De stad Brugge wordt zowat een grote fietszone. Fietsstraten zijn hot, zoveel is zeker. ‘Maar een écht fietsvriendelijke oplossing ligt voor de hand: maak meer straten gewoon autovrij’, schrijft redacteur Tex Van berlaer.
U kent vast dat ene muziekje van de jaren ‘70-klassieker Jaws. De twee noten die elkaar afwisselen zorgen voor een zenuwachtig en haast paranoïde gevoel. Regisseur Steven Spielberg was niet overtuigd van componist John Williams’ keuze. Maar Williams bezweerde Spielberg dat de muziek het effect genereert alsof een haai je vermaalt, ‘instinctief, ongenadig, en onhoudbaar’.
Ik moet er altijd aan denken wanneer een auto (of, god verhoede, twee) achter me zitten tuffen in een fietsstraat. De regels voor dat soort straten zijn helder: fietsers staan centraal, en wagens mogen hen niet inhalen. U kunt ze meestal herkennen aan de typische verkeersborden en roodgeschilderde asfalt.
In principe zouden fietsers dolblij moeten zijn met fietsstraten. De zwakke weggebruiker voelt zich gesterkt door de duidelijke regelgeving. Er is een duidelijke hiërarchie: de fietser is koning.
Van Brugge tot Antwerpen: een gemengd beeld
De beslissing van het Brugse stadsbestuur om van zowat het hele centrum een fietszone te maken, is gedurfd. Gemotoriseerd verkeer verliest aan belang tegenover trappers. Vandaag zijn er 90 fietsstraten, vanaf 1 oktober zullen dat er 390 zijn. ‘We maken van Brugge nog meer fietsstad dan ze al is’, zei burgemeester Dirk De fauw (CD&V) tegen de collega’s van Krant van West-Vlaanderen.
Toch krijg ik Williams’ deuntje niet uit mijn hoofd. Het kan aan mij liggen, maar ik krijg stress en bijna een schuldgevoel als auto’s me niet mógen inhalen.
Er zijn een heleboel fietsstraten waar auto’s perfect kunnen inhalen. Dat de rode kleur van het asfalt hen dat expliciet verbiedt, voelt haast onrechtvaardig.
Uiteraard zijn er heel wat straten waar enkel knettergekke chauffeurs dat wel doen. Om elke seconde optimaal te benutten, brengen ze fietsers – vaak ouderen en kinderen – in gevaar om hen in te smalle omgevingen de pas af te snijden. Het helpt ook vaak niet dat die smalle infrastructuur wordt veroorzaakt door ándere auto’s – die weliswaar geparkeerd staan.
Maar er zijn ook een heleboel fietsstraten waar auto’s perfect kunnen inhalen. Dat de rode kleur van het asfalt hen dat expliciet verbiedt, voelt haast onrechtvaardig, zélfs voor een voltijds fietser als ik. De fietsstraat wordt duidelijk steeds populairder voor lokale politici. De vraag is waarom.
Autovrije keuzes zijn moediger
Zou het kunnen dat de fietsstraat een laffe oplossing voor een reëel probleem is? Een goed voorbeeld is de Turnhoutsebaan in Antwerpen, die bekendstaat om haar drukte. Op papier is die chaotische weg een fietsstraat, maar de verkeersveiligheid laat te wensen over. ‘Maar ik voel mij daar niet veilig, hoor, met al die auto’s achter mij’, zo getuigde een fietser in Gazet van Antwerpen. ‘Je houdt wagens tegen, wat vaak voor een gespannen sfeertje zorgt. Ik voel me daar opgejaagd en blijf in de zijstraatjes.’
Bovendien knelt ook hier de schoen bij de handhaving. Hoeveel politiezones controleren effectief of alles naar behoren verloopt in de fietsstraat?
‘Fietsstraten zijn ronduit asociaal wanneer ook het openbaar vervoer niet mag inhalen’
Fietsstraten zijn zelfs ronduit asociaal wanneer ook het openbaar vervoer niet mag inhalen. Een bus van De Lijn met tientallen mensen aan boord is letterlijk en figuurlijk gewichtiger dan een bakfiets.
Een écht fietsvriendelijke oplossing ligt voor de hand: maak meer straten gewoon autovrij. Zo vermijd je conflicten en verhoog je de leefbaarheid exponentieel. Er zullen altijd toegankelijke wegen nodig zijn voor auto’s, net als parkeerplaatsen, maar dat hoeven er niet zoveel te zijn als vandaag.
In de meest positieve lezing zijn fietsstraten een grote verbetering voor zwakke weggebruikers. Via een meer cynische kijk dienen ze om, via een nieuw verkeersbord en een lik verf, écht moedige keuzes over verkeersvrije stadscentra te vermijden. Aan Brugge om het tegendeel te bewijzen.
‘De bakfiets is een peperduur luxeproduct, inclusief de gehaaide verkopers’