een grijze ezel stoot zich geen tweemaal aan dezelfde (grondwettelijke) steen, een blauwe wel. Wie gelooft die mensen nog?

Zo’n 571.000 gezinnen die hun dak ontsierd hebben met zonnepanelen betekenen een dik miljoen kiezers. Hun volkswoede moet nu gesust worden om de verloren eer en de woordbreuk van de Vlaamse regering te herstellen. Het siert de huidige energieminister Zuhal Demir dat ze de digitale meters even on hold zet om na te denken over een compenserend rendement van vijf procent, want in ieder instant-oplossing schuilt de kiem van het volgend falen. Loonbriefjespolitici stemmen immers kritiekloos alles wat een groene klimaatrand heeft, maar hebben last van zwetende handen en geheugenverlies als hun foefeldecreten van tafel geveegd worden.

Het rendement dat de overheid nu opnieuw compenseert met een half miljard euro aan subsidies zou eigenlijk niet opgehoest moeten worden door de belastingbetaler, maar door de elektriciteitsboeren zelf.

Maar het rendement dat de overheid nu opnieuw compenseert met een half miljard euro aan subsidies zou eigenlijk niet opgehoest moeten worden door de belastingbetaler, maar door de elektriciteitsboeren zelf. Bij afname van elektriciteit van het net moeten de zonnepaneelhouders zo’n 27 eurocent per KWh betalen, bij injectie op het net krijgen ze amper 3 tot 4 eurocent. Hun productie wordt dus doorverkocht door de elektriciteitsmaatschappijen voor zeven keer meer. Als de overheid de elektriciteitsboeren verplicht om 50% van hun verkoopprijs te betalen aan de injecteerders, hebben ze nog voldoende over om de distributeurs te vergoeden en zelf voldoende winst op te strijken.

Subsidies zijn geen verdienmodel, maar tijdelijke incentives en fiscale stimuli om een gedrags- of gebruikswijziging te bevorderen of te sturen. Met een kortetermijnvisie langetermijnverbintenissen aangaan loopt altijd uit op een catastrofe. De energieomslag moet er komen op een tempo die wetgevend correct is, en maatschappelijk, financieel en economisch onze samenleving niet elektrocuteert.

Sta me toe te eindigen en daarbij Mark Rutte te parafraseren: ‘Voor de groenen is een belastingparadijs een land waar we ons blauw betalen aan groene taksen, voor mij is een belastingparadijs een land arm aan belastingen’. Is hij toch een wijs man, die Nederlandse Premier?

Partner Content