Dag van de dans: primaballerina Drew Jacoby was niet ‘klein en fijn’ genoeg voor ballet

'Mijn advies voor beginnende dansers? Hou niet te veel rekening met de hiërarchie in de conservatieve balletwereld.' © Johan Jacobs
Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

Ballet Vlaanderen sluit de Dag van de Dans op 28 april af met het stomende feestje Late Night Tales. De partyplanner is de opvallendste verschijning uit het gezelschap: de 1,83 meter grote danseres Drew Jacoby.

Waarom prijkt er een wolf op de affiche van Late Night Tales? Mijn man houdt van wolven en ik voel me momenteel als een wolf die zoekt naar het juiste levenspad.’ Dat vertelt de drieëndertigjarige Jacoby in de kantine van Ballet Vlaanderen die uitkijkt over ’t Eilandje in Antwerpen.

Hoewel Jacoby de intense blik heeft van een wolf, is ze ook bijzonder openhartig. Terwijl ze met haar 183 centimeter pure elegantie naar de dansstudio wandelt waar de fotosessie plaatsvindt, vertrouwt ze mij – 163 centimeter discrete bewondering – toe dat ze vier maanden stopt met dansen om ‘van alles te proberen’. Sinds haar vierde staat Jacoby op de pointe-schoenen. ‘Ik heb mijn lichaam tot voorbij het uiterste gedreven. Ik kan nog acht jaar dansen zonder dat het publiek me de zaal uitjouwt. Maar zo ver wil ik het niet laten komen.’

Terwijl ik dans, sterft er ergens iemand. Moet ik helpen? Neen. Kunst is ook noodzakelijk.

Is Late Night Tales een deel van uw onderzoek naar het leven na het dansen?

Drew Jacoby: Deels. Het is in elk geval geen klassiek ballet. (grijnst) Vorig jaar maakte ik voor Choreolab (een festival van Ballet Vlaanderen, nvdr.) een stuk van een kwartiertje waarin ik dansers in sexy, zwarte pakjes als poesjes over de scène liet schrijden of hen met glitters in de mond liet lonken naar het publiek . Dat werk ik nu verder uit. Het wordt een ondeugende, mysterieuze ode aan de trash pop-cultuur. Er doen een twintigtal dansers mee. Ik gaf ze elk een fictieve naam, gebaseerd op de act die ze brengen. Er zal een burleske danseres zijn, een gogodanser en nog meer beautiful freaks. Ze dragen de meest exuberante kostuums, zoals een hemelsblauw verenkleedje of een paar gouden plateauschoenen waarvan de zool een flinke twintig centimeter dik is. Er zijn zilveren glitterlaarzen en een kleedje met pikzwarte tule en dito veren. (straalt) Ook het publiek krijgt een dresscode!

U verwacht dat de toeschouwers getooid in blauwe pluimen en gouden plateauschoenen opdagen?

Jacoby: (glimlacht breed) De dresscode is: Helmut Newton. De Duits-Australische fotograaf die in de jaren zeventig vooral voor de Franse editie van Vogue werkte, fotografeerde vrouwen en mannen op een strakke manier, met veel zin voor sensualiteit. Ik ben gek op zijn erotisch getinte stijl. Die straalt ook af van Late Night Tales. In die look mag het publiek zich aanmelden in de pop-upbar van Opera Vlaanderen in Antwerpen. De dansers treden er op tussen het publiek én een-op-een in een secret room.

Dag van de dans: primaballerina Drew Jacoby was niet 'klein en fijn' genoeg voor ballet
© Johan Jacobs

De avond moet een wild avontuur worden waarbij iedereen op de dansvloer belandt. Iedereen wil dansen, daar ben ik van overtuigd. Maar niet iedereen durft het. Sommigen hebben wat drank nodig. Daar wordt voor gezorgd.

Newton inspireerde uw stijl. Wie inspireerde uw danstaal?

Jacoby: Alonzo King. Hij is een Amerikaanse choreograaf en de oprichter van het hedendaagse balletgezelschap LINES Ballet in San Francisco. Typisch voor hem, en meteen de reden dat hij mij – ‘de veel te grote ballerina’ – in 2002 in zijn gezelschap aannam, is dat hij buiten de lijntjes durft te kleuren. Dat gebeurt veel te weinig in de balletwereld. Hij liet me dansen in de meest verschillende stukken. Ik mocht eigen rollen creëren. Zo leerde ik dat je je niet hoeft aan te passen aan het klassieke keurslijf. Dat advies geef ik aan elke beginnende danser: hou niet te veel rekening met de hiërarchie in de te conservatieve balletwereld. Volg je hart, volg je instinct! Door uitsluitend te focussen op dat ene doel – principal worden – verspil je je tijd en je dromen.

U werd uiteindelijk een principal. Dat is de genderneutrale term voor een primaballerina.

Jacoby: Ik werd een principal op een moment dat ik het niet meer verwachtte en mijn kinderdroom had opgeborgen. Ik dans al sinds mijn vierde. Ik was zo’n kind dat de muren opliep van energie. Ik turnde. Mijn moeder droomde ervan om haar kleine meid in een tutu te zien en dus schreef ze me in op de balletschool. Ik was direct verliefd! Maar ik hield evengoed van acteren en van schilderen. Rond mijn tiende heb ik besloten voluit voor de balletdroom te gaan. Iedereen waarschuwde me dat dat de moeilijkste keuze was. ‘Niemand zal je willen, Drew. Een ballerina moet klein en fijn zijn.’ (kijkt me doordringend aan) Mijn kracht is dat ik nooit aan mezelf heb getwijfeld en altijd heel hard heb gewerkt.

Dag van de dans: primaballerina Drew Jacoby was niet 'klein en fijn' genoeg voor ballet
© Johan Jacobs

In veel traditionele gezelschappen viel u uit de boot.

Jacoby: Klopt. Omdat ik voelde dat ik bij de klassiekere gezelschappen weinig kans maakte, richtte ik met mijn Nederlandse danspartner Rubinald Fonk het dansgezelschap Jacoby & Fonk op. We maakten films en voorstellingen. We mochten zelfs op auditie bij Madonna. Uiteindelijk trok ze op tournee met streetdancers maar ze kopieerde wél het kostuum dat ik droeg tijdens de auditie.

Toen ik het voorstel kreeg om me aan te sluiten bij het Nederlands Dans Theater twijfelde ik niet. Ik dans niet alleen graag, ik reis ook ontzettend graag. Door het ballet heb ik de wereld kunnen zien.

En u ontmoette wereldsterren.

Jacoby: Geweldig toch? Als meisje droomde ik ervan om een popster te worden en beroemd te zijn. Daar droom ik niet meer van. Maar ik blijf gek op de popcultuur. Met die fascinatie wil ik nog aan de slag. Kijk naar Sidi Larbi Cherkaoui (artistiek directeur van Ballet Vlaanderen, nvdr.). Hij regisseert moderne dansvoorstellingen bij zijn gezelschap Eastman. Hij werkt bij Ballet Vlaanderen. Én hij werkt ook samen met musicalsterren en popsterren als Beyonce. Hij is niet vies van reclamefilms of videoclips. Zo’n mix vind ik de max!

Vindt u Antwerpen ook de max?

Jacoby: Absoluut. Het is een stad met een heerlijke dorpsmentaliteit. Zo anders dan New York maar even boeiend om te wonen. Of ik hier blijf? Graag. Maar ik heb een rusteloze ziel, wie weet waar ik nog beland.

In 2015 werd Cherkaoui aangesteld als artistiek leider van Ballet Vlaanderen en werd ik gevraagd om hier principal te worden. Ballet Vlaanderen is niet het grootste gezelschap ter wereld maar wel een van de meest toonaangevende. Voor Cherkaoui’s aanstelling blonk dit huis uit door de virtuositeit van zijn dansers. Nu blinkt het ook uit door zijn avontuurlijke keuzes. Je wordt hier voor zulke verschillende uitdagingen gesteld: van puur repertoire tot experimenteel nieuw werk. Dit seizoen danste ik La Mort in Jean-Chrisphe Maillots Faust. En vorig seizoen mocht ik de iconische rol van Pina Bausch vertolken in Bausch haar autobiografische stuk Café Müller.

Dag van de dans: primaballerina Drew Jacoby was niet 'klein en fijn' genoeg voor ballet
© Johan Jacobs

Eerlijk gezegd…

Jacoby: … dacht u het mij niet zou lukken? (grijnst) Dat vreesde ik ook. Ik heb een opname van de wereldpremière van dat stuk, waarin Bausch zelf speelde, ontelbare keren bekeken. Ik wilde de rol invullen met het ingetogen gevoel dat vergelijkbaar was met hoe Bausch die rol sinds 1978 danste.

Het is niet zo dat ik die emoties beleef. Dansen is voor mij geen vlucht uit de realiteit. Ik probeer geen trauma’s te verwerken. Dansen is op een fysieke manier technische perfectie nastreven. Ik baal van creatieprocessen met veel gebabbel. Ik wil hard werken, trainen en bam! Daar moet de rol staan. Edouard Lock, die dit seizoen onder meer The Heart of August maakte bij Ballet Vlaanderen, is zo’n choreograaf die absolute virtuositeit eist. Daar kick ik op.

In 2016 speelde ik mee in Ravel. Toen werd ik écht overmand door emoties. Ik vertolkte de hoofdrol in Boléro, de choreografie die Maurice Béjart in 1961 op muziek van Maurice Ravel creëerde. Als hoofdfiguur sta je in het midden van een cirkel dansers en maak je voortdurend dezelfde bewegingen op Ravels pulserende muziek. Ik dacht dat het een piece of cake zou zijn. Nou… die bewegingen brengen niet alleen het publiek maar ook de dansers in een trance. Het was magisch. En pure fun! Want dat is dansen bovenal.

Dans kan toch ook een politieke boodschap uitdragen?

Jacoby: (zucht)

Op uw Facebookpagina deelt u vaak berichten over het beleid van de Amerikaanse president Donald Trump.

Jacoby: (kronkelt zowat in elkaar) Wilt u niet weten wat ik als ontbijt at? Ik ben dol op koken en eten! (lacht) Ik wil echt niet over Trump praten. Ik ben het volstrekt oneens met zijn beleid. Dankzij de uitstekende gezondheidszorg in Europa ben ik de moeder van een kerngezonde, driejarige dochter. (stilte) Ik weet dat er makers zijn die hun kunst als statement gebruiken. Dat is niet mijn taal. Als ik dans of een dansvoorstelling maak, dan wil ik me amuseren en energie delen. Ik ben buiten de dansstudio zó intens bezig met wat er in mijn thuisland gebeurt, waarom zou ik er ook op de scène mee bezig zijn?

Terwijl ik dans, sterft er ergens iemand. Dat besef ik. Soms denk ik: ‘Zou ik niet beter mensen helpen die het moeilijk hebben?’ Neen. Dit is mijn leven. Kunst is ook noodzakelijk. Omdat het schoonheid én fun creëert.

Het thema van de Dag van de Dans is ‘dans verbindt’.

Jacoby: Mijn missie is: to move and make move. Dat wil ik in de toekomst ook doen als producer, coach en stylist. En binnenkort als actrice. Hoe? Wat? Waar? (lacht mysterieus) Dat blijft nog geheim. Kom, ik toon je de kostuums van Late Night Tales. Er is een wolvenpak bij!

Late Night Tales speelt op 28 april 2018 in de pop-upbar (Operaplein 1 te Antwerpen) van Opera Vlaanderen. De toegang is gratis. www.operaballet.be, www.drewjacoby.com en www.dagvandedans.be

Drew Jacoby

1984: Geboren in Boise, Idaho

1992: Studeert aan de School of American Ballet in New York, het San Francisco Ballet en het Pacific Northwest Ballet in Seattle

2002 – 2006: Danst bij het LINE Ballet van Alonzo King

2007: Uitgeroepen tot ‘It Girl’ door Dance Magazine. Vestigt zich als freelancedanser in New York

2008 – 2011: Richt met danser Rubinald Fonk Jacoby & Pronk op

2012 – 2015: Verhuist naar Den Haag om er te dansen bij het Nederlands Dans Theater

– Sinds 2015: Danst als principal bij Ballet Vlaanderen

April 2018: Genomineerd voor haar rol in Café Müller voor de prestigieuze Prix Benois de la Danse, de Oscars van de balletwereld

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content