‘Dit gaat niet alleen over Oekraïne’

Jens Stoltenberg is secretaris-generaal van de NAVO en gewezen premier van Noorwegen. Hij noemt de eis van Rusland om het zelfbeschikkingsrecht van Oekraïne te verwerpen ‘een schaamteloze aanval op de autonomie van soevereine naties’.

Als de Sovjet-Unie haar zin had gekregen in 1949, dan was mijn vaderland Noorwegen nooit lid geworden van de NAVO. Destijds was Noorwegen het enige rechtstreekse buurland van Rusland dat door de Sovjet-Unie als een mogelijke bondgenoot werd beschouwd. Rusland verzette zich daarom sterk tegen ons NAVO-lidmaatschap. Het Kremlin wilde Noorwegen opleggen wat het wel en niet mocht doen.

De Noorse politici namen de touwtjes zelf in handen en kozen ervoor om toch toe te treden tot de NAVO. Ik ben landen als Frankrijk, Groot-Brittannië en Amerika dankbaar, want ze steunden ons fundamentele recht op zelfbeschikking en gaven niet toe aan de druk van de Sovjet-Unie. In plaats daarvan zagen ze in Noorwegen een medeoprichter van de alliantie.

Na het einde van de Koude Oorlog kozen ook de nieuwe democratieën in Centraal- en Oost-Europa, van de Baltische staten tot de westelijke Balkanlanden, met enthousiasme voor de NAVO. Uit vrije wil sloten ze zich aan bij onze familie. Jarenlang leverden die landen zware inspanningen: ze voerden belangrijke hervormingen in en leverden hun bijdrage aan de Europese en trans-Atlantische veiligheid. Uiteindelijk besloten de NAVO-leden unaniem om hen op te nemen in de alliantie.

Alle soevereine landen hebben recht op zelfbeschikking. Dat is een grondbeginsel van het internationaal recht en staat beschreven in het Handvest van de Verenigde Naties van 1945 en verschillende andere belangrijke internationale verdragen die Rusland heeft ondertekend. Het opendeurbeleid van de NAVO is een historisch succes. Dat bewijzen voormalige tegenstanders die zich hebben aangesloten bij de alliantie. Zij verspreiden nu mee vrijheid, veiligheid en voorspoed over heel Europa. Iedereen – zelfs Rusland – spint garen bij goed nabuurschap.

Nu eist Rusland dat wij het zelfbeschikkingsrecht van Oekraïne verwerpen. De Russische president Vladimir Poetin roept de NAVO op om geen nieuwe leden meer toe te laten. Poetin krijgt daarbij voor het eerst steun van China. Dat is een schaamteloze aanval op de autonomie van soevereine naties. Het gaat hier niet alleen over Oekraïne. Ook andere landen, zoals Finland en Zweden, worden belet hun eigen veiligheidsbeleid te bepalen.

Toen ik onlangs met de Finse president en de Zweedse premier sprak, maakten beiden zeer duidelijk dat ze geen bindend verdrag wilden dat hun de toegang tot de NAVO ontzegt. Noch Finland, noch Zweden wil vandaag toetreden tot de alliantie, maar als ze dat morgen wel zouden willen doen, dan moet dat hun eigen beslissing zijn en niet die van Rusland, China of eender welk ander land.

Dit gaat niet alleen over Oekraïne

Bovendien wil Rusland dat de NAVO haar troepen en steun terugtrekt uit landen die zich na de val van het communisme bij de alliantie hebben aangesloten. Wij mogen onze bondgenoten dus niet meer beschermen. Die bescherming staat nochtans, net zoals ons opendeurbeleid, beschreven in het Noord-Atlantische verdrag, dat werd opgesteld in Washington op 4 april 1949. Alle NAVO-leden zijn even belangrijk. Wij zijn één front en zullen er altijd alles aandoen om bondgenoten te beschermen en te verdedigen, ongeacht hun grootte of hun positie op de wereldkaart.

Klok niet terugdraaien

We mogen de klok niet terugdraaien naar een tijdperk dat gedomineerd werd door grootmachten die kleinere landen konden bevelen. In zo’n wereld, waarin het recht van de sterkste geldt, willen we niet meer leven. Geen enkel land mag nog met geweld, of dreiging van geweld, de landsgrenzen hertekenen, Europa’s veiligheidsstructuur ontwrichten en internationale wetten herschrijven. Onze veiligheid staat op het spel. En dialoog is nodig om tot een politieke oplossing te komen voor het conflict dat veroorzaakt wordt door de duizenden Russische troepen aan de Oekraïense grens.

Zelfs in de ijzigste periode van de Koude Oorlog wilde Noorwegen, ook al was het lid van de NAVO, communiceren met Moskou. We boden zelfs een vast communicatieplatform aan. Diplomatie kan soms moeilijk zijn, maar is zeker niet onmogelijk. In 2010, tijdens mijn premierschap, bereikten Noorwegen en Rusland een overeenkomst waarmee beide landen een einde maakten aan een jarenlang territoriaal geschil over de Barentszzee. Dankzij onze sterke positie en vastberadenheid kwamen we tot een oplossing die voor beide partijen voordelig was en die onze samenwerking op het gebied van visserij en het beheer van olie- en gasbronnen verbeterde. Vandaag moeten we opnieuw zulke diplomatieke stappen ondernemen.

Ondanks onze grote verschillen, staan we open voor dialoog met Moskou. Ik heb Rusland en alle dertig Europese en Noord-Amerikaanse NAVO-leden uitgenodigd in de NAVO-Rusland-Raad, ons formele overlegorgaan dat opgericht werd in 2002. Die uitnodiging blijft gelden.

We zijn bereid om te luisteren naar Ruslands bezorgdheden. We zijn bereid om te overleggen hoe we de relatie tussen de NAVO en Rusland kunnen verbeteren, om risico’s te beperken en om meer transparantie te bieden over militaire oefeningen, wapenbeheersing, ontwapening, non-proliferatie en andere problemen die onze veiligheid bedreigen. Op de agenda staat een diepgaande dialoog, met respect voor elkaars rechten.

Copyright The Economist – vertaling Emma Vanspauwen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content