Frauderende thuisverpleegster: Vandenbroucke deelt tijdlijn met drie onderzoeken

Frank Vandenbroucke (Vooruit) op donderdag in de Kamer. © Belga

Sinds 2017 heeft het controleorgaan van het Riziv (Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering) drie onderzoeken geopend naar de frauderende thuisverpleegster uit Houthulst. Dat bevestigt minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) in een tijdlijn die hij na de plenaire vergadering in de Kamer donderdag bezorgde aan het parlement.

Een eerste onderzoek startte in juli 2017 na een melding van twee collega-verpleegkundigen. De Dienst voor Geneeskundige Evaluatie en Controle (DGEC), het controleorgaan van het Riziv, verzamelde de daaropvolgende maanden uitgebreide verklaringen en stelde in oktober 2018 een proces-verbaal op. In november 2021 volgde een uitspraak door de Kamer van Eerste Aanleg, het administratieve rechtscollege bij de DGEC, gevolgd door een uitspraak van de Kamer van Beroep in 2023. De verpleegkundige deed in die periode vrijwillige terugbetalingen.

Een tweede zaak ging in september 2020 van start na een nieuwe melding door een andere verpleegkundige. Ook hiervoor verzamelde de DGEC verklaringen en stelde hij pv’s op. In januari 2021 legde de leidend ambtenaar van de DGEC een schorsing van de uitbetaling van de aanrekening van de derdebetalersregeling op. De Kamer van Eerste Aanleg bevestigde die maatregel, na een beroepsprocedure. Ook in die fase zijn vrijwillige terugbetalingen gebeurd, klinkt het. De zaak werd nadien overgemaakt aan de dienst niet-fiscale invordering bij de overheidsdienst Financiën.

In beide zaken is het onderzoek rond en is er een eindbeslissing. Maar in oktober 2022 startte de DGEC nog een derde onderzoek op, waarbij de antecedenten van de verpleegster als ‘risicofactor in de beoordeling werd inbegrepen’. Al na een paar maanden droeg de DGEC de zaak over aan het Arbeidsauditoraat. Omdat het gaat over een nog lopend gerechtelijk onderzoek, kon het kabinet-Vandenbroucke daarover geen extra informatie meer geven. Maar zoals bekend vond in dat onderzoek maandag een gerechtelijke actie plaats bij de thuisverpleegster, waarbij zij ook werd aangehouden.

Minister Vandenbroucke bezorgde het parlement de tijdlijn, nadat hij donderdagmiddag in de Kamer aan de tand werd gevoeld door de oppositie, maar ook door sommige partijen in zijn eigen meerderheid. Zo vroeg Kamerlid Kathleen Depoorter (N-VA) hoe het mogelijk was dat het Riziv en de minister niet eerder opgetreden hadden. Vandenbroucke beet van zich af en antwoordde dat het Riziv al meteen was opgetreden in 2017, maar dat het instituut beperkte middelen heeft. ‘Wilt u de wapens tegen dit soort diefstal sterker maken of niet?’, zo pareerde hij de kritiek van de parlementsleden.

Partner Expertise