Het ene na het andere mooie gebouw verdwijnt in Antwerpen. Gemeenteraadslid Ilse van Dienderen (Groen) hekelt dat opnieuw adviezen van Monumentenzorg genegeerd werden. ‘Een gebouw slopen is als een boom omhakken: het is onomkeerbaar.’
Je weet soms niet wat je ziet. In de Korte Winkelstraat, vlak bij de Franklin Rooseveltplaats en het Centraal Station, stond een prachtig neoclassicistisch complex uit 1888. Het kantoorgebouw Distillerie C.J. Bal & Cie werd ontworpen door Joseph Hertogs (1861-1930), een van de succesvolste architecten die Antwerpen ooit heeft gekend.
Onlangs hing er een geel papier aan de deur: straks komt er een hotel. Het advies van de stedelijke Monumentenzorg was duidelijk: behoud het interieur, want dat is bijzonder waardevol. Wie er nu voorbijloopt, ziet dat dat advies vrolijk genegeerd werd. Alleen de gevel staat nog overeind.
Gemeenteraadslid Ilse van Dienderen (Groen) kan er niet om lachen. ‘Je zou kunnen zeggen: wees blij dat de gevel tenminste nog bestaat. Maar wij stellen ons grote vragen bij dit soort façadisme, waarin – om het met de woorden van Monumentenzorg zelf te zeggen – “historische gevels worden herleid tot een contextloos decor”.
‘De adviezen van Monumentenzorg worden wel vaker genegeerd. Een ander voorbeeld is het pand van de voormalige goudraffinaderij op de hoek van de Jacob Jacobsstraat en de Simonsstraat. Daar was veel commotie over: buurtbewoners vonden dat het bedrijf, met zijn chemische stoffen, niet thuishoorde in een woonwijk. Wij zijn natuurlijk ook heel blij en opgelucht dat de goudraffinaderij daar weg is. Maar wat gebeurt er met het pand? Het wordt gesloopt. Blijkbaar kan men niets beters bedenken. Opnieuw tegen het advies van Monumentenzorg in, dat het gebouw uit 1951 als beeldbepalend beschouwde. Het college had de sloopvergunning geweigerd, maar uiteindelijk kwam die er toch via de Vlaamse omgevingsambtenaar.’
Zijn de adviezen van Monumentenzorg dan zo weinig waard?
Ilse van Dienderen: Sinds een jaar of tien zijn die adviezen inderdaad niet bindend meer. Een bestuur moet wel motiveren waarom het een gebouw wil slopen. Het antwoord luidt vaak: ‘We erkennen dat het erfgoedwaarde heeft, maar we zullen het documenteren.’ Daar heb je natuurlijk weinig aan. Het gebouw is weg.
Sinds vorige zomer is in Antwerpen een nieuwe bouwcode van kracht, met alle regels rond bouwen en verbouwen. Is dat dan geen verbetering?
Van Dienderen: Helemaal niet. Artikel 5 heet ‘Ontwikkelingsgerichte aanpak van erfgoed’. Die titel zegt eigenlijk al alles. Ze stellen dan wel dat erfgoed belangrijk is, maar wat verderop staat dan: ‘Het behoud van erfgoedwaarden wordt afgewogen ten opzichte van de mogelijkheden tot transformatie en functionele herbestemming.’ Daarmee kun je alles rechtvaardigen. Het bestuur pronkt met de renovatie van het stadhuis – terecht – maar daarnaast telt de stad nog talloze gebouwen die misschien minder spectaculair zijn, maar wel het verhaal van de stad vertellen. Daar moet je ook zorg voor dragen, zeker als specialisten hun waarde benadrukken. Erfgoed slopen is als een boom omhakken: onomkeerbaar.
‘Het bestuur pronkt met de renovatie van het stadhuis – terecht – maar daarnaast telt de stad nog talloze gebouwen die misschien minder spectaculair zijn, maar wel het verhaal van de stad vertellen.’
Is de druk van projectontwikkelaars zo groot?
Van Dienderen: Hoe hoger ze kunnen bouwen, hoe groter het rendement. Dat botst vaak met de erfgoedwaarde van een gebouw en wordt dan als argument gebruikt om te slopen. Terwijl wij vinden dat je moet vertrekken vanuit de kwaliteiten van zo’n gebouw, en die via bouwvergunningen opnieuw in ere herstellen. Een goed voorbeeld is de Stadsschouwburg: vertrek van wat er nu is in plaats van het gewoon blind te slopen.
Stijn Tormans over het einde van de Antwerpse Stadsschouwburg: ode aan een vervloekte bunker