‘Door in Borgerhout te gaan wonen, zegt Abou Jahjah, voer ik onbedoeld het Vlaams Belang-programma uit’

Misschien is het niet goed voor Borgerhout dat ik er ben komen wonen. De buurt ‘herleeft’, er is steeds minder armoede, het wordt een Vlaams eiland in een hyperdiverse omgeving. Volgens Dyab Abou Jahjah voer ik daarmee eigenlijk het Vlaams Belang-programma uit: de stad verwitten.

Misschien is het niet goed voor Borgerhout dat ik er ben komen wonen. Ik ben een onderdeel van de gentrificatie van de buurt rond het Moorkensplein. Samen met steeds meer andere jonge, hoogopgeleide tweeverdieners ruil ik mijn suburbane roots voor het hippe stadscentrum. De buurt ‘herleeft’, er is steeds minder armoede, het wordt een Vlaams eiland in een hyperdiverse omgeving. Volgens Dyab Abou Jahjah voer ik daarmee eigenlijk het Vlaams Belang-programma uit: de stad verwitten.

De stad is van ons

De voorbije week had ik hierover interessante gesprekken met Jahjah. Ik las zijn boek ‘De Stad is van Ons’ (uitgeverij Pelckmans) en modereerde in de Brusselse KVS een debat erover, met in het panel Dyab zelf, Vlaams minister voor Brussel Sven Gatz (Open VLD) en professor-stadsactivist Philippe Van Parijs.

‘Door in Borgerhout te gaan wonen, zegt Abou Jahjah, voer ik onbedoeld het Vlaams Belang-programma uit’

In zijn essay schetst Jahjah drie mogelijke toekomstscenario’s voor de stad. De vaststelling is dat de globale bevolking steeds meer stedelijk wordt, terwijl het stedelijk conglomeraat van minderheden de meerderheid is geworden. Zoals in Antwerpen. Maar sociaaleconomische uitsluitingsmechanismen en discriminatie minoriseren die meerderheid.

'Door in Borgerhout te gaan wonen, zegt Abou Jahjah, voer ik onbedoeld het Vlaams Belang-programma uit'
© VTM

In twee van de drie mogelijke scenario’s voor de stad van de toekomst loopt het in Antwerpen verkeerd af. Enkel Brussel blijkt een good practice te zijn. De meest dramatische vooruitblik toont een Antwerpen van 2025 als verpauperde favela, na een massale witte stadsvlucht. Armoede en radicalisering leiden tot oorlogssituaties. In het tweede scenario, ‘de stad als burcht’, zet de gentrificatie zich ingrijpend door en wordt Antwerpen een wit eiland te midden een chaos van armoede en geweld. Ook hier zijn gewapende conflicten.Het huidige Brussel – het derde scenario – evolueert daarentegen richting een identiteit die alle oude referentiekaders heeft afgeworpen. Vlaams, Marokkaans, Congelees, Amerikaans…: het zit vervat in die ene hybride Brusselse identiteit. Zoals Jahjah zegt: een Marokkaan in Elsene voelt zich een ‘Bruxellois’. Een Marokkaan in Wilrijk voelt zich… een Marokkaan.

Het Vlaams Belang-programma

Een controversieel mechanisme in dit essay is de gentrificatie. Jahjah schrijft daarover dat in Antwerpen de olievlek van de gentrificatie zich ondertussen uitstrekt van Zurenborg tot aan het Moorkensplein. Dat laatste is exact waar ik een huis heb gekocht. Ik situeer me sociologisch ook in de groep jonge, autochtone hoogopgeleide tweeverdieners, die inderdaad de neiging hebben om in dit soort stadsgedeelten te settelen.

Ik ben dus, in een bepaald opzicht, een belichaming van het kwaad. Die invasie van wit kapitaal dringt de huidige sociaal kwetsbare bewoners – de ‘autochtone allochtonen’ – richting het noorden van de stad, of over de ring. Momenteel is de Turnhoutsebaan een sociologisch grens. De hippe, linkse, goedbedoelende bakfietsvlaming die de diversiteit meent te omarmen, koopt de diversiteit eigenlijk weg – met belangrijke nuance: ik ben geen bakfietser.

Het is een zeer interessante en leerrijke probleemstelling van Jahjah, en welbekend bij sociologen; ook Sven Gatz bestudeerde dezelfde mechanismen in Brussel, met haar zogenaamde Dansaertvlamingen. Het is natuurlijk niet zo dat ik me inschakel in een doelgericht politiek project – dat benadrukt ook Jahjah – maar de trend waar ik mee instap geeft me wind in de rug, terwijl ze nare gevolgen genereert voor de ondertussen autochtone, jonge Marokkanen.

Brains en budget

'Door in Borgerhout te gaan wonen, zegt Abou Jahjah, voer ik onbedoeld het Vlaams Belang-programma uit'
© Belga

Maatschappelijk en vanuit het beleid wordt immers op vele manieren het signaal gegeven dat de intrek van jonge, Vlaamse tweeverdieners wenselijk is voor de stad, die met een te groot spagaat arm-rijk momenteel een te kleine middenklasse geniet, als sociale en fiscale stabilisator. In die zin heeft Jahjah gelijk: het dominante discours over de grootstad in Brussel en Antwerpen, reikt de hand naar Vlamingen met diploma uit de provincie.De nieuwe stadscampagne ‘Atypisch Antwerpen’ zet daar trouwens ook op in. Ik woonde de voorstelling bij van die citymarketing, samen trouwens met de burgemeester. Antwerpen mag inderdaad wat meer gepromoot worden buiten de stadsmuren; in de rest van Vlaanderen en in het buitenland. De bedoeling is meer ‘BBBB’ aantrekken: bewoners, bezoekers, bedrijven en brains. Bewoners en brains cumuleren in de nieuwe generatie hoogopgeleiden die na decennia stadsvlucht opnieuw intra muros vastgoed durven kopen – mensen zoals mijn vriendin en ikzelf.

Ik ben zelf de minderheid

Hoewel ik misschien zelf ook onderhevig ben aan een gentrificatie elders, en waar de etnisch-culturele component helemaal geen rol speelt. Ik huurde immers voorheen in de wijk Zurenborg, maar daar iets kopen was geen optie, gegeven mijn bescheiden middenklassebudget.

In Zurenborg is nagenoeg iedereen de blanke Vlaming, met dat verschil dat ze gemiddeld veel rijker zijn dan mijzelf. En daardoor kan ik geen deel uitmaken van die gemeenschap. Zoals mijn mede-buurtbewoner en N-VA-woordvoerder Joachim Pohlmann schreef is Borgerhout zowat de laatste plek waar je binnen de stadsmuren nog een huis kan betalen. In Zurenborg was ik een minderheid.

Saai Zurenborg

Zurenborg illustreert ondertussen een ander kwalijk neveneffect van de gentrificatie: de wijk is mooi en bijzonder in veel opzichten, maar hij wordt ook oud, stil en soms wat saai. De eerste generatie die er de oude huizen opkocht is ondertussen beland in de pensioengerechtigde leeftijd.

Hun kinderen gaan twee kanten op. Ofwel erven ze het pand. Dat is bijzonder waardevol en legitiem, maar doet wat af aan een grootstedelijke dynamiek, die eigen is aan de diversiteit in andere buurten: het wordt een dorp, met ons-kent-ons, en met soms venijnige exclusieve trekjes, zoals het verzet tegen nieuwbouwwijken in de buurt, omdat bijvoorbeeld de verkeersdrukte voor een hypothecaire prijsdaling kan zorgen.

Een tweede generatie kinderen-van, kan een huis in de ouderlijke Zurenborgwijk zelf niet betalen, en verkast eenvoudigweg naar elders in de stad. Naar Borgerhout bijvoorbeeld. Daarom noemen sommigen de buurt rond het Moorkensplein ‘het nieuwe Zurenborg.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content