Joris Van Hauthem

‘Geen minister van Staatshervorming, maar van Staatsvorming’

Joris Van Hauthem Fractieleider in het Vlaams parlement voor Vlaams Belang

Wat is de prioriteit voor Vlaams Belang qua staatshervorming na de verkiezingen van 25 mei 2014? Joris Van Hauthem formuleert een antwoord: ‘Geen minister van Staatshervorming, maar een van Staatsvorming.’

Minister van staat(her)vorming

Als onze partij een minister levert voor Staatshervorming, zal het in elk geval een minister van Staathervorming in de Vlaamse regering zijn, en een minister van de laatste Staatshervorming. Een minister van Staatsvorming dus. Men kan als minister van Staatshervorming immers twee dingen doen. Ofwel borduurt men verder op wat bestaat, met als gevolg dat men opnieuw kostbare tijd verliest. Ofwel gooit men het over een andere boeg, de boeg van de Ordelijke Opdeling. Een nieuwe staatshervorming, die voortborduurt op de bestaande, heeft absoluut geen zin meer. Ze kost ons tijd en lost niets op, tenzij voor een zeer korte periode.

Een uitvoering van de zogenaamde Vlaamse resoluties van 1999, dé leidraad van vorige regeringen, is onmogelijk gebleken, want vergt de samenwerking van de Franstalige partijen. Die zeggen in koor njet. Logisch ook. De jongste staatshervorming heeft – opnieuw – alle noodzakelijke hefbomen om een toekomstgericht sociaaleconomisch beleid te voeren, netjes federaal verankerd en versleuteld met tweederdemeerderheden en beveiligd met grote alarmbellen. Yves Leterme (CD&V) wist het al langer: ‘Het overlegmodel op louter federaal niveau heeft zijn limieten bereikt.’

Inderdaad, en dus moet de omslag gemaakt worden, niet meer in het denken, maar in het doen. En dringend ook. Vlaamse onafhankelijkheid is al uit de taboesfeer gehaald, laat het nu een prominente rol spelen. Vlaamse onafhankelijkheid dus, naar het woord van Remi Vermeirens in diens nieuwe boek ‘België, de onmogelijke opdracht’, een ‘Recht, een behoefte en een noodzaak’. Er blijft geen andere mogelijkheid over dan de ontbinding van het land, de Ordelijke Opdeling, een operatie die via het Vlaams parlement afgedwongen wordt.

De Franstaligen moeten weten dat we bereid zijn buiten de contouren van een Belgische Grondwet te treden die van een demografische meerderheid een politiek-institutionele minderheid heeft gemaakt. Trouwens, de Belgische staat is ook niet meteen ontstaan met eerbiediging van de grondwet van het toenmalige Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Neen dus, de Belgische Grondwet wordt verlaten. Is dit illegaal? Jazeker, maar het is wel legitiem, wat beslist door een rechtstreeks verkozen Vlaams parlement, de enige vertegenwoordiging van het Vlaamse volk.

De minister van Staatshervorming bereidt dus vanuit Vlaanderen op een actieve manier de ordelijke opdeling van het land voor. Het Vlaams parlement wordt gevraagd een soevereiniteitsverklaring te stemmen, waarin het einde van de Belgische federatie wordt vooropgesteld en de Vlaamse onafhankelijkheid onafwendbaar in het vooruitzicht wordt gesteld. Met deze verklaring stelt Vlaanderen dat het soeverein is om zijn eigen toekomst te bepalen en behoort de Belgische federatie binnen afzienbare tijd tot het verleden.

Tussen de soevereiniteitsverklaring en de eigenlijke onafhankelijkheidsverklaring wordt onderhandeld met de Franstaligen, niet meer over het principe van de boedelscheiding zelf – die is verworven door het Vlaams parlement – maar wel over de praktische afhandeling van die principiële beslissing. En daar kan wel degelijk water bij de wijn worden gedaan. En met de onafhankelijkheidsverklaring wordt Vlaanderen definitief een soeverein staat en houdt België op te bestaan.

Ziedaar mijn programma als minister van Staatshervorming in een notendop. Onrealistisch, zegt u? Het land bij elkaar houden tegen heug en meug met akkoorden die met spuug en paktouw aan elkaar hangen en waarvan de houdbaarheidsdatum steeds sneller vervalt, lijkt ons in elk geval veel onwenselijker. Dit is inderdaad misschien niet meteen het doenbare voor wie in de traditionele politieke schema’s denkt, dit is wel denkbaar voor wie visionair wil zijn.

Of om het alweer met Remi Vermeiren te zeggen: ‘Stellen dat het niet kan omwille van het weerwerk van hun Franstalige collega’s is een onverantwoorde verloochening van de democratische rechten van de Vlamingen en/of een ontstellend teken van zwakheid. (…) De politieke leiders kunnen achterban overtuigen. Zij zijn de representatieve democratie die de nodige stappen kan zetten. Dat is géén onmogelijke opdracht’.

Laat dus maar komen, dat ministerschap van Staats(her)vorming.

Partner Content